Present Tenses

• Engels
• Middelbare school
• vmbo g, t
• Leerjaar 3

Present Tenses

Doel

Aan het eind van de les weet je het verschil tussen de present simple en de present continuous.

Present Simple

De present simple gebruik je bij feiten, gewoontes of dingen die regelmatig gebeuren.

De present wordt gevormd met enkel de stam van het werkwoord. Dus: I walk , you talk, we run, they read

Bij he/she/it komt er nog een s achter (shitregel): he drinks, she sees, it falls

Present Continuous

De present continuous wordt gebruikt om aan te geven dat iets nu aan de gang is of om irritatie aan te geven.

Je maakt de present continuous met een vorm van to be + ww + ing

Dus: I am talking

          You are listening

          He is writing

Practice

We gaan nu oefenen met de present simple en present continuous.

De tijden staan door elkaar dus goed kijken welke je moet gebruiken.

Je hoeft alleen het werkwoord op te schrijven.

1. I ... cereal everyday. (eat)

2. The music ... too loud at the moment. (play)

3. You ... notes right now. (take)

4. She always ... to school by bike. (go)

5. Please be quiet! I ... now. (work)

6. It ... right now. (rain - not)

7. The shop ... at eight. (open)

8. Ssst! The baby .... (sleep)

9. They ... their lunch at the moment. (have)

10. He usually ... black clothes. (wear)

Welke verschillen tussen present simple en present continuous ken je?

Zijn er nog vragen?

Taak

Chapter 1 E

Chapter 1 F