Past continuous

Unit 2
At the end of this lesson you can use the past continuous correctly!
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1-3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Unit 2
At the end of this lesson you can use the past continuous correctly!

Slide 1 - Diapositive

Past Continuous

Slide 2 - Diapositive

past continuous = longer moment in past

Slide 3 - Diapositive

We gebruiken de past continuous dus om te praten 
over iets wat in het verleden (past) een tijd bezig (continuous) was 

Net zoals alle continuous vormen bestaat deze tijd uit 
een vorm van het werkwoord "to be" en de ing-vorm van het hele werkwoord. 

Op de volgende slide staat een overzicht. 

Slide 4 - Diapositive

Past Continuous
Hoe maak je die?

De regel is vrij eenvoudig:
  • Past Continuous = was / were + werkwoord+ing

  1. was hoort bij enkelvoud (I, he, she, it)
  2. were hoort bij meervoud en bij you (you, we, you, they)


Slide 5 - Diapositive

I was dancing
I wasn't dancing
Was I dancing? 
You were laughing
You weren't lauging
Were you laughing? 
He / she / is was travelling
He / she / it wasn't travelling
Was he / she / it travelling? 
We were eating
We weren't eating
Were we eating? 
You were cycling
You weren't cycling
Were you cycling? 
They were swimming
They weren't swimming
Were they swimming? 

Slide 6 - Diapositive

PAST CONTINUOUS

In welke zin wordt de Past Continuous gebruikt?
A
They film the event with a hidden camera.
B
They filmed the event with a hidden camera.
C
They are filming the event with a hidden camera.
D
They were filming the event with a hidden camera.

Slide 7 - Quiz

Vul de PAST CONTINUOUS vorm van het werkwoord tussen haakjes in.

What was Julie doing at three o'clock? She ................. . (sleep)

Slide 8 - Question ouverte

Vul de PAST CONTINUOUS vorm van het werkwoord tussen haakjes in.

He ................ the internet an hour ago. (use)

Slide 9 - Question ouverte

Vul de PAST CONTINUOUS vorm van het werkwoord tussen haakjes in.

When we found them, my brothers .............. lots of chocolate. (eat)

Slide 10 - Question ouverte

Vul in: Past Continuous ontkennend

Miss Jones ............... (not talk) to Mr. White when the murder happened.

Slide 11 - Question ouverte

Vul in: Past Continuous ontkennend

Johnny .............. (not ride) his bike.

Slide 12 - Question ouverte

Vul in: Past Continuous ontkennend

They ................. (not practise) the trumpet.

Slide 13 - Question ouverte

Vul in de juist vorm van: Past Continuous vragend

............ Alan ............. when you arrived at the party? (dance)

Slide 14 - Question ouverte

Vul in de juist vorm van: Past Continuous vragend

And ........ Jane and David ........... ? (cook)

Slide 15 - Question ouverte

Vul in de juist vorm van: Past Continuous vragend

And what ........... you ........... at the party? (wear)

Slide 16 - Question ouverte

In welke zin wordt de Present Continuous gebruikt?
A
A
B
B
C
C

Slide 17 - Quiz

Which is NOT a reason to use the Present Continuous?
A
Iets is een gewoonte
B
Je wilt irritatie aangeven
C
Als er al voorbereidingen zijn getroffen voor iets wat je in de toekomst gaat doen
D
Iets is nu bezig / aan de gang

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Lien