Toets bespreken tijdvak 7 en 8

Toets bespreken tijdvak 7 en 8
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 21 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Toets bespreken tijdvak 7 en 8

Slide 1 - Diapositive

Aan de slag
Maak opdracht 1-6
18/19/20/21

Slide 2 - Diapositive

Vraag 1 chronologie
Hoe pak je dit aan?

Slide 3 - Diapositive

Hoe pak je dit aan?
1 - Start Amerikaanse revolutie (1763)
2 - Britse afschaffing van slavenhandel (1807)
3 - Het begin van de Franse revolutie (1789)
4 - De start van de Bataafse revolutie (1795)
5 - Het congres van Wenen vindt plaats. (1815)
6- Het kinderwetje van Houten wordt doorgevoerd. (1874)
Juiste volgorde: 1/3/4/2/5/6       

Slide 4 - Diapositive

Waar krijg je 3 punten voor?
Toelichting: De prent hoort bij een gedicht waarin Piet tegen zijn vader zegt dat hij niet langer naar school wil. De prent toont het moment dat Piets vader hem armoedige kleren geeft en zegt dat als Piet lui wil zijn, hij dan maar een bedelaar moet worden. Piet krijgt daarna spijt en wil toch weer naar school.


Slide 5 - Diapositive

Deel 1: 
Welke verlichte denkbeelden ken je?
Wat zie je op de prent?

Deel 2
Wat is een prentenboek?
Wie lezen een prentenboek?

Slide 6 - Diapositive

 • Deze prent verspreidt het verlichte denkbeeld dat het belangrijk is jezelf te verbeteren / dat leren/onderwijs belangrijk is 1
 • door te laten zien dat een kind dat niet wil leren wordt afgewezen door zijn vader / bedelaar zal worden 1

• Een boek met prenten is een geschikt middel om deze boodschap over te brengen omdat ouders dit kunnen voorlezen aan hun kinderen / omdat een boek met prenten stimuleert dat ouders met hun kinderen hierover praten / omdat kinderen de boodschap via een prent beter begrijpen 1

Slide 7 - Diapositive

Wat moet je doen voor 2 punten?

Slide 8 - Diapositive

Wat deed Frederik de Grote en waarom deed hij dat? (1 punt)
Bij welk verlichtingsideaal past dat? (1 punt)

Slide 9 - Diapositive

Het Kartoffelbefehl is Verlicht te noemen omdat Frederik de Grote het bevel gaf dat zijn onderdanen kennis moesten maken met het nut van de aardappelplant,
 
 wat aansluit bij het Verlichtingsideaal dat de staat dienend moet zijn aan het volk / kennis belangrijk is / nieuwe kennis toegepast moest worden in de economie.

Slide 10 - Diapositive

wat zijn kenmerken van het ancien regime?
Wat zie je op de bron dat daarbij past?

Slide 11 - Diapositive

De prent gaat over de drie standen in het ancien régime: de volksvrouw (derde stand) draagt een non (geestelijkheid) en een dame (adel). 

De derde stand draaide op voor de hoge uitgaven van de koninklijke hofhouding en voor de oorlogen. Adel en geestelijkheid waren vrijgesteld van allerlei belastingen.

Slide 12 - Diapositive

Wat moet je doen voor 2 punten?

Slide 13 - Diapositive

Kern van een juist antwoord is:
• Uit de beschrijving van de manier waarop handelaren een vrije man tot slaaf maken / dat een vrij man met geweld meegenomen wordt, blijkt dat slavenhandel strijdig is met het verlichte ideaal van (persoonlijke) vrijheid.
• Opmerking Alleen als met een verwijzing naar de bron duidelijk wordt gemaakt welk verlicht ideaal uit de bron naar voren komt, worden scorepunten toegekend.
• Ook goedgekeurd: gelijkheid, mits een goede omschrijving van dit verlichte ideaal in relatie tot de bron.

Slide 14 - Diapositive

Wat moet je doen voor 2 punten?

Slide 15 - Diapositive

Voor twee punten moet je een emancipatiebeweging noemen en een verband leggen met de IR.
Aan het eind van de 19e eeuw ontstond een arbeidersbeweging, die opkwam voor de rechten van de arme arbeiders. Deze arbeiders waren zo arm als gevolg van de concurrentie tussen kapitalistische fabrieksdirecteuren, die de lonen van de arbeiders laag hielden.
OF
Aan het eind van de 19e eeuw ontstond een vrouwenbeweging, die opkwam voor de rechten van vrouwen. Deze vrouwen voelden zich achtergesteld omdat zij – terwijl zij net zo hard werkten in de fabrieken- lagere lonen kregen en geen kiesrecht hadden.

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

vraag 7

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

 Voorbeeld van een juist antwoord is:

 
• Door de industrialisatie trekken arbeiders massaal naar steden voor werk / vindt snelle urbanisatie plaats, zodat het tekort aan woningen / de in de haast opgetrokken woningen een ongezonde leefomgeving voor arbeiders veroorzaakte(n) 2

Slide 20 - Diapositive

Deel 2, 2 punten
De historici beschouwen de informatie uit het rapport:
• als betrouwbaar omdat onderzoekers die werken in opdracht van de Britse regering gecontroleerd worden / geen voordeel hebben van het ontkennen/overdrijven van de slechte huisvesting 1

• als representatief omdat onderzoekers die werken in opdracht van de regering de middelen hebben om veel woningen te bezoeken / om veel arbeiders te ondervragen over hun huisvesting / in het hele land onderzoek kunnen doen 1

Slide 21 - Diapositive