H1 Aarde in beweging - herhaling

H1 Aarde in beweging - herhalen
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

H1 Aarde in beweging - herhalen

Slide 1 - Diapositive

Wat zijn de coördinaten van Amsterdam?

Slide 2 - Question ouverte

Hoeveel sterker is 8 op de schaal van Richter dan 6 op de schaal van Richter?
timer
0:45
A
100 keer
B
10 keer
C
2 keer
D
1/4 keer

Slide 3 - Quiz

Wat is de Schaal van Richter?
A
Dat geeft aan hoelang de aardbeving gaat duren
B
Dat voorspelt wat er gaat gebeuren met de aardbeving.
C
Dat geeft de kracht van de aardbeving aan
D
Dat geeft het geluid van de aardbeving aan

Slide 4 - Quiz

Waar is het epicentrum?
B
A
C
A
Bij A
B
Bij B
C
Bij C

Slide 5 - Quiz

Deze vulkaan is een
A
schildvulkaan
B
stratovulkaan

Slide 6 - Quiz

Wat wordt er bedoeld met de Ring van Vuur?
A
Het gebied rond de Pacifische (grote) Oceaan waar veel vulkanen voorkomen
B
Het gebied rond de Atlantische Oceaan waar veel bosbranden zijn
C
Het gebied op aarde waar schepen en vliegtuigen zomaar verdwijnen
D
Het gebied in Mexico waar een grote meteorietinslag is geweest

Slide 7 - Quiz

Waardoor ontstaat de beweging van de platen? (tektoniek)

Slide 8 - Question ouverte

Aardbevingen kunnen NIET voorkomen bij ... plaatgrenzen
A
convergente
B
divergente
C
transforme

Slide 9 - Quiz

Op welke afbeelding zie je de plaatbeweging waarbij een mid-oceanische rug ontstaat?
A
B
C

Slide 10 - Quiz

In Limburg ontstaan lichte aardbevingen door kleine scheuren in de aardkorst.
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quiz

Een hele hoge vloedgolf die ontstaat na een zeebeving noemen we een ...
A
Epicentrum
B
Aardbevingshaard
C
Tsunami
D
Schaal van Richter

Slide 12 - Quiz

Hoe heet het bedrijf dat gas wint in Groningen?
A
MAN
B
MNA
C
NMA
D
NAM

Slide 13 - Quiz

In Groningen komen aardbevingen voor doordat er gas uit de bodem wordt gehaald.
A
juist
B
onjuist

Slide 14 - Quiz

De aanwezigheid van steenzout in Nederland is bewijs van dat we hier vroeger het volgende hadden:
A
Jungle en gebergtezone
B
Savanne en rivieren
C
Een poolklimaat
D
Ondiepe zee en woestijn

Slide 15 - Quiz

Steenzout is ontstaan in de periode dat Nederland.....
A
een tropisch moerasgebied was
B
een ondiepe zee was in een droog klimaat

Slide 16 - Quiz

Steenkool is gevormd toen er in Nederland ... was
A
Woestijn
B
Zee
C
Tropisch regenwoud
D
Sneeuwlandschap

Slide 17 - Quiz

Steenkool is ontstaan toen Nederland....
A
dichtbij de evenaar lag
B
ver van de evenaar vandaan lag

Slide 18 - Quiz

Geologie is
A
de leer van de aarde
B
de leer van het leven
C
de leer van alle organismen
D
de leer van het sterrenstelsel

Slide 19 - Quiz

Wat zijn convectiestromen?
A
lage, brede vulkaan met flauwe helling
B
vulkaan met steile hellingen die is opgebouwd uit lagen lava en pyroclastisch materiaal
C
vulkaan met zeer grote krater, ontstaan door het instorten van het dak van een leeggelopen magmakamer
D
stroming van het gesmolten gesteente onder de aardkorst binnen in de aarde

Slide 20 - Quiz

Wat is de aardkern?
A
Het buitenste van de aarde
B
De kracht van de aardbeving
C
Het binnenste van de aarde

Slide 21 - Quiz

Wat is een tsunami?
A
Zeer explosieve vulkaan
B
Puinlawine
C
Vloedgolf als gevolg van aardbeving
D
Een trog

Slide 22 - Quiz

Bij transforme plaatbewegingen komen..
A
Zware aardbevingen voor
B
Vulkanen voor
C
Lichte aardbevingen voor
D
Ontstaan gebergte

Slide 23 - Quiz


Hoe heet het laatste supercontinent?
A
Aardgea
B
Pangea
C
Nivea
D
Eurazië

Slide 24 - Quiz

De aarde is opgebouwd uit 3 delen.
Sleep de begrippen naar de juiste plek
Aardkern
Aardmantel
Aardkorst

Slide 25 - Question de remorquage

Maak de zin af:

De aardkern is...
A
de binnenkant van de aarde waar het 5000 graden Celsius is.
B
de buitenste schil van de aarde dat bestaat uit stroperig materiaal.
C
de buitenste schil van de aarde met hard gesteente tussen de 8 en 40 km dik.
D
een laag van gesmolten gesteente en gassen.

Slide 26 - Quiz


Wat is platentektoniek?
A
Het gat in de aardkorst waardoor lava naar buiten komt.
B
De trilling die ontstaat door het verschuiven van de aardkorstplaten.
C
Het bewegen van de aardkorstplaten.
D
De schil van harde steen rond de aarde waarop land en zee liggen.

Slide 27 - Quiz

Hoe ontstaan gebergten zoals de Alpen en de Himalaya?

Slide 28 - Question ouverte


Wat is een aardbeving?
A
De plaats waar magma uit de aardkorst komt.
B
De losse stukken waaruit de aardkorst bestaat.
C
Het gat in de aardkorst waardoor de lava naar buiten komt.
D
De trilling die ontstaat door een plotselinge verschuiving van delen van de aardkorst.

Slide 29 - Quiz

Maak de zin af.


De verschuivingen van aardkorstplaten gaan...
A
vaak erg stroef omdat gesteente niet glad is, wordt er spanning opgebouwd.
B
vaak erg snel omdat gesteente glad is en daarom makkelijk verschuiven.

Slide 30 - Quiz

Welke uitspraak is juist/onjuist?
2. In een rijk land is de financiële schade vaak groter dan in 
    een arm land.
1. In arme landen vallen meer slachtoffers omdat ze meer geld en kennis hebben om aardbevingsbestendig te bouwen dan in rijke landen.
Onjuist
Juist

Slide 31 - Question de remorquage

Welke stelling is juist over de Schaal van Richter?
A
De sterkte van de aardbeving verschilt van het getal 1 tot en met 20.
B
Bij getal 1 is de aardbeving het krachtigst.
C
De Schaal van Richter wordt alleen gebruikt bij vulkanen.
D
De sterkte van de aardbeving verschilt van het getal 1 tot en met 12.

Slide 32 - Quiz


Wat is een vulkaan?
A
Het gat in de aardkern waardoor magma naar buiten komt.
B
Dik, stroperig, vloeibaar gesteente in de aardmantel.
C
De plaats waar magma uit de aardkorst komt.
D
De laag van gesmolten steen onder de aardkorst.

Slide 33 - Quiz

Welk begrip hoort bij de volgende omschrijving?
Het gat in de aardkorst waardoor de lava naar buiten komt.
A
Lava
B
Krater
C
Magma
D
Magmahaard

Slide 34 - Quiz

Welk begrip hoort bij deze omschrijving?

'Een minder diep deel van de oceanen waar platen uit elkaar gaan en vulkanisme optreedt'.
A
Krater
B
Aardkorstplaten
C
Magmahaard
D
Midoceanische rug

Slide 35 - Quiz

Waarom zijn er in Nederland geen werkende vulkanen?
A
Omdat Nederland aan de rand van een plaat ligt.
B
Omdat Nederland niet aan de rand van een plaat ligt.

Slide 36 - Quiz

Waar en waardoor ontstaan er aardbevingen in Nederland?
A
In Groningen omdat daar aardgas gewonnen wordt
B
In Drenthe omdat daar aardolie gewonnen wordt.
C
In Noord-Holland omdat er aardgas gewonnen wordt.
D
In Groningen omdat daar twee aardplaten botsen.

Slide 37 - Quiz

Welke uitspraak is juist/onjuist?
2. De aardbevingen in Nederland zorgen voor scheuren in 
    de muren en het verzakken van huizen.
1. De aardbevingen in Nederland zijn heel krachtig waarbij  
   veel slachtoffers vallen. 
3. De aardbevingen in Nederland zorgen voor veel discussie.
Juist
Onjuist
Juist

Slide 38 - Question de remorquage