Donderdag 23 september (1.3 cirkels deel 1)

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Rechthoek en diagonaal 

Je kan een driehoek tekenen met je passer 

Opdracht 35  klassikaal 

Theorie A 

wiskunde

Maak opdracht bij 1.3 

Hoe ging het?

geen

Welk vlakke figuur is dit?

1. vierhoek
2. rechthoek
3. ruit
4. vierkant

Hoeveel hoeken heeft een vierkant?

1. 31
2. 4
3. 3
4. 5

deze rode lijn noemen wij

1. een evenwijdige lijn
2. een zijde
3. een snijpunt
4. een diagonaal

Opdracht 35 

Samen maken

 

op blz. 23 leerboek 

Cirkel

middelpunt:

Het punt in het midden

Diameter:

Van rand, door het middelpunt, naar rand

Straal:

Van middelpunt naar rand (de helft van de diameter)

Cirkel maken met een passer

- Wat is een passer?

- Heeft iedereen een passer? ( zo nee, leen er één van de juf)

Met een passer kan je cirkel maken

Cirkel maken oefenen

Pak je passer en maak 3 verschillende cirkels in je schrift:

Je mag zelf weten hoe groot de cirkels zijn.

Cirkel maken met bepaalde maten

1. Maak een cirkel met straal = 3 cm

2. Maak een cirkel met straal = 4 cm

3. Maak een cirkel met diameter = 10 cm (let op!)

Zelf proberen in je schrift. 

Klaar? Laten controleren door de juf en dan mag je aan de slag met opdracht  43, 44, 46, 47 op blz. 31

Aan de slag

Maak opdracht 35 t/m, 41

Klaar?

Laat zien aan de docent

Maak een tekening waarbij je je passer gebruikt. Inspiratie? Kijk online wat je allemaal kan maken met een passer.

Niet af = is niet erg, morgen gaan we hier mee verder

Huiswerk

geen :)

Cirkel tekenen