De evolutietheorie

Evolutietheorie
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

Evolutietheorie

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Door evolutie
A
Past een populatie zich op de lange termijn aan op het milieu
B
Kan een individu zich direct aanpassen aan het milieu

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is evolutie?

A
Evolutie is het ontstaan van nieuwe soorten doordat organismen met de oorspronkelijke vorm uitsterven.
B
Evolutie is de ontwikkeling van leven op aarde, waarbij soorten ontstaan, veranderen en/of verdwijnen.
C
Evolutie is de grotere overlevingskans van individuen met een betere aanpassing aan het milieu.

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is variatie in genotypen
A
Een nakomeling heeft hetzelfde genotype als de ouders
B
Een nakomeling heeft hetzelfde genotype maar een ander fenotype
C
Een nakomeling heeft en ander genotype dan de ouders

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat kan zorgen voor variatie in genotype?
A
Alleen mutaties
B
Alleen geslachtelijke voortplanting
C
Mutaties en geslachtelijke voortplanting
D
Naar de sportschool gaan of in de zon liggen

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een mutatie?
A
Als een gen kapot gaat
B
Als genetische recombinatie plaatsvindt
C
Een verandering in het DNA
D
Een modificatie van het fenotype

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat heeft meer invloed? Een mutatie in een geslachtscel of een mutatie in een lichaamscel?
A
Geslachtscel
B
Lichaamscel
C
Beide evenveel

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In de afbeelding zie je een geologische tijdschaal. Een brede lijn geeft aan dat een groep een grote bloei heeft doorgemaakt. In welke perioden wordt het Cenozoïcum verdeeld?
A
Jura
B
Krijt
C
Kwartair
D
Tertiair

Slide 8 - Quiz

2 antwoorden
Natuurlijke selectie is
A
Dieren kiezen de eigenschappen die ze nodig hebben
B
Dieren met gunstige eigenschappen overleven vaker.
C
God heeft de wereld geschapen
D
Dieren krijgen uit het niets nieuwe eigenschappen

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Is er hier sprake van natuurlijke selectie?
A
ja
B
nee

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Is dit een voorbeeld van natuurlijke selectie of isolatie?
A
Natuurlijke selectie
B
Isolatie

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Door isolatie kunnen nieuwe soorten ontstaan.
Wat is isolatie?
A
groepen organismen van dezelfde soort leven samen
B
groepen organismen van verschillende soorten leven samen
C
groepen organismen van dezelfde soort trekken naar elkaar toe
D
groepen organismen van dezelfde soort raken van elkaar gescheiden

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Fossielen spelen een rol als argument voor de evolutietheorie
Wat is NIET waar?
A
Hierdoor kan men zien dat soorten zijn verdwenen
B
Hierdoor kan men zien dat soorten zijn ontstaan
C
Hierdoor kan men zien dat soorten zijn veranderd
D
Hierdoor kan men zien hoe soorten er in de toekomst uit gaan zien

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

de eerste levensvormen
A
waren 1 cellig, hadden geen celkern, leefden in water
B
waren meercellig, leefden op land
C
waren 1 cellig, geen celkern, leefden op land
D
waren meercellig leefden in het water

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is weergegeven in een geologische tijdschaal?
A
De tijd sinds het ontstaan van de aarde.
B
In welke klasse je een organisme kunt plaatsen.
C
Uit welke voorouders bepaalde organismen zich hebben ontwikkeld.

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In een geologische tijdschaal staan tijdperken
verwerkt en deze zijn weer onderverdeeld in
periodes.
Hoeveel jaar geleden kwam het tijdperk
Mesozoicum ten einde?
A
542 miljoen jaar geleden
B
255,2 miljoen jaar geleden
C
65.5 miljoen jaar geleden
D
145,5 miljoen jaar geleden

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions