21-12 Systeem aarde| 1.3

  Systeem Aarde:
Hoofdstuk 1: Ons eiland in de ruimte 
1.3: Bewegingen van platen

1 / 51
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 51 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

  Systeem Aarde:
Hoofdstuk 1: Ons eiland in de ruimte 
1.3: Bewegingen van platen

Slide 1 - Diapositive

Hoofdvraag

Hoe en waarom verandert het uiterlijk van het aardoppervlak door de verschuiving van aardplaten?

Deelvragen 1.3
Waarom bewegen de platen?
Welke drie bewegingen maken de platen



Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Welke benaming hoort bij letter A
A
Asthenosfeer
B
Lithosfeer
C
Binnenmantel
D
Buitenkern

Slide 4 - Quiz

Welke benaming hoort bij letter E
A
Asthenosfeer
B
Lithosfeer
C
Binnenmantel
D
Binnenkern

Slide 5 - Quiz

Uit welke metalen bestaat de onderste laag (laag E) in bron 1?
A
Nikkel
B
Koper
C
Aluminium
D
Ijzer

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Diapositive

Gebruik bron 2 en de atlas.
Hoelang geleden heeft deze vergletsjering plaatsgevonden? Op welke kaart heb je dat gevonden?

Slide 8 - Question ouverte

Slide 9 - Diapositive

Gebruik bron 2 en de atlas.
Welk bewijs dat Wegener aanvoerde voor de theorie van de platentektoniek kun je uit bron 2 aflezen? Licht toe.

Slide 10 - Question ouverte

Gebruik bron 2 en de atlas.

Hoe wordt het gebied genoemd waarin alle continenten nog aan elkaar vastzaten?
A
Laurazie
B
Gondwana
C
Panthalassa
D
Pangea

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

Welk bewijs dat Wegener aanvoerde voor de theorie van de continentale drift, kun je uit de afbeelding aflezen?

Slide 13 - Question ouverte

Noteer nog twee andere bewijzen die Wegener ter verdediging van zijn theorie aanvoerde.

Slide 14 - Question ouverte

Slide 15 - Diapositive

In welke delen is Gondwanaland uiteengevallen?

Slide 16 - Question ouverte

Slide 17 - Diapositive

Door de botsing van welke continenten is het Himalayagebergte ontstaan?

Slide 18 - Question ouverte

Op welke tijdschaal moet je de ontwikkelingen in de theorie van Wegener bekijken?


Slide 19 - Question ouverte

Noem drie aanwijzingen die de theorie van Wegener onderbouwen..


Slide 20 - Question ouverte

Slide 21 - Diapositive

Wat zie je op de afbeelding?

Slide 22 - Question ouverte

Wat zijn gidsfossielen?

Slide 23 - Question ouverte

Lees Catastrofe of niet? en Alfred Wegener. Bekijk figuur 1.7 en 1.8.
Wat is het verschil tussen de catastrofetheorie en het principe van het actualisme?

Slide 24 - Question ouverte

Slide 25 - Diapositive

Wleke geologische periode hoort bij C
A
Perm
B
krijt
C
Jura

Slide 26 - Quiz

A

Slide 27 - Diapositive

B

Slide 28 - Diapositive

Welke van de tekeningen, A of B, vind je passen bij Nederland in het Carboon? Licht je antwoord toe.

Slide 29 - Question ouverte

Slide 30 - Diapositive

Langs welke lijn – A, B of C – heeft het noordelijke gedeelte van de Atlantische Oceaan zich het eerst geopend? Geef een argument voor je keuze.

Slide 31 - Question ouverte

Naarmate de oceanische korst ouder is, wordt deze dichter en zwaarder.

Leg uit wat in deze stelling het zwaarder worden van de korst betekent voor de hoeveelheid water die de Atlantische Oceaan kan bevatten.

Slide 32 - Question ouverte

Slide 33 - Diapositive

Bekijk figuur 1.10 en 1.11 en gebruik W10.

Welke verandering geven de pijlen in W10 aan?

Slide 34 - Question ouverte

Slide 35 - Diapositive

Slide 36 - Diapositive

Slide 37 - Diapositive

Slide 38 - Vidéo

Slide 39 - Vidéo

Slide 40 - Diapositive

Slide 41 - Diapositive

Slide 42 - Diapositive

Slide 43 - Diapositive

Slide 44 - Diapositive

Slide 45 - Diapositive

Slide 46 - Diapositive

Slide 47 - Diapositive

Slide 48 - Diapositive

Systeem Aarde:
Maken 

Hoofdstuk 1: Ons eiland in de ruimte
1.3: 2 t/m 9 




Slide 49 - Diapositive

Noem drie paar dingen die je vandaag hebt geleerd.

Slide 50 - Question ouverte

Volgende les
Systeem Aarde

Hoofdstuk 1: Ons eiland in de ruimte
1.4: de aarde brandt en beeft


Slide 51 - Diapositive