balansmethode 2H 1

Balansmethode
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Balansmethode

Slide 1 - Diapositive

Balansmethode
In deze Les leer je hoe je vergelijkingen oplost met de balansmethode.
Deze methode is in de wiskunde erg belangrijk. het is een basisvaardigheid. Je moet het kunnen. We gaan het in de volgende stapjes doen:
  • Introductie: hoe werkt de balansmethode en eenvoudig lineaire vergelijkingen oplossen (bv 3t + 5 = 11)
  • Lineaire vergelijkingen op lossen met alleen positieve termen
  • Lineaire vergelijkingen oplossen met positieve en negatieve termen

Slide 2 - Diapositive

Introductie: eenvoudig vergelijkingen
Doelen:

  • Ik kan een vergelijkingen oplossen met een balans
  • Ik kan eenvoudige vergelijkingen oplossen met de balansmethode (bv 5t + 6 = 24)

Slide 3 - Diapositive

Eerst even een korte herhaling van gelijksoortige termen optellen.
vb  P = 3a + 5b + 8 - 4a - 6 + 8b
          = -1a + 13b + 2   (want 3a - 4a = -1a   5b+ 8b = 13b  en 8 - 6 = 2)
          = -a + 13b + 2   (want 1a is hetzelfde als a)

Belangrijk  is dat de 'min' bij het getal of letter hoort. Pas daar mee op!


Slide 4 - Diapositive

De balansmethode wordt ook wel eens weegschaal methode genoemd.


Er zijn verschillende manieren gebruikt. Beide manieren mogen gebruikt worden.




                                                             

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Balansmethode
  • Belangrijkste is dat wat je aan de ene kant van het = teken doet je dat ook aan de andere kant moet doen.
  • Zorg dat je aan 1 kant de variabelen met de letters hebt en aan de andere kant de cijfers.






Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Lien

Lineaire vergelijkingen oplossen (positieve termen)
Doel:

  • Ik kan lineaire vergelijkingen waarin alleen maar positieve termen staan oplossen met de balansmethode  (bv 5t + 6 = 2t + 18)

We maken het nu iets moeilijker.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Slide 11 - Lien

Ook hier kun je mee oefenen:

Slide 12 - Diapositive

Lineaire vergelijkingen oplossen met positieve en negatieve getallen
De laatste stap van lineaire formule oplossen.
We gaan nu ook vergelijkingen oplossen met negatieve termen.
Voor alle duidelijkheid: het teken ( + of - ) hoort bij het getal/letter dat er achter staat.



Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Slide 15 - Lien

En natuurlijk zijn ook hier oefenopgaven voor.

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive