Arbeid H3.3, 3.4 & 3.5

• Economie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

Welkom

5 vwo ECONOMIE  ||  2021-2022

Wat is conjunctuur?

• Hoogconjunctuur
  
• Laagconjunctuur
• Conjunctuurgolf

verschil tussen conjunctuur en structuur

Dynamiek op arbeidsmarkt

Door technische ontwikkeling verandert de inhoud van het werk.

Voortdurend verdwijnen er beroepen en komen er nieuwe beroepen bij.

Kwantitatief:

Demografisch

beroepsbevolking groeit -> herintreders, nieuwkomers

Economisch

economie trekt aan -> meer vraag -> meer productie -> meer werk

Kwalitatief

Technologische ontwikkeling -> ambachtelijk naar informatica-arbeid

Meer soorten opleidingen

 

Noem een beroep wat is verdwenen en noem een relatief nieuw beroep:

Dynamiek op de arbeidsmarkt

Dit noemen we creatie en destructie van werkgelegenheid.

Elk jaar wordt er gemiddeld bijna 10% van het totaal aantal banen nieuw geschapen en ongeveer hetzelfde percentage vernietigd.

Welke banen denken jullie dat in de toekomst gaan verdwijnen en welke zeker niet?

Denken jullie hierover na bij het kiezen van een vervolgopleiding? En waarom wel of niet?

Werk en opleiding

Door technische ontwikkelingen wordt het vereiste opleidingsniveau van de beroepsbevolking steeds hoger.

Banen voor laagopgeleiden worden vervangen door banen voor hoopopgeleiden.

Dit substitutieproces noemen we upgrading van de werkgelegenheid

De flexibele schil

Bedrijven maken steeds meer gebruik van flexibele arbeid

Wat zouden we bedoelen met de flexibele schil?

De flexibele schil

Vroeger hadden werknemers een vaste baan en werkten zij vaak hun hele leven voor dezelfde baas.

Tegenwoordig komt een vaste baan steeds minder voor. Bedrijven hebben de afgelopen jaren gezocht naar contractvormen waarbij zij gemakkelijker van personeel af kunnen komen als ze niet meer nodig zijn.

Flexibele contractvormen zijn bijvoorbeeld: Uitzendkrachten, tijdelijke contracten, oproepkrachten/0-uren contracten en het inhuren van zzpers/freelancers.

Wat heeft de conjunctuur te maken met de flexibele schil?

Kun je een nadeel van de flexibele schil voor werkgevers bedenken?

Aan de slag!

Opgave 3.9 t/m 3.15 maken

Klaar? Verder met de zelftest!