4.2. Versnellen en vertragen (voorbeelden)

4.1 Voortstuwen en tegenwerken (herhalen) 
  • Voortstuwen: Motorkracht, Spierkracht, Zwaartekracht, ..
  • Tegenwerken: Luchtwrijving, Rolwrijving, Schuifwrijving
  • Luchtwrijving hangt af van snelheid en frontaal oppervlak
  • Resulterende kracht Fres = Fvoor - Ftegen
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

4.1 Voortstuwen en tegenwerken (herhalen) 
  • Voortstuwen: Motorkracht, Spierkracht, Zwaartekracht, ..
  • Tegenwerken: Luchtwrijving, Rolwrijving, Schuifwrijving
  • Luchtwrijving hangt af van snelheid en frontaal oppervlak
  • Resulterende kracht Fres = Fvoor - Ftegen

Slide 1 - Diapositive

Een regendruppel valt met constante snelheid naar beneden. Er is luchtwrijving Fw en zwaartekracht Fz
A
Fz = Fw
B
Fz > Fw
C
Fz < Fw
D
Fw neemt toe

Slide 2 - Quiz

Een vrachtwagen versnelt (met constante motorkracht) van 72 naar 90 km/h. De luchtwrijvingskracht:
A
blijft gelijk
B
wordt groter
C
wordt kleiner
D
is nul

Slide 3 - Quiz

Een vrachtwagen versnelt (met constante motorkracht) van 72 naar 90 km/h. De resulterende kracht:
A
blijft gelijk
B
wordt groter
C
wordt kleiner
D
is nul

Slide 4 - Quiz

4.2 Versnellen en vertragen
Het (snelheid,tijd)-diagram:
  • De steilheid van de grafiek toont de versnelling: a = Δv / Δt
  • De oppervlakte onder de grafiek is de afgelegde weg

Slide 5 - Diapositive

(v,t)-diagram optrekkende auto

Slide 6 - Diapositive

Zo reken je om

Slide 7 - Diapositive

Soorten beweging
  • Eenparige beweging: met constante snelheid
  • Eenparig versnelde beweging: met constante versnelling
  • Eenparig vertraagde beweging: met constante vertraging

Het woord 'eenparig' staat voor 'constant', 'gelijkmatig'.

Slide 8 - Diapositive

Uitleg video's
  • In de classroom staan 4 video's over paragrafen 4.1 en 4.2.
  • In NOVA staan 10 video's over dit hoofdstuk.
  • bijv. Versnellingen berekenen op basis van (v,t)-diagram.

Slide 9 - Diapositive

Voorbeeldopdracht 1

Slide 10 - Diapositive

Oefenopgave 1
Een auto wil op de snelweg een vrachtwagen passeren. De bestuurder drukt het gaspedaal verder in, waardoor de auto 4,0s lang eenparig versnelt. Hierdoor neemt de snelheid toe van 54 km/h tot 90 km/h.
Bereken de versnelling (in m/s2).

Slide 11 - Diapositive

Oefenopgave 2
Een auto remt af voor een bocht. De auto beweegt 5,0 s eenparig vertraagd. In die tijd neemt de snelheid af van 81 km/h naar 27 km/h.
Bereken de vertraging (in m/s2).

Slide 12 - Diapositive

Afgelegde afstand
  • Uit een (v,t)-diagram kan je de afgelegde afstand s bepalen door de oppervlakte te bepalen.
  • Oppervlakte van een driehoek is de helft van de rechthoek:
  • 1/2 . breedte . hoogte
  • s = 1/2 . 6,0 . 12 = 36 m

Slide 13 - Diapositive

Oefenopgave 3
  • Het (v,t)-diagram toont de snelheid van een langzaam versnellende fietser.
  • Bepaal de afstand die de fietser heeft afgelegd in 60 s.
  • (Kijk naar voorbeeldopdracht 3 op pagina 23.)
  • Extra: Bereken de versnelling.

Slide 14 - Diapositive

Maak de opgaven
Maak opgaven 1 - 10 op pagina's 25-28.
Dit is huiswerk voor de volgende les.
Je mag de grafiek-opgaven in het boek maken, maar nog beter is in een ruitjesschrift.

Lever eind van de les een foto van jouw antwoorden in.

Slide 15 - Diapositive

Huiswerk
Bestudeer paragraaf 4.2
(De video's in NOVA en in de classroom kunnen helpen.)
Maak opgaven 1 - 9

Slide 16 - Diapositive