H13: Kegelsneden

Kegelsneden
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

Cette leçon contient 35 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Kegelsneden

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen vandaag?

Voorkennis over meetkundige plaatsen ophalen

Voorkennis over raaklijnen aan cirkels ophalen

Bollen van Dandelin

Slide 2 - Diapositive

Hoe zat het ook alweer?
Welke meetkundige plaats hoort hierbij?

- Alle punten P met gelijke afstand tot een punt en een lijn

- Alle punten P met gelijke afstand tot een cirkel en een punt binnen de cirkel

- Alle punten P met gelijke afstand tot een cirkel en een punt buiten de cirkel

Slide 3 - Diapositive

Hoe ging dit ook alweer?
Het punt                      ligt op de cirkel 

Stel een vergelijking op van de lijn k die c raakt in A.
A(2,3)
c:x2+y26x2y+5=0

Slide 4 - Diapositive

Kegelsneden en de bollen van Dandelin

Slide 5 - Diapositive

Aan de slag
Voorkennis opdracht 3, 6 en 8

Paragraaf 1, opdracht 2

Slide 6 - Diapositive

Formule van een parabool

Slide 7 - Diapositive

Formule van een parabool opstellen

Slide 8 - Diapositive

In het algemeen
Na een translatie met              geldt voor een parabool

                                                       met top            , brandpunt                         ,
 
en de richtlijn 
(yb)2=2p(xa)
(a,b)
(a,b)
F(21p+a,b)
l:x=21p+a

Slide 9 - Diapositive

Aan de slag
Opdracht 7a, 8, 9, 10

In opdracht 7 werk je de staande parabool uit. 

Bij 8a staan een fout in de uitwerkingen. y = moet zijn x =

Slide 10 - Diapositive

Formule van een ellips

Slide 11 - Diapositive

Wat weet je nog?


2a = straal van de richtcirkel

d(P,F1)+d(P,F2)=2a
a2=b2+c2

Slide 12 - Diapositive

Hoe maak je daar een formule bij?
d(P,F1)+d(P,F2)=2a
(x+c)2+y2+(xc)2+y2=2a
(x+c)2+y2=2a(xc)2+y2

Slide 13 - Diapositive

b2x2+a2y2=a2b2=a2x2+b2y2=1

Slide 14 - Diapositive

Wat moeten jullie hier nu van onthouden?
De formule van een ellips: 

Met toppen (-a, 0), (a, 0), (0, b) en (0, -b). 

Als a > b zijn de brandpunten (-c, 0) en (c, 0), liggende ellips
Als a < b zijn de brandpunten (0, -c) en (0, c), staande ellips

a2x2+b2y2=1

Slide 15 - Diapositive

Aan de slag

Opdracht 13, 14, 15

Slide 16 - Diapositive

Toppen en brandpunten van een ellips

Slide 17 - Diapositive

Wat hebben we vorige les gezien?
De formule van een ellips: 

Met toppen (-a, 0), (a, 0), (0, b) en (0, -b). 

Als a > b zijn de brandpunten (-c, 0) en (c, 0), liggende ellips
Als a < b zijn de brandpunten (0, -c) en (0, c), staande ellips

a2x2+b2y2=1

Slide 18 - Diapositive

En waar maak je nog meer gebruik van?


2a = straal van de richtcirkel

d(P,F1)+d(P,F2)=2a
a2=b2+c2

Slide 19 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?
Wat zijn de coördinaten van de toppen en brandpunten van 

x2+10y24x60y+84=0

Slide 20 - Diapositive

Aan de slag
Afmaken: opdracht 13, 14, 15

Voor vandaag: opdracht 18, 19, 20

Slide 21 - Diapositive

Formule van een hyperbool

Slide 22 - Diapositive

Eigenschappen van een hyperbool
|d(P, F1) - d(P, F2)| = 2a

2a = straal van de richtcirkel

2a = afstand tussen A en B

Slide 23 - Diapositive

Vergelijking van een hyperbool
Voor een hyperbool met toppen (-a, 0) en (a, 0) en brandpunten (-c, 0) en (c, 0) geldt de vergelijking                          en geldt dat 

Voor een hyperbool met toppen (0, b) en (0, -b) en brandpunten (0, c) en 
(0, -c) geldt de vergelijking 

Bewijs in opdracht 21 en 22 voor wie het leuk vindt. 


a2x2b2y2=1
c2=a2+b2
a2x2b2y2=1

Slide 24 - Diapositive

Bijvoorbeeld
Stel de formule op van de hyperbool met toppen (-4, 0) en (4, 0) die door (12, 4) gaat. 

Slide 25 - Diapositive

Aan de slag

Opdracht 23b en d, 24a, 27, 28

Slide 26 - Diapositive

Toppen, brandpunten en asymptoten van een hyperbool

Slide 27 - Diapositive

Je weet
Voor een hyperbool met toppen (-a, 0) en (a, 0) en brandpunten (-c, 0) en (c, 0) geldt de vergelijking                          en geldt dat 

Voor een hyperbool met toppen (0, b) en (0, -b) en brandpunten (0, c) en 
(0, -c) geldt de vergelijking 

In beide gevallen ligt het middelpunt van de hyperbool in de oorsprong.


a2x2b2y2=1
c2=a2+b2
a2x2b2y2=1

Slide 28 - Diapositive

Zelfde als ellips
Hoe zou je de toppen en brandpunten vinden van de hyperbool:


5x24y240x8y+56=0

Slide 29 - Diapositive

Asymptoot van een hyperbool
De formule                       is te herleiden tot

Dit is te schrijven als 


Welke limiet moet ik pakken om de (scheve) asymptoot van een hyperbool te vinden?

 
a2x2b2y2=1
(axby)(ax+by)=1
(axby)=(ax+by)1

Slide 30 - Diapositive

Aan de slag
Opdracht 30b, 34, 35, 36

36: Een orthogonale hyperbool is een hyperbool met asymptoten die elkaar loodrecht snijden

Slide 31 - Diapositive

Kegelsneden onderzoeken

Slide 32 - Diapositive

Alles samenvatten
Parabool: 


Ellips: 


Hyperbool:                             of 

(yb)2=2p(xa)
a2x2+b2y2=1
a2x2b2y2=1
a2x2b2y2=1

Slide 33 - Diapositive

Onderzoek de volgende kegelsneden
y2+4x6y+17=0
25x216y2100x+96y444=0

Slide 34 - Diapositive

Aan de slag
Opdracht 38, 39

Vermeld: toppen en brandpunten (en bij cirkels middelpunt en straal)

Slide 35 - Diapositive