D4 Communicatie - spreken - pitch

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

PR D4 Communicatie

Spreken

Hoe geef ik een vlotte presentatie? 

Spreekregels

1. Spreek rustig: zorg voor een goed spreektempo.
   
   
2. Spreek duidelijk: let op je volume, articulatie en spreekrichting.
   
   
3. Gebruik algemeen Nederlands.
   
   
4. Maak contact door de luisteraar(s) aan te kijken. 

Spreekdoelen

1. Informeren (iets vertellen wat anderen moeten weten).
   
2. Overtuigen (jouw mening laten overnemen).
3. Activeren (iemand moet iets gaan doen).
4. Amuseren (vermaken).
5. Instrueren (uitleg geven).

Afstemmen op publiek

1. Onderwerp en doel bepalen.
2. Een woordweb maken om je gedachten te ordenen.
3. Informatie verzamelen.
4. Een spiekbriefje maken met steekwoorden.
5. Je presentatie oefenen (voor de spiegel of publiek).

Spreekfouten top 10

1. Te snel praten.
2. Onverstaanbaar praten.
3. De luisteraar niet aankijken.
4. Saai en eentonig praten.
5. Doorpraten zonder op de luisteraar(s) te letten.
6. Onrustig staan.
7. Niet goed formuleren.
8. Vaak haperen, woorden of zinnen herhalen of ‘eh’ zeggen.
9. Taalgebruik niet aanpassen aan het publiek.
10. Te lange zinnen maken.

Voorbereiding 

• Lees de opdracht en het evaluatiedocument goed door. Verzamel informatie. 

• Maak keuzes.

•  Zorg voor een goede opbouw zoals gevraagd in de opdracht.
  
  
• Controleer of je aan alle criteria voldoet. 

Voorbereiding 

• Bepaal welke hulpmiddelen je gebruikt.

• Schrijf de presentatie uit en leer de presentatie aan de hand van steekwoorden of een spreekschema.

• Oefenen – oefenen - oefenen. 

In een presentatie gebruik je verbale en 

non-verbale communicatie 

Wat is verbale communicatie?

1. Spreken
2. Spreken en luisteren
3. Met handen en voeten praten
4. Afbeeldingen gebruiken

Wat is een voorbeeld van non-verbale communicatie? (meerdere antwoorden mogelijk)

1. Tekens & Symbolen
2. Praten met handgebaren
3. Lichaamshouding
4. Gezichtsuitdrukking

Er mogen geen stiltes vallen tijdens mijn presentatie

1. Waar
2. Niet waar

Wat is belangrijk aan je houding?

Tips tijdens de presentatie

1. Spreek rustig en duidelijk. 
2. Gebruik algemeen Nederlands.
3. Kijk je publiek aan door oogcontact te maken (kijk dus niet te vaak op je spiekbriefje). 
4. Zorg voor een logisch opbouw.
5.  Gebruik duidelijke en korte zinnen.
6. Let op je houding!

Luisterregels

1. Laat de spreker uitspreken. Je  bent stil wanneer iemand aan het woord is. 
   
   
2. Laat zien dat je luistert, bijvoorbeeld door te knikken. Je geeft geen verbale reactie tenzij dit gevraagd wordt. 
   
   
3. Houd contact door de spreker aan te kijken.

Leerling...