Spreekvaardigheid

Welkom

Spreekvaardigheid


Een instructie geven
Nederlands
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom

Spreekvaardigheid


Een instructie geven
Nederlands

Slide 1 - Diapositive

Programma
  • Uitleg spreken en luisteren.
  • Spreekoefening
  • Opdracht instructie

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...

  • weet je wat de belangrijkste spreek- en luisterregels zijn.

  • kun je herkennen en uitleggen welke spreek- en of luisterfouten er gemaakt worden bij een presentatie. 

  • kun je op een gegeven presentatie concrete feedback geven.

  • kun je zelfstandig (volgens een stappenplan) een instructie voorbereiden die je afstemt op je publiek.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Wat vond jij goed aan deze presentatie?

Slide 5 - Question ouverte

Spreekregels
  1. Spreek rustig: org voor een goed spreektempo.

  2. Spreek duidelijk: let op je volume, articulatie en spreekrichting.

  3. Maak contact door de luisteraar(s) aan te kijken. 

Slide 6 - Diapositive

Luisterregels
  1. Laat de spreker uitspreken.


  2. Laat zien dat je luistert, bijvoorbeeld door te knikken.


  3. Houd contact door de spreker aan te kijken.

Slide 7 - Diapositive

Spreekdoelen
  1. Informeren (iets vertellen wat anderen moeten weten).
  2. Overtuigen (jouw mening laten overnemen).
  3. Activeren (iemand moet iets gaan doen).
  4. Amuseren (vermaken).
  5. Instrueren (uitleg geven).

Slide 8 - Diapositive

Afstemmen op publiek
  1. Onderwerp en doel bepalen.
  2. Een woordweb maken om je gedachten te ordenen.
  3. Informatie verzamelen.
  4. Een spiekbriefje maken met steekwoorden.
  5. Je presentatie oefenen (voor de spiegel of publiek).

Slide 9 - Diapositive

Spreekfouten top 10
  1. Te snel praten.
  2. Onverstaanbaar praten.
  3. De luisteraar niet aankijken.
  4. Saai en eentonig praten.
  5. Doorpraten zonder op de luisteraar(s) te letten.
  6. Onrustig staan.
  7. Niet goed formuleren.
  8. Vaak haperen, woorden of zinnen herhalen of ‘eh’ zeggen.
  9. Taalgebruik niet aanpassen aan het publiek.
  10. Te lange zinnen maken.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Wat vond jij niet goed aan deze presentatie?

Slide 12 - Question ouverte

Luisterfouten top 10
  1. Door de spreker heen praten.
  2. De spreker niet aankijken.
  3. Ongeïnteresseerde houding aannemen.
  4. De spreker niet uit laten praten.
  5. De spreker niet serieus nemen, uitlachen.
  6. Tijdens het gesprek andere dingen doen.
  7. Zinnen van de spreker afmaken.
  8. Reageren op onbelangrijke zaken.
  9. Geen vragen stellen.
  10. Zich laten afleiden door anderen.

Slide 13 - Diapositive

Voorbereiding 
  • Maak een goede planning

  • Verzamel informatie. Lees de opdracht en het beoordelingsdocument goed voor.

  • Maak keuzes.

  •  Zorg voor een goede opbouw (inleiding – middenstuk - slot)

Slide 14 - Diapositive

Voorbereiding 
  • Bepaal welke hulpmiddelen je gebruikt (foto’s, andere afbeeldingen, het instructie voorwerp).

  • Schrijf de presentatie uit en leer de presentatie aan de hand van steekwoorden of een spreekschema.

  • Oefenen – oefenen - oefenen. 

Slide 15 - Diapositive

Wat is belangrijk aan je houding?

Slide 16 - Carte mentale

In een presentatie gebruik je verbale en 
non-verbale communicatie 

Slide 17 - Diapositive

Wat is verbale communicatie?
A
Spreken
B
Spreken en luisteren
C
Met handen en voeten praten
D
Afbeeldingen gebruiken

Slide 18 - Quiz

Wat is een voorbeeld van non-verbale communicatie? (meerdere antwoorden mogelijk)
A
Tekens & Symbolen
B
Praten met handgebaren
C
Lichaamshouding
D
Gezichtsuitdrukking

Slide 19 - Quiz

Er mogen geen stiltes vallen tijdens mijn presentatie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quiz

Tips tijdens de presentatie

  1. Spreek rustig en duidelijk
  2. Kijk je publiek aan (kijk niet te vaak op je spiekbriefje). 
  3. Zorg voor een logische indeling (inleiding - kern - slot).
  4.  Gebruik duidelijke  en korte zinnen.
  5. Let op je houding!

Slide 21 - Diapositive

Leerling...
gaat een instructie geven over...
Let goed op, je moet een tip en een top geven over de manier van presenteren.
timer
1:00

Slide 22 - Diapositive

Leerling...
gaat een presenteren over...
Let goed op, je moet een tip en een top geven over de manier van presenteren.
timer
1:00

Slide 23 - Diapositive

Schrijf 2 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 24 - Question ouverte

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 25 - Question ouverte

Aan de slag!
  • Instructie schrijven / filmen

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Vidéo