Par 1.3 Kerk en politiek

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 4

Par 1.3 Kerk en politiek

Lezen

Blz 26 en 28, stukjes confessionelen, wie was Abraham Kuyper, katholieke emancipatie, wie was Herman Schaepman en liberalen. 

wat weet je van
de kerk en politiek

Quiz

Maar eerst gaan we kijken wat jullie nog weten van de vorige lessen.. 

Wat is een ander woord voor een land met een koning?

1. Keizerrijk
2. Republiek
3. Dictatuur
4. Monarchie

Welke politieke stroming wil minder macht voor de koning?

1. Conservatieven
2. Liberalen
3. Confessionelen
4. Socialisten

Sociale wetgeving staat bovenaan mijn 'to do' lijstje

1. Thorbecke
2. Koning Willem II
3. Troelstra
4. Kuyper

Een wijziging van een wetsvoorstel indienen.
Welk recht hoort daarbij?

1. Recht van amendement
2. Recht van Interpellatie
3. Recht van initiatief
4. Recht van motie

Bij welk recht hoort:
Een minister voor een spoeddebat naar de kamer roepen.

1. Recht van amendement
2. Recht van Interpellatie
3. Recht van initiatief
4. Recht van motie

In 1856 ging 5% van de bevolking in Nederland naar de stembus voor de Tweede Kamer. Waarom is het percentage zo laag?

1. De rest had geen vertrouwen in de politiek
2. Het aantal mensen in Nederland boven de 18 was heel laag
3. Dit kwam door het censuskiesrecht
4. Dit kwam omdat alleen de rijke mannen en vrouwen mochten stemmen

Mindmap

Pen en schrift op tafel, we gaan een mindmap maken over deze paragraaf. 

Herhalen

1848

Grondrechten

Parlement

Censuskiesrecht

Vakbond

Socialisme

Drie stromingen

Er zijn meerdere politieke stromingen: socialisten, liberalen en confessionelen. 

Confessionelen

Mensen die vanuit een geloofsovertuiging aan politiek doen noemen we confessionelen.

Confessionelen bestaan uit twee groepen:

Katholieken en de protestanten.

Protestanten

1879: ARP, de Anti-Revolutionaire Partij.

Predikant Kuyper.

Christelijk.

Hoogste macht ligt bij god.

Aanhang onder boeren, winkeliers en arbeiders.

Kiesrecht voor het gezinshoofd: de man.

Katholieken

Katholieken werden gelijkgesteld aan de protestanten.

Kerk had weer invloed in Nederland.

De katholieken richten in 1926 hun eerste politieke partij op.

RKSP.

Rooms-katholieke Staatspartij.

Herman Schaepman.

Veel aanhang in Zuid-Nederland.

Liberalen

Tussen 1850 en 1900 veel liberalen in het parlement.

1885: Liberalen gaan zich verenigen: Liberale Unie.

Aanhang onder advocaten, dokters en rijke handelaren/fabriekseigenaren.

Quiz

Eens kijken wie er goed heeft opgelet..

Bij welke stroming hoort de ARP?

1. Katholieken
2. Liberalen
3. Socialisten
4. Protestanten

Uit welke groepen bestaat het confessionalisme?

1. Liberalen en socialisten
2. Protestanten en liberalen
3. Protestanten en katholieken
4. Katholieken en liberalen

Van welke politieke stroming van Kuyper de leider?

1. Socialisten
2. Protestanten
3. Katholieken
4. Liberalen

Welke politieke partij richten de katholieken op?

1. PVV
2. Christenunie
3. CDA
4. RKSP

En nu?

Rustig aan de slag met de vragen van paragraaf 1.1 tm 1.3.

Emancipatie

Arbeiders richten hun eigen verenigingen, vakbonden, kranten en politieke partijen op.

Socialisten, katholieken en protestanten.

Zo konden ze beter opkomen voor hun belangen.