Oefenquiz H20 t/m 26

Oefenquiz
Lichaamshygiëne,
specifieke aandachtsgebieden
&
hulp bieden
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
VaktheorieMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

Oefenquiz
Lichaamshygiëne,
specifieke aandachtsgebieden
&
hulp bieden

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe verzorg je nagels op een juiste manier?
A
Vingernagels en teennagels knip je recht af
B
Vingernagels en teennagels knip je rond af
C
Vingernagels knip je recht af, teennagels knip je rond af
D
Vingernagels knip je rond af, teennagels knip je recht af.

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zie je hier?
A
Een schrale huid
B
Smetplek
C
Eczeem

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat kun je hier tegen doen?
A
De huid voorzichtig insmeren met babyzalf
B
Niks
C
De huid met poeder bestrooien en dit voorzichtig uitsmeren

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Berg is een infectie die wordt veroorzaakt door een huidschimmel.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij geïrriteerde billetjes is het verstandig om wegwerpluiers te gebruiken.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De ... bestaat uit de hoornlaag en de kiemlaag
A
Opperhuid
B
Lederhuid
C
Onderhuids bindweefsel

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke uitspraak is waar?
A
Je was eerst de anus en daarna de geslachtsorganen
B
Je wast eerst de geslachtsorganen en daarna de anus
C
De volgorde maakt niks uit

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Je lichaam gaat langzaam trager werken. Je hebt moeite om je ogen open te houden.
Sluimerfase
Lichte slaap
Diepe slaap
Je bent nog gemakkelijk te wekken, maar je wordt niet meer van elk geluidje wakker.
Als je uit deze fase wakker wordt, moet je je even oriënteren waar je bent.

Slide 9 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noem je het als iemand een ademstilstand heeft tijdens het slapen?
A
Narcolepsie
B
Remslaap
C
Slaapapneu
D
Slaapwandelen

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Jouw cliënt heeft koorts. Wat doe je?
A
Goed laten drinken
B
Goed laten eten

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Helpende Victor schuift dit hulpmiddel onder de billen
van mevrouw Jansen. Victor kan haar nu zonder te
duwen of trekken gemakkelijk sturen bij de draaiende
bewegingen.
A
Steeklaken
B
Glijzeil
C
Tillift
D
Draaischijf

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

voor de beweging van de heup en de schouder
aan de basis van de duimen
 tussen de ellepijp en het spaakbeen
in de knieën, ellebogen en vingers
Scharniergewricht
Rolgewricht
Zadelgewricht
Kogelgewricht

Slide 13 - Question de remorquage

Bij elk gewricht hoort 1 omschrijving en 1 plaatje
De wervelkolom heeft 26 wervels
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Met welke rolstoel kan een cliënt zich niet zelfstandig voortbewegen?
A
Zelfbeweger
B
Elektrische rolstoel
C
Duwwagen

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke houding in bed gebruik je als cliënten de kans lopen dat er speeksel of braaksel in de
luchtwegen loopt?
A
Buikligging
B
Halfzittende houding
C
Vlakke rugligging
D
Zijligging

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als de urine van je cliënt donkergeel is, kan dat erop wijzen dat de cliënt:
A
Beginnende nierstenen heeft
B
Weinig gedronken heeft
C
Veel gedronken heeft
D
Een leverafwijking heeft

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Incontinentie is het niet kunnen ophouden van transpiratie en/of
menstruatie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij incontinentie is een regelmatige wasbeurt belangrijk om de
onaangename geur van ontlasting en urine tegen te gaan.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Incontinentie komt alleen voor bij mensen met dementie of een
verstandelijke beperking.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een cliënt met overgewicht krijgt een energiebeperkt / energieverrijkt dieet
voorgeschreven.
A
Energiebeperkt
B
Energieverrijkt

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In een gekookt ei zit...
A
Gluten
B
Lactose
C
Geen van beiden

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In tarwemacaroni zit...
A
Gluten
B
Lactose
C
Geen van beiden

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions