vrijdag 25 maart hv2e

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

6.3 staafdiagram

Wat gaan we in deze les doen?

Programma:

• lesdoel van de vorige les herhalen
  
  
  
• nieuwe lesdoel leren
• samen oefenen m.b.v. lessonup 
• zelfstandig werken met het boek
  
  

1. Procuentele toename berekenen
2. Procentuele afname berekenen

Wat zijn de leerdoelen van deze paragraaf 6.3

Aan het eind van de les:

• weet je wat een beelddiagram is
• kan je informatie uit een beelddiagram omzetten in een tabel
• kan je een staafdiagram aflezen
• kan je zelf een staafdiagram tekenen a.d.h.v. gegevens uit een tabel 

Opdrachten om te maken:

• 19, 20 + 22 t/m 24

Lotte koopt het boek '13 reasons why' in de uitverkoop voor €14,65. Het boek kostte eerst €16,95. Met hoeveel procent is de prijs gedaald? Sleep de juiste getallen in de verhoudingstabel.

€

%

16,95

100

2,30

X

1

13,6

13,57

Met welke formule kan je de
procentuele toename/afname ook berekenen?

1. (nieuw-oud)/oud x 100%
2. (nieuw-oud)/nieuw x 100%
3. nieuw/oud x 100%
4. oud/nieuw x 100%

Een paraplu kostte eerst 12 euro.
Door de herfst is de prijs gestegen naar 14,50 euro
Met hoeveel procent is de prijs toegenomen?

1. 20%
2. 21%
3. 20,8%
4. 20,83%

Welke formule heb ik nodig?
Van de 283 leerlingen op Wolfert Lansing zitten er 22 in klas 2B.
Hoeveel % van de leerlingen zit in klas 2B?

1. (nieuw-oud)/oud x 100%
2. deel / geheel x 100%

Beelddiagram

Waar moet je goed op letten bij een beelddiagram?

In een beelddiagram stelt elk figuurtje een aantal voor.

Dat staat altijd bij de beelddiagram vermeld.

Dit heet ook wel de legenda

Staafdiagram

We kennen verticale staafdiagrammen, zoals in het plaatje hiernaast. Er zijn ook horizontale staafdiagrammen.

Hoeveel procent van de huisdieren zijn knaagdieren? 

Staafdiagram

Beelddiagram

Lijndiagram

Bij een staafdiagram moet je de staafjes:

1. Tegen elkaar aan tekenen
2. Los van elkaar tekenen

Bekijk het staafdiagram.
Hoeveel werklozen waren er in 2016 meer dan in 2011?

a In 2014, er waren toen 700.000 werklozen.

 b 550.000 ‒ 450.000 = 100.000

 c 550.000 ‒ 475.000 = 75.000

Welke diagram
is een staafdiagram?
Schrijf op: diagram ...

Einde uitleg...

Nu aan de slag.

Hoofdstuk 6: 19, 20 + 22 t/m 24
Lees  theorie A goed door.