woordsoorten zelfstandig bijvoeglijk naamwoord lidwoord

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

woordsoorten

Het Nederlands kent vele woordsoorten, namelijk:

Zelfstandig naamwoorden, werkwoorden, bijvoeglijk naamwoorden, persoonlijke voornaamwoorden, bezittelijke voornaamwoorden, bijwoorden, lidwoorden, voorzetsels, voegwoorden.

Vandaag deze woordsoorten:

een zelfstandig naamwoord

een lidwoord

een werkwoord

kijk naar de film

Daarna zie je twee opdrachten.

Je oefent met de woordsoorten.

2x oefenen

Sleep het woord naar de juiste box.

De gele vlakken kun je slepen.

zelfstandig naamwoord

 Bijvoeglijk naamwoord

peren

aardige

auto

Roos

Lokalen

klein

Sleep de woordsoorten naar de juiste box.

Bijvoeglijk naamwoord

voorzetsel

lidwoord

zelfstandig naamwoord

Het

kleine

meisje

met

haar

zelfgeknipte

pony.

Zelfstandig naamwoord

Lidwoord

Bijvoeglijk naamwoord

De

Les

Groot

Friesland College

Leeuwarden

Mooi

Oud

Het

Lidwoord

Zelfstandig naamwoord

Werkwoord

Een 

het

de

denkt

spinnen

pauze

geheugen

toetje

toetsen

getekend

dans

Het enorme vliegtuig is geland op Schiphol 

werkwoord

voorzetsel

bijvoeglijk naamwoord

lidwoord

zelfstandig naamwoord

Het

enorme

Schiphol

is 

op

Het lieve kind heeft gehuild op school. 

werkwoord

voorzetsel

bijvoeglijk naamwoord

lidwoord

zelfstandig naamwoord

Het

lieve

kind

heeft

op

De

verkoper

Glimlacht

Werkwoord

Lidwoord

Zelfstandig naamwoord

Zet het juiste voorzetsel in de zin.

Ik wil graag terugkomen ... deze beslissing.

op

achter

met

van

tegen

aan

Hoe vind je een zelfstandig naamwoord? 

Sleep de juiste antwoorden.

werken

zelfstandig naamwoord

Je kunt er vaak de, het of een voorzetten

Je kunt er vaak enkelvoud of meervoud van maken.

Je kunt er vaak een verkleinwoord van maken

stoel

klas

lidwoord

werkwoord

zelfstandig naamwoord

bijvoeglijk naamwoord

voorzetsel

De

schattige 

hond

van

de

bakker

wil

bos.

het

naar

Het scherm van mijn smartphone is gisteren helaas gebarsten.

Het

scherm

van

mijn

smartphone

gebarsten

zelfstandig naamwoord

bijvoeglijk naamwoord

hulp-werkwoord

zelfstandig werkwoord

persoonlijk voornaam-woord

lidwoord

voorzetsel

bezittelijk voornaam-woord

rang-telwoord

hoofd-telwoord

zelfstandig naamwoord

Benoem de woordsoorten in de zin.
Het enorme vliegtuig is geland op Schiphol 

werkwoord

voorzetsel

bijvoeglijk naamwoord

lidwoord

zelfstandig naamwoord

Het

enorme

vliegtuig

is 

op

Lidwoord

Zelfstandig naamwoord

Werkwoord

De

Het

Een

Lopen

Bakte

Fluisteren

laptop

Geluk

tafel

zelfstandig naamwoord

 Bijvoeglijk naamwoord

peren

aardige

lucht

Roos

Lokalen

klein

lidwoord

zelfstandig naamwoord

bijvoeglijk naamwoord

werkwoord

baby

dikke

groene

zit

een

tafel

het

lopen

Maria

zit

school

op

werkwoord

voorzetsel

zelfstandig naamwoord

werkwoord

lidwoord

zelfstandig naamwoord

studeert

de

buurvrouw

lidwoord

zelfstandig naamwoord

werkwoord

de

vogels

vliegen

lidwoord

zelfstandig naamwoord

werkwoord

een

idee

bedenken

het bijvoeglijk naamwoord

geeft meer informatie over het zelfstandig naamwoord

luister naar de  volgende uitleg

lees mee

Lidwoorden

1. De (bepaald lidwoord)
2. Het (bepaald lidwoord)
3. Een (onbepaald lidwoord)
   
   

De vader en het kind zitten in een vliegtuig.

Wat zijn lidwoorden?

1. de, het , een
2. slimme, mooie, rode
3. fiets, boek, volleybal
4. lopen, werken, denken

Wat is het juiste lidwoord..?
____ kat

1. de
2. het
3. een
4. geen idee

Wat is het juiste lidwoord ....?
____ huis

1. de
2. het
3. een
4. geen idee

Wat is het juiste lidwoord.... ?
_____ programma

1. het
2. de
3. geen idee
4. een

vraag: lidwoorden
Wat is fout?

1. de paard
2. de fles
3. de ring
4. de kast

vraag: lidwoorden
Wat is fout?

1. de hoofdstuk
2. de machine
3. de fotograaf
4. de school

Weer oefenen

Sleep de woorden naar de juiste box.

lidwoord

zelfstandig naamwoord

werkwoord

bijvoeglijk naamwoord

blauwe

de

lucht

betrekt

De blauwe lucht betrekt

Deze zin geeft informatie over de lucht.

De lucht is blauw.

De lucht verandert (betrekt).

Dit gebeurt als het ineens gaat regenen en onweren.

wat zijn bijvoeglijke naamwoorden?

1. de, het , een
2. slimme, mooie, rode
3. fiets, boek, volleybal
4. lopen, fietsen, denken

Wat zijn de bijvoeglijke naamwoorden?

1. zonnige
2. dag
3. zonnige , leren
4. leren

Wat is geen bijvoeglijk naamwoord?

1. groene
2. sterke
3. man
4. boze

Wat is GEEN bijvoeglijk naamwoord?

1. grote
2. dik
3. fietste
4. gekke

'mooi ' en 'lelijk' zijn bijvoeglijk naamwoorden. Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over

1. een zelfstandig naamwoord
2. een werkwoord
3. een voorzetsel
4. over de hele zin