Herhalen Thema 3 B1, 2, 3

Herhaling
T3: B1, 2, 3
1 / 40
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 40 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Herhaling
T3: B1, 2, 3

Slide 1 - Diapositive

Huiswerk
  • Leren basisstof 1 t/m 3

Slide 2 - Diapositive

Wat waren ook al weer de leerdoelen?
  • Je weet uit welke bestanddelen bloed bestaat.
  • Je kunt uitleggen wat de functies van de bestanddelen van bloed zijn.
  • Je kunt uitleggen wat trombose is. 
  • Je kan in de dubbele bloedsomloop van de mens de kleine en de grote bloedsomloop onderschieden met hun functies.
  • Je kan de delen van een hart en aansluitende bloedvaten  noemen met hun kenmerken en functies. 
  • Je kunt beschrijven hoe een hartslag verloopt.

Slide 3 - Diapositive

Wat is hemoglobine?

Slide 4 - Question ouverte

Wat is bloedarmoede?

Slide 5 - Question ouverte


Wat zorgt er voor de rode kleur in rode bloedcellen? Dit kan zuurstof vervoeren.
A
Glucose
B
Koolstofdioxide
C
Glycogeen
D
Hemoglobine

Slide 6 - Quiz

Wat weet je over rode bloedcellen?

Slide 7 - Question ouverte

Hoe heet het soort bloedvat waardoor bloed van het hart af stroomt?

Slide 8 - Question ouverte

Wat weet je over witte bloedcellen?

Slide 9 - Question ouverte

Wat is trombose?

Slide 10 - Question ouverte

Wat is bloedplasma?

Slide 11 - Question ouverte

Dankzij hartkleppen stroomt bloed niet terug in de:
A
Boezems
B
Kamers

Slide 12 - Quiz

Wat zijn bloedplaatjes?

Slide 13 - Question ouverte

Hebben bloedplaatjes een celkern?
A
ja
B
nee

Slide 14 - Quiz

Hoe heet het soort bloedvat waardoor bloed náár het hart toe stroomt?
A
Ader
B
Slagader
C
Haarvat

Slide 15 - Quiz

Wat is de belangrijkste taak van de bloedplaatjes?
A
Vervoeren van zuurstof
B
Ziekteverwekkers doden
C
Bloed laten stollen

Slide 16 - Quiz


Een mogelijke oorzaak van bloedarmoede is ijzertekort.

In welk gedeelte van het bloed is dit terug te vinden.
A
De rode bloedcellen
B
De witte bloedcellen
C
De bloedplaatjes
D
Het bloedplasma

Slide 17 - Quiz

Waaruit bestaat bloedplasma voornamelijk?
A
Eiwitten
B
Water
C
Opgeloste stoffen
D
Zuurstof

Slide 18 - Quiz

Het hart krijgt zelf zuurstofrijkbloed dankzij de:
A
Longader
B
Kransslagader
C
Kransader
D
Aorta

Slide 19 - Quiz

Welk van de volgende onderdelen van het bloed heeft een celkern?
A
rode bloedcellen
B
witte bloedcellen
C
bloedplasma
D
bloedplaatjes

Slide 20 - Quiz

Hoeveel rode bloedcellen bevat een klein druppeltje bloed?
A
een paar miljoen
B
een paar duizend
C
een paar honderd
D
enkele tientallen

Slide 21 - Quiz

Etter of pus bestaat uit..
A
dode ziekteverwekkers
B
dode witte bloedcellen
C
dode ziekteverwekkers en dode bloedcellen
D
rodebloedcellen

Slide 22 - Quiz


Wat is trombose?
A
een tekort aan bloedplaatjes
B
een tekort aan witte bloedcellen
C
een stolsel buiten het bloedvat
D
een stolsel binnen het bloedvat

Slide 23 - Quiz

Leg in je eigen woorden uit waarom de bloedsomloop van een mens een dubbele bloedsomloop wordt genoemd.

Slide 24 - Question ouverte

Alcohol wordt vervoerd door het bloed.
Door welk bestanddeel van bloed
wordt alcohol vervoer?
A
rode bloedcellen
B
witte bloedcellen
C
bloedplaatjes
D
bloedplasma

Slide 25 - Quiz

Dankzij halvemaanvormige kleppen, stroomt bloed niet terug in de:
A
Boezems
B
Kamers

Slide 26 - Quiz

Opdracht: uitleg bij het hart

Slide 27 - Diapositive

Opdracht: uitleg bij het hart

Slide 28 - Diapositive

Zelfstandig oefenen

  • Opdrachten maken  in de dia's hierna

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Lien

Slide 31 - Lien

Slide 32 - Lien

Slide 33 - Lien

Afsluiting

Slide 34 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je weet uit welke bestanddelen bloed bestaat.
  • Je kunt uitleggen wat de functies van de bestanddelen van bloed zijn.
  • Je kunt uitleggen wat trombose is. 
  • Je kan in de dubbele bloedsomloop van de mens de kleine en de grote bloedsomloop onderschieden met hun functies.
  • Je kan de delen van een hart en aansluitende bloedvaten  noemen met hun kenmerken en functies. 
  • Je kunt beschrijven hoe een hartslag verloopt.

Slide 35 - Diapositive

Geef jezelf een cijfer: in hoeverre voldoe jij al aan de leerdoelen?

Slide 36 - Carte mentale

Wat ga je thuis doen om de leerdoelen te bereiken?

Slide 37 - Carte mentale

Kan ik jullie nog ergens mee helpen over basisstof 1 t/m 3?

Slide 38 - Carte mentale

Zelfstandig oefenen
  • Test jezelf (Biologie MAX online) B1, 2, 3


Slide 39 - Diapositive

Huiswerk
  • Leren basisstof 1 t/m 3

Slide 40 - Diapositive