Vraag 5 en 6: bijvoeglijke bijzin
Benoem van de volgende twee zinnen het volgende:
- Schrijf het eerste en laatste woord van de bijvoeglijke bijzinnen op.
- Schrijf ook op over welk woord de bijzin extra informatie geeft.
Bijvoorbeeld:
De eik, die al eeuwen oud is, is door de bliksem geveld.
Antwoord:
die al eeuwen oud is -> de eik