P&K Semester 2 (9,10 en 11)

• Onderwijsassistenten
• MBO
• Studiejaar 1

P&K Semester 2 Carrousel 3

Carrousel 3

1. Huishoudelijk werk
2. Een kindveilige omgeving
3. Protocollen 

Vandaag

• Boek professioneel werken voor pedagogisch werk
• Thema 18 Protocollen 

Voor welke opdracht hebben jullie deze carrousel nodig?

Protocol

• Zorgt voor veiligheid en kwaliteitszorg. 

We gaan naar buiten:

• Wat kom je buiten tegen waar een protocol aan vastgebonden is?

Wat is een protocol?

• Protocol = Procedure
• Protocol: regels of stappen die aangeven wat (gedrag) je in een bepaalde situatie moet doen en hoe (werkinstructie) je dat moet doen.

Bedenk eens een protocol die aanwijst wanneer je wat moet doen?

Protocollen

• Het doel van een protocol is dat iedereen zich in een bepaalde situatie zoveel mogelijk gelijk gedraagt en handelt.

Wanneer besluit een organisatie om een protocol te schrijven? 

Check theorie

• Je gaat kijken naar 2 filmpjes over protocollen.
• Bedenk tijdens het filmpje of het een protocol is die uitlegt Wat (gedrag) je moet of hoe (werkinstructie) je het moet doen?

Dit protocol beschrijft ...

1. Wat je moet doen
2. Hoe je het moet doen

Dit protocol beschrijft ...

1. Wat je moet doen
2. Hoe je het moet doen

Werkvorm Protocollen

Kinderdagverblijf Babbels

1.  Persoonlijke hygiëne (handen wassen, toiletgebruik, hoesten en niezen).

2. Voedselveiligheid (lunchpakket van kinderen, bewaren van eten en open           producten).

3. Schone en frisse ruimte (ventileren van de ruimte, schoonhouden van de         ruimte).

Werkvorm protocollen

• Beschrijf met je groepje voor jullie onderwerp minimaal 2 maatregelen/regels/afspraken die gehanteerd worden. 
• Beschrijf voor jullie onderwerp wat jullie binnen kinderdagverblijf Babbels zouden kunnen doen in de desbetreffende voorbereidende en afrondende taken. 

klassikale terugkoppeling

Kinderdagverblijf Babbels

1. Persoonlijke hygiëne (handen wassen, toiletgebruik, hoesten en niezen).

2. Voedselveiligheid (lunchpakket van kinderen, bewaren van eten en open producten).

3. Schone en frisse ruimte (ventileren van de ruimte, schoonhouden van de ruimte).

Zelfstandig werken