Les 6 Hartfalen

Anatomie, Fysiologie en Pathologie



Periode 2
Leerjaar 2
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Anatomie, Fysiologie en Pathologie



Periode 2
Leerjaar 2

Slide 1 - Diapositive

Lesindeling 
  1. Welkom + Osiris
  2. Herhaling vorige les 
  3. Bespreken medicatieschema
  4. Hartfalen - Decompensatio Cordis 
  5. Afsluiting en huiswerk 

Slide 2 - Diapositive

Lesdoelen
Aan het einde van de les...
Kan de student uitleggen wat hartfalen is en beschrijven welke behandelingen hiervoor mogelijk zijn.

Slide 3 - Diapositive

Vorige les
1. Wat is een sinusritme?
2. Wat voor frequentie heeft een sinusritme?
3. Wat is atriumfibrilleren en waaruit bestaat de behandeling? 
4. Wat is ventrikelfibrilleren en wat is de behandeling?
5. Welke medicatie kun je geven om de hartslag te vertragen?
6. Teken een hartcyclus (P, QRS, T)


Slide 4 - Diapositive

Atrioventriculaire knoop is een...
A
schakelstation met versnelling
B
groep cellen in de linker boezem
C
groep cellen in de apex van het hart
D
schakelstation met vertraging

Slide 5 - Quiz

Welke van onderstaande medicijnen valt in de groep bètablokkers?
A
isosorbidedinitraat
B
Amlodipine
C
Atenolol
D
Verapamil

Slide 6 - Quiz

Bespreken medicatieschema

Slide 7 - Diapositive

Bespreken medicatieschema









Opdracht tijdens je stage: Observeer tijdens je stage welk hartmedicijn een patiënt gebruikt of aanvraagt (bijv. via herhaalrecept). Onderzoek dit medicijn en neem je bevindingen mee naar de volgende les. 

Slide 8 - Diapositive

Hartfalen?

Slide 9 - Carte mentale

Slide 10 - Vidéo

Hartfalen - decompensatio cordis
Hartcyclus: 
Systole: kamers trekken samen
Diastole: kamers ontspannen 

Hartfalen = het hart schiet tekort in zijn functie > namelijk het rondpompen van het bloed. Dit wordt decompensatie cordis genoemd. 

Slide 11 - Diapositive

Systolisch hartfalen
Systolisch hartfalen:
  • Minder bloed uitpompen
  • Hart is te zwak
  • Verminderde contractiekracht linker ventrikel
  • Ejectiefractie < 45%

Oorzaak: vaak na een infarct

Slide 12 - Diapositive

Diastolisch hartfalen
Diastolisch hartfalen:
  • Hart kan onvoldoende ontspannen
  • Minder goed vullen
  • Hart is te stijf

Oorzaak: vaak door langdurige hypertensie

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Ejectiefractie
De ejectiefractie (EF) is de hoeveelheid volume dat de kamer uit wordt gepompt als percentage (fractie) van het totale volume dat in de kamer aanwezig is na de vulling. 

Bij gezonde mensen is de EF ongeveer 60-70%. 

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Hartfalen/ Decompensatio cordis
Voorbeelden van oorzaken:

  • Klepaandoeningen zoals een aortastenose
  • Hypertensie
  • Hartinfarct
  • Ritmestoornissen
  • Hartspierziekte (Cardiomyopathie)

Slide 18 - Diapositive

Klachten hartfalen
  • Vermoeidheid
  • Kortademigheid
  • Hoesten
  • Oedeem (vochtophoping)  
  • Snelle of onregelmatige hartslag
  • 's nachts veel plassen
  • Toename gewicht

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Linksdecompensatie
Er wordt minder bloed door de linker ventrikel weggepompt, maar er komt wel dezelfde hoeveelheid bloed vanuit de longen de linkerboezem en kamer in! Druk neemt toe in de bloedvaten van de longen. 

Klachten/ symptomen:
  • Stuwing
  • Longoedeem (vocht in de longen)
  • Kortademigheid (dyspnoe)
  • Orthopnoe (benauwdheid tijdens platliggen)
  • Astma cardiale (acuut)
  • Problemen richting de longen (backward failure)
  • Problemen richting de organen - minder zuurstof/ voedingsstoffen (forward failure)



Slide 21 - Diapositive

Rechtsdecompensatie
Is er sprake van een afname bloedtoevoer naar de longen.  Terwijl de bloedtoevoer vanuit het lichaam via de bovenste en onderste holle ader gelijk blijft. Dat betekent dat de druk in de rechterventrikel- en boezem toeneemt. Het bloed hoopt zich op in de bovenste- en onderste holle ader waardoor je stuwing krijgt in de halsaderen en oedeem in benen en buik. 


Klachten/ symptomen:
  • Stuwing halsaderen
  • Oedeem - benen en buik (ascitis)
  • Nycturie ('s nachts veel plassen)


Slide 22 - Diapositive

Astma Cardiale 
  • Acute vorm van hartfalen.
  • Stuwing van bloed in de bloedvaten van de longen. Vocht treedt uit de bloedbaan en hoopt zich op in longweefsel. 
  • Ontstaat vaak in de nacht
  • Hevig kortademig, piepende ademhaling, rosé sputum, hypertensief, tachycardie. 
Behandeling: zuurstof (beademingsmachine) plasmedicatie (diuretica), vaatverwijdende medicatie (Nitraten- nitroglycerine) > vaatverwijdend, bloeddruk daalt, heft AP-klachten op. 

Slide 23 - Diapositive

Normale thoraxfoto

Slide 24 - Diapositive

Astma cardiale thoraxfoto

Slide 25 - Diapositive

Onderzoek naar hartfalen
  • Lichamelijk onderzoek
  • Bloedonderzoek
  • Elektrocardiogram (ECG)
  • Thoraxfoto
  • Echocardiografie 
  • Hartkatheterisatie
  • Inspanningstest (fietstest)

Slide 26 - Diapositive

Behandeling hartfalen door leefstijl
  • Vochtintake beperken
  • Weinig tot geen zout 
  • Niet roken
  • Voldoende bewegen
  • Gezond eten 

Slide 27 - Diapositive

Behandeling hartfalen door medicatie
  • ACE-remmers: Zorgen ervoor dat de bloedvaten wijder openstaan.
    Enalapril, Captopril, Lisinopril.
    Bijwerking van ACE-remmers is een prikkelhoest.

  • Bètablokkers: Zorgen ervoor dat het hart minder snel klopt.
    Bisoprolol, Metoprolol

  • Diuretica: Zorgen ervoor dat je meer plast, waardoor de druk in d bloedvaten daalt. 
    Hydrochloortiazide, Furosemide 
    Let op: diuretica niet later dan 17:00 uur innemen anders moet de patiënt 's nachts ook plassen. 

  • Calciumantagonisten: Zorgen ervoor dat het hart minder snel pompt en de bloedvaten wijder openstaan, druk daalt. 
    Amlodipine



Slide 28 - Diapositive

Behandeling hartfalen door ingreep
  • Bypass-/ of dotterbehandeling
  • Hartklepoperatie
  • Behandeling van ritmestoornissen 

Slide 29 - Diapositive

Huiswerk
Huiswerkopdracht: Stageopdracht: 
Vraag tijdens je stage aan je stagebegeleider of je mag meekijken bij een patiënt gericht op CVRM-controle. 

Observeer tijdens het consult hoe de doktersassistent:
  • De anamnese uitvoert met aandacht voor klachten die wijzen op hartfalen (zoals kortademigheid, vermoeidheid of vochtretentie).
  • Metingen verricht, zoals bloeddruk, gewicht en eventueel een enkel-armindex.
  • Informatie en uitleg geeft aan de patiënt over leefstijl en eventuele medicatie.
Noteer na afloop:
  • Welke symptomen en risicofactoren van hartfalen werden besproken.
  • Hoe de doktersassistent de patiënt begeleidde en informeerde.
  • Wat jij belangrijk vindt om zelf te leren of te oefenen bij een dergelijk consult.

Schrijf je antwoorden op en neem ze mee naar de volgende les.


Let op: zorg dat je schema hartmedicatie is ingevuld! 

Slide 30 - Diapositive

Geneesmiddelen bij hartritmestoornis
GNM ritmestoornis + antistolling
- Ivm risico op trombose in de boezems. 

Beta-blokkers: zorgen ervoor dat het hart minder snel klopt.
- Sotalol (Sotacor), Bisoprolol (Emcor), Metoprolol (Selokeen). 

Calciumantagonisten: zorgen ervoor dat het hart minder snel pompt en de bloedvaten open gaan staan, waardoor de druk daalt.
- Diltiazem (Tildiem), Verapamil (Isoptin) en Amlodipine

Hartglycosiden: kunnen een hartritmestoornis voorkomen of bestrijden, niet in staat de oorzaak van de aritmie weg te nemen
- Digoxine

Anti-arrythmica:
- Amiodaron (Cordarone), Flecanide (Tambocor), Sotalol (Sotacor) en Bisoprolol (Emcor). 

Slide 31 - Diapositive