Les 6 Hartfalen

Anatomie, Fysiologie en Pathologie



Periode 2
Leerjaar 2
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Anatomie, Fysiologie en Pathologie



Periode 2
Leerjaar 2

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesindeling 
  1. Welkom + Osiris
  2. Herhaling vorige les 
  3. Bespreken medicatieschema
  4. Hartfalen - Decompensatio Cordis 
  5. Afsluiting en huiswerk 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen
Aan het einde van de les...
Kan de student uitleggen wat hartfalen is en beschrijven welke behandelingen hiervoor mogelijk zijn.
Kan de student de verschillen tussen de groepen hartmedicatie 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vorige les
1. Wat is een sinusritme?
2. Wat voor frequentie heeft een sinusritme?
3. Wat is atriumfibrilleren en waaruit bestaat de behandeling? 
4. Wat is ventrikelfibrilleren en wat is de behandeling?
5. Teken een hartcyclus (P, QRS, T)


Slide 4 - Diapositive

1. Wat is een sinusritme? ‘normale hartslag’ aansturing vanuit sinusknoop in rechterkamer.
2. Wat voor frequentie heeft een sinusritme? Tussen de 50 en 100 gemiddeld
3. Wat is atriumfibrilleren en waaruit bestaat de behandeling? Onregelmatige hartslag vanuit de boezem. Behandeling is leefstijladvies, medicatie (antistolling) of cardioversie/ablatie
4. Wat is ventrikelfibrilleren en wat is de behandeling? Kamerfladderen, noodtoestand -> defibrileren, reanimeren, beademen.
6. Teken een hartcyclus (P, QRS, T)

Atrioventriculaire knoop is een...
A
schakelstation met versnelling
B
groep cellen in de linker boezem
C
groep cellen in de apex van het hart
D
schakelstation met vertraging

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke van onderstaande medicijnen valt in de groep bètablokkers?
A
isosorbidedinitraat
B
Amlodipine
C
Atenolol
D
Verapamil

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bespreken medicatieschema

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bespreken medicatieschema









Opdracht tijdens je stage: Observeer tijdens je stage welk hartmedicijn een patiënt gebruikt of aanvraagt (bijv. via herhaalrecept). Onderzoek dit medicijn en neem je bevindingen mee naar de volgende les. 

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hartfalen?

Slide 9 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Hartfalen - decompensatio cordis
Hartcyclus: 
Systole: kamers trekken samen
Diastole: kamers ontspannen 

Hartfalen = het hart schiet tekort in zijn functie > namelijk het rondpompen van het bloed. Dit wordt decompensatio cordis genoemd. 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Systolisch hartfalen
Systolisch hartfalen:
  • Minder bloed uitpompen
  • Hart is te zwak
  • Verminderde contractiekracht linker ventrikel
  • Ejectiefractie < 45%

Oorzaak: vaak na een infarct

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Diastolisch hartfalen
Diastolisch hartfalen:
  • Hart kan onvoldoende ontspannen
  • Minder goed vullen
  • Hart is te stijf

Oorzaak: vaak door langdurige hypertensie

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ejectiefractie
De ejectiefractie (EF) is de hoeveelheid volume dat de kamer uit wordt gepompt als percentage (fractie) van het totale volume dat in de kamer aanwezig is na de vulling. 

Bij gezonde mensen is de EF ongeveer 60-70%. 

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hartfalen/ Decompensatio cordis
Voorbeelden van oorzaken:

  • Klepaandoeningen zoals een aortastenose
  • Hypertensie
  • Hartinfarct
  • Ritmestoornissen
  • Hartspierziekte (Cardiomyopathie)

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Klachten hartfalen
  • Vermoeidheid
  • Kortademigheid
  • Hoesten
  • Oedeem (vochtophoping)  
  • Snelle of onregelmatige hartslag
  • 's nachts veel plassen
  • Toename gewicht

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Linksdecompensatie
Er wordt minder bloed door de linker ventrikel weggepompt, maar er komt wel dezelfde hoeveelheid bloed vanuit de longen de linkerboezem en kamer in! Druk neemt toe in de bloedvaten van de longen. 

Wat kunnen klachten/symptomen zijn?





Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Linksdecompensatie
Klachten/ symptomen:
Stuwing
Longoedeem (vocht in de longen)
Kortademigheid (dyspnoe)
Orthopnoe (benauwdheid tijdens platliggen), dus vooral 's nachts
Astma cardiale (acuut), 's nachts hoesten






Slide 22 - Diapositive

Patiënten slapen vaak al met veel kussens zodat ze 'zitten' in bed omdat ze 's nachts benauwd zijn of moeten hoesten.

Problemen richting de longen (backward failure)
Problemen richting de organen - minder zuurstof/ voedingsstoffen (forward failure)
Rechtsdecompensatie
Minder bloedtoevoer naar de longen. Terwijl de bloedtoevoer vanuit het lichaam gelijk blijft. 
-> de druk in de rechterventrikel- en boezem neemt toe. 
-> Hierdoor hoopt zich op in de bovenste- en onderste holle ader 
Wat zijn mogelijke symptomen?





Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Rechtsdecompensatie
Klachten/ symptomen:
  • Stuwing halsaderen
  • Oedeem - benen en buik (ascitis)
  • Nycturie ('s nachts veel plassen)


Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Astma Cardiale 
Gevolg van acuut hartfalen links. 
  • Stuwing van bloed in de bloedvaten van de longen. Vocht hoopt zich op in longweefsel. 
  • Ontstaat vaak in de nacht
  • Hevig kortademig, piepende ademhaling, rosé sputum, hypertensief, tachycardie. 
  • Kan levensbedreigend zijn

Behandeling: zuurstof (beademingsmachine), plasmedicatie (diuretica), vaatverwijdende medicatie (Nitraten- nitroglycerine) -> vaatverwijdend, bloeddruk daalt, heft klachten op. 

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Normale thoraxfoto

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Astma cardiale thoraxfoto

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hartmedicatie
Opdracht bespreken.

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Onderzoek naar hartfalen
  • Lichamelijk onderzoek
  • Bloedonderzoek
  • Elektrocardiogram (ECG)
  • Thoraxfoto
  • Echocardiografie 
  • Hartkatheterisatie
  • Inspanningstest (fietstest)

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Behandeling hartfalen door leefstijl
  • Vochtintake beperken
  • Weinig tot geen zout 
  • Niet roken
  • Voldoende bewegen
  • Gezond eten 

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Behandeling hartfalen door medicatie
  • ACE-remmers: Zorgen ervoor dat de bloedvaten wijder openstaan.
    Enalapril, Captopril, Lisinopril.
    Bijwerking van ACE-remmers is een prikkelhoest.

  • Bètablokkers: Zorgen ervoor dat het hart minder snel klopt.
    Bisoprolol, Metoprolol

  • Diuretica: Zorgen ervoor dat je meer plast, waardoor de druk in d bloedvaten daalt. 
    Hydrochloortiazide, Furosemide 
    Let op: diuretica niet later dan 17:00 uur innemen anders moet de patiënt 's nachts ook plassen. 

  • Calciumantagonisten: Zorgen ervoor dat het hart minder snel pompt en de bloedvaten wijder openstaan, druk daalt. 
    Amlodipine



Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Behandeling hartfalen door ingreep
  • Bypass-/ of dotterbehandeling
  • Hartklepoperatie
  • Behandeling van ritmestoornissen 

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk
Huiswerkopdracht: Stageopdracht: 
Vraag tijdens je stage aan je stagebegeleider of je mag meekijken bij een patiënt gericht op CVRM-controle. 

Observeer tijdens het consult hoe de doktersassistent:
  • De anamnese uitvoert met aandacht voor klachten die wijzen op hartfalen (zoals kortademigheid, vermoeidheid of vochtretentie).
  • Metingen verricht, zoals bloeddruk, gewicht en eventueel een enkel-armindex.
  • Informatie en uitleg geeft aan de patiënt over leefstijl en eventuele medicatie.
Noteer na afloop:
  • Welke symptomen en risicofactoren van hartfalen werden besproken.
  • Hoe de doktersassistent de patiënt begeleidde en informeerde.
  • Wat jij belangrijk vindt om zelf te leren of te oefenen bij een dergelijk consult.

Schrijf je antwoorden op en neem ze mee naar de volgende les.


Let op: zorg dat je schema hartmedicatie is ingevuld! 

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Geneesmiddelen bij hartritmestoornis
GNM ritmestoornis + antistolling
- Ivm risico op trombose in de boezems. 

Beta-blokkers: zorgen ervoor dat het hart minder snel klopt.
- Sotalol (Sotacor), Bisoprolol (Emcor), Metoprolol (Selokeen). 

Calciumantagonisten: zorgen ervoor dat het hart minder snel pompt en de bloedvaten open gaan staan, waardoor de druk daalt.
- Diltiazem (Tildiem), Verapamil (Isoptin) en Amlodipine

Hartglycosiden: kunnen een hartritmestoornis voorkomen of bestrijden, niet in staat de oorzaak van de aritmie weg te nemen
- Digoxine

Anti-arrythmica:
- Amiodaron (Cordarone), Flecanide (Tambocor), Sotalol (Sotacor) en Bisoprolol (Emcor). 

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions