4v Konjunktiv II

Konjunktiv II
1 / 42
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3-5

Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Konjunktiv II

Slide 1 - Diapositive

Screenshot
Maak een screenshot van de volgende slides zodat je deze kunt gebruiken bij het maken van de oefeningen.

Slide 2 - Diapositive

Konjunktiv II - wanneer gebruik je de zou-vorm?
 1. Wordt gebruikt om je beleefd en vriendelijk uit te drukken.
     Zou je niet liever iets later willen komen?

2. Wordt gebruikt om een wens uit te drukken. 
      Ik zou graag een cola willen hebben.

3. Wordt gebruikt om een irreële situatie te beschrijven
      Als ik rijk zou zijn/was, zou ik een villa kopen. 


Slide 3 - Diapositive

Hoe vorm je de Konjunktiv II ?
Hoofdregel: een vorm van würden + ein regelmäßiges Verb (heel werkwoord)

voorbeeldzinnen:
Ich würde das nicht machen.
Wie würdet ihr diese Aufgabe lösen ?
Wir würden gerne ein Eis kaufen.
ich           würde
du            würdest
er/sie/es  würde
wir           würden
ihr             würdet
sie            würden
Sie            würden

Slide 4 - Diapositive

Ausnahmen - uitzonderingen
1. Die Verben: werden, haben, sein  hebben een eigen
    conjunctiefvorm.

2. Modalverben(dürfen, können, mögen, müssen, wissen, sollen
    en wollen) hebben een eigen conjunctiefvorm.

Slide 5 - Diapositive

Konjunktiv II: haben, sein
De uitgangen zijn hetzelfde als bij de onvoltooid verleden tijd van werkwoorden + Umlaut
ik-vorm/hij/zij-vorm
= hetzelfde

jij-vorm = ik-vorm + st

wij-vorm en zij/U-vorm 
= hetzelfde

jullie-vorm = ik-vorm + t
wärst

Slide 6 - Diapositive

Konjunktiv II: Die Modalverben
-> De uitgangen zijn hetzelfde als bij de onvoltooid verleden tijd van werkwoorden 
(-te, -test, -te, -ten, -tet, -ten)
möchten

Slide 7 - Diapositive

ik zou zijn/ik was
In het Nederlands kun je een wens/irreële situatie met de verleden tijd uitdrukken of met een constructie met zou. 

Kijk eens: 
Als ik rijk was, kocht ik een auto.
Als ik rijk zou zijn, zou ik een auto kopen.

In het Duits kan dat niet. Hier moet je de conjunctiefvorm met "würden" of de eigen werkwoordsvorm gebruiken.
Wenn ich reich wäre, würde ich ein Auto kaufen.

Slide 8 - Diapositive

Vertaal: Ich wäre lieber in Italien.
Let op hoofdletters en interpunctie

Slide 9 - Question ouverte

Vertaal: Wenn ich mehr Geld hätte, würde ich nach China reisen.

Slide 10 - Question ouverte

Vertaal: Ich möchte gerne einen Apfelkuchen.

Slide 11 - Question ouverte

Vertaal: Ihr würdet kein Deutsch lernen, wenn ihr das Fach nicht in der Schule hättet.

Slide 12 - Question ouverte

zou willen doen/gaan/leren....
In het Nederlands heb je veel constructies zoals bijvoorbeeld
Ik zou graag naar het strand willen gaan, als ik tijd had.

In het eerste gedeelte vertaal je dan het woordje "willen" niet maar zeg je alleen 
"Ich würde gerne zum Strand gehen, wenn ich Zeit hätte."

Zie ook:
Jullie zouden liever thuis willen zijn dan hier op school.
Ihr wärt lieber zu Hause, als hier in der Schule.

Wij zouden het liefst alles zonder moeite willen leren. Dat zou fijn zijn.
Wir würden am liebsten alles ohne Mühe lernen. Das wäre toll.

Slide 13 - Diapositive

Begrepen?
1. Heb je begrepen hoe de conjunctief in het Nederlands eruit ziet en wanneer je hem gebruikt?
2. Heb je begrepen hoe je hem in het Duits vormt?

Dan is het nu tijd om de vormen te leren. 
Je kunt dit op meerdere manieren doen.

a. je maakt vertaalzinnen (volgende slides)
b. je schrijft een tekst die gaat over 
iets wat je graag zou willen doen.

en sowieso oefen je met studygo de lijsten
- 4v alle onregelmatige conjunctief II-vormen
- 4v conjunctief II - vormen


Slide 14 - Diapositive

Morgen ... (zou zijn) ein komischer Tag.
A
war
B
wart
C
wärt
D
wäre

Slide 15 - Quiz

Meine Brüder ... (zou hebben) gern ein Auto.
A
hatte
B
hätte
C
hättet
D
hat

Slide 16 - Quiz

Ich (zou hebben) früher schreiben sollen
A
habe
B
hatte
C
hätte

Slide 17 - Quiz

Ergänze mit der richtigen Konjunktiv II-Form:

______________ (haben) du vielleicht Zeit für mich?
A
hatte
B
hattest
C
hast
D
hättest

Slide 18 - Quiz

Ergänze mit der richtigen Konjunktiv II-Form:

Er ____________ (willen) keine Hausaufgaben machen.
A
mochte
B
möchtet
C
möchte
D
mochtet

Slide 19 - Quiz

Als ik genoeg geld zou hebben, zou ik een paard kopen. (ein Pferd)

Slide 20 - Question ouverte

Zou u me dat alstublieft nog een keer uit kunnen leggen ? (erklären)

Slide 21 - Question ouverte

We zouden dit jaar graag naar China willen reizen.

Slide 22 - Question ouverte

Wat zouden jullie hebben gedaan ? (=gemacht)

Slide 23 - Question ouverte

Ik zou dat niet kopen, als ik jou was!

Slide 24 - Question ouverte

kat-woorden + conjunctief
Maak gebruik van de kat-woordenlijst.

Slide 25 - Diapositive

Vertaal: Mijn man zou het liefst naar Apeldoorn willen verhuizen.

Slide 26 - Question ouverte

Vertaal: Als ik meer tijd had, zou ik vaker reizen.

Slide 27 - Question ouverte

Vertaal: Hij zou altijd op tijd komen als hij een wekker (Wecker) had.

Slide 28 - Question ouverte

Vertaal: Ik zou dat nooit doen, zelfs niet als ik moest.

Slide 29 - Question ouverte

Vertaal: Ik zou graag blijven, want het is hier gezellig.

Slide 30 - Question ouverte

Vertaal: Hij zou het niet doen, zelfs als je hem betaalde.

Slide 31 - Question ouverte

Vertaal: Als ik alleen maar meer geld had, zou ik gelukkig zijn.

Slide 32 - Question ouverte

vertaal: Hij zou vragen of je thuis was.

Slide 33 - Question ouverte

Vertaal: Ik zou komen en helpen, als ik tijd had.

Slide 34 - Question ouverte

vertaal: Misschien zou hij het begrijpen als je het uitlegde

Slide 35 - Question ouverte

vertaal: Ik zou je helpen, als ik daar was.

Slide 36 - Question ouverte

vertaal: Ik zou naar huis gaan.

Slide 37 - Question ouverte

vertaal: Het zou leuker zijn, als jij ook zou komen.

Slide 38 - Question ouverte

vertaal: Als ik goede cijfers had, zou ik een cadeautje krijgen.

Slide 39 - Question ouverte

vertaal: Ik zou een baan zoeken, als ik meer tijd had.

Slide 40 - Question ouverte

vertaal: Je zou langer kunnen blijven.

Slide 41 - Question ouverte

De conjunctief beheers ik nu:
😒🙁😐🙂😃

Slide 42 - Sondage