29-03 Grammar chapter 3 KBL1

Grammar Chapter 3
Aanwijzende voornaamwoorden
some/any
plurals (meervoud)

1 / 48
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 48 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Grammar Chapter 3
Aanwijzende voornaamwoorden
some/any
plurals (meervoud)

Slide 1 - Diapositive

Doelen van deze les:
- Je kan in het Engels correcte wijze aanwijzende voornaamwoorden gebruiken. 
- Je kan in het Engels op correcte wijze some en any gebruiken.
- Je kan in het Engels op correcte wijze een meervoudsvorm maken.

Slide 2 - Diapositive

Aanwijzende voornaamwoorden

Slide 3 - Diapositive

Aanwijzen
Als vertaling van 'deze' of 'die' als je iets aanwijst kun je in het Engels this, that, these, of those gebruiken.

welke van de vier je gebruikt hangt af van:
- of het om een of meer personen of dingen gaat.
- of het gaat om iets wat dichtbij of ver weg is. 

Slide 4 - Diapositive

Aanwijzen
Dichtbij
verder weg
Enkelvoud
Deze boom
This tree
Die boom
that tree
Meervoud
Deze bomen
These trees
Die bomen
Those trees

Slide 5 - Diapositive

Can you help me with ____ boxes over here?
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 6 - Quiz

Where did you get ____ shoes?
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 7 - Quiz

____ here is a picture of my dog.
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 8 - Quiz

Look at _____ bird over there!
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 9 - Quiz

Some/any

Slide 10 - Diapositive

Some/any
'Some/any' betekenen allebei 'wat of enkele'.

Can I have some water?                                 - Mag ik wat water?
Is there any candy left?                                  - Is er nog wat snoep over?
There are some chocolates left.                - Er zijn enkele chocolaatjes over. 
I don't have any sisters.                                  - Ik heb geen enkele zus.

Slide 11 - Diapositive

Some
Some gebruik je bij:
- bevestigende zinnen.
We had some drinks.

- Bij vraagzinnen waarvan je als antwoord 'ja' verwacht of het antwoord al weet.
Would you like some water?

Slide 12 - Diapositive

Any
Any gebruik je bij:
- ontkennende zinnen.
I don't have any sweets left.

- Bij vraagzinnen waarvan je niet weet wat het antwoord gaat zijn.
Are there any sweets left?

Slide 13 - Diapositive

Kort samengevat:
Wanneer gebruik je welke?
voorbeeld
Some
- Bij bevestigende zinnen
- Bij beleefde vragen
I have some cake.

Would you like some cake?
Any
- Bij ontkennende zinnen
- Bij normale vragen
I don't have any pencils.

Do you have any pencils?

Slide 14 - Diapositive

Wat voor soort zin?

Do you need some help?
A
Bevestigende zin
B
Beleefde vraag
C
Normale vraag
D
Ontkenning

Slide 15 - Quiz

Wat voor soort zin?

I can't come to your party.
A
Bevestigende zin
B
Beleefde vraag
C
Normale vraag
D
Ontkennende zin

Slide 16 - Quiz

Wat voor soort zin?

They are good friends
A
Bevestigende zin
B
Beleefde vraag
C
Normale vraag
D
Ontkenning

Slide 17 - Quiz

Wat voor soort zin?

Do you have any siblings?
A
Bevestigende zin
B
Beleefde vraag
C
Normale vraag
D
Ontkenning

Slide 18 - Quiz

Meervoud

Slide 19 - Diapositive

Meervoud
Om in het Engels een meervoudsvorm te maken zet je een -s achter het woord.
1 book - 2 books
1 radio - 2 radios

Let op! GEEN 'S!!!!

Slide 20 - Diapositive

Wat is het meervoud van:
taco
A
taco's
B
tacos

Slide 21 - Quiz

Wat is het meervoud van:

bottle
A
bottle's
B
bottles

Slide 22 - Quiz

Meervoud
Uitzonderingen:
Als een woord als een -s klank eindigt krijg je in het meervoud -es.

1 kiss           - 2 kisses
1 box           - 2 boxes


Slide 23 - Diapositive

Meervoud
Uitzonderingen:
Als een woord op een -y eindigt dan vervang je die in het meervoud door -ies

1 city           - 2 cities
1 baby         - 2 babies


Slide 24 - Diapositive

Wat is het meervoud van:

hobby
A
hobby's
B
hobbies
C
hobbys
D
hobbie's

Slide 25 - Quiz

Wat is het meervoud van:

party
A
party's
B
parties
C
partys
D
partie's

Slide 26 - Quiz

Opdrachten aanwijzende voornaamwoorden

Slide 27 - Diapositive

Nog eens samengevat
Dichtbij
verder weg
Enkelvoud
Deze boom
This tree
Die boom
that tree
Meervoud
Deze bomen
These trees
Die bomen
Those trees

Slide 28 - Diapositive

Vul het juiste woord in. Kies uit: This, That, Those, These.

_____ girls here are my friends

Slide 29 - Question ouverte

Vul het juiste woord in. Kies uit: This, That, Those, These.

How much does ______ phone over there cost?

Slide 30 - Question ouverte

Vul het juiste woord in. Kies uit: This, That, Those, These.

______ here is my little brother.

Slide 31 - Question ouverte

Vul het juiste woord in. Kies uit: This, That, Those, These.

Are ______ clothes new?

Slide 32 - Question ouverte

Opdrachten some/any

Slide 33 - Diapositive

Nog eens kort samengevat:
Wanneer gebruik je welke?
voorbeeld
Some
- Bij bevestigende zinnen
- Bij beleefde vragen
I have some cake.

Would you like some cake?
Any
- Bij ontkennende zinnen
- Bij normale vragen
I don't have any pencils.

Do you have any pencils?

Slide 34 - Diapositive

Do you have ____ friends in your class?
A
some
B
any

Slide 35 - Quiz

We bought ____ snacks for the weekend.
A
some
B
any

Slide 36 - Quiz

Can I have _____ fries please?
A
some
B
any

Slide 37 - Quiz

I don't have ____ homework today.
A
some
B
any

Slide 38 - Quiz

Do you have ____ hobbies?
A
some
B
any

Slide 39 - Quiz

Opdrachten meervoud

Slide 40 - Diapositive

Geef het meervoud van:
glass

Slide 41 - Question ouverte

Geef het meervoud van:
friend

Slide 42 - Question ouverte

Geef het meervoud van:
penny

Slide 43 - Question ouverte

Geef het meervoud van:
flash

Slide 44 - Question ouverte

Geef het meervoud van:
spoon

Slide 45 - Question ouverte

Geef het meervoud van:
phone

Slide 46 - Question ouverte

Geef het meervoud van:
change

Slide 47 - Question ouverte

Wat ga je nu doen?
Ga naar de online leeromgeving en ga via slim stampen leren voor de toets.
Je mag zelf kiezen of je woordjes, stones, of grammatica extra gaat oefenen.

Slide 48 - Diapositive