3.2 Breuken

3.2 Breuken
eerst herhalen!
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

3.2 Breuken
eerst herhalen!

Slide 1 - Diapositive

+
-
x
:
som
verschil
product
quotiënt

Slide 2 - Question de remorquage

Wat moet je als eerste uitrekenen?
3 x 4 + 2 =
A
4 + 2
B
3 x 4

Slide 3 - Quiz

Wat moet je als eerste uitrekenen?
3 + 4 x 2 =
A
3 + 4
B
4 x 2

Slide 4 - Quiz

Wat moet je als eerste uitrekenen?
3 x (4 + 2) =
A
4 + 2
B
3 x 4

Slide 5 - Quiz

Wat moet je als eerste uitrekenen?
10 : 5 x 2
A
10 : 5
B
5 x 2

Slide 6 - Quiz

Wat moet je als eerste uitrekenen?
10 - 5 + 2
A
10 - 5
B
5 + 2

Slide 7 - Quiz

Lesdoelen
  •  Je leert hoe je de begrippen breuk, teller en noemer gebruikt; 
  • Je leert hoe je een deel herkent. 

Slide 8 - Diapositive

Wat is geen breuk?
A
B
C
D

Slide 9 - Quiz

teller en noemer
Teller en Noemer
De teller telt het aantal stukken dat jij hebt.



De noemer noemt hoeveel delen er in totaal zijn.

Slide 10 - Diapositive

Breuken 
teller

noemer
1
4
_

Slide 11 - Diapositive

Breuken bestaan uit...
A
Boven en onder
B
Teller en noemer
C
Naam en achternaam
D
Vier cijfers

Slide 12 - Quiz

Hoe noemen we het bovenste getal van de breuk?
A
Noemer
B
Teller

Slide 13 - Quiz

Hoe noemen we het onderste getal van een breuk?
A
Noemer
B
Teller

Slide 14 - Quiz

Welke breuk hoort erbij???

Slide 15 - Diapositive

Een reep chocolade bestaat uit 24 stukjes.
Je moet deel eraf breken.

Hoeveel stukjes breek je eraf?
83

Slide 16 - Question ouverte

Aan de slag!
Maak 3.2 

Slide 17 - Diapositive