2GR week 35

• Grieks
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

2GR

Donderdag 2 september 

Programma

1. herhaling alfabet+ Grieks schrijven 

2. bijzonderheden Grieks doornemen 

3. Grieks voorlezen

4. nominatief+accusatief 

1. Herhaling alfabet+Grieks schrijven

Het alfabet af... 

Zet om naar een Nederlands woord:
δραμα

Zet om naar een Nederlands woord:
θεατρον

Een spiritus asper

1. geeft een h klank voor de klinker
2. geeft een h klank na de klinker
3. geeft geen h klank
4. ik zou het niet weten

de iota subscriptum staat

1. onder lange klinkers
2. boven lange klinkers
3. achter korte klinkers
4. boven korte klinkers

Hoe spreek je het volgende woord uit: ἰζω?

1. hidzoo
2. hiksoo
3. idzoo
4. iksoo

Hoe spreek je het volgende woord uit: οὑ?

1. hoe
2. hou
3. oe
4. ou

apoloola

1. ἀπολολα
2. ἀπολωλα
3. ἁπολολα
4. ἀπολωλα

authis

1. ἀυθις
2. αὐθις
3. αὐθισ
4. ἁυτις

De naam van de letter Χ is

1. phi
2. chi
3. psi
4. ksi

hoe spreek je dit Grieks woord uit?
ὁρᾳ

Wat is de kleine letter van Δ ?

1. α
2. δ
3. σ
4. ο

Bijzonderheden Grieks schrijven 

-spiritus

-tweeklanken

-iota subscriptum

-'ng'-klank

-leestekens

-'rei'-regel

'ng'-klank

γκ

γγ

γχ

->allemaal uitspreken als 'ng' 

Dus bijvoorbeeld: 

βρόγχος 

spreek je uit als 

'bronchos'

Hoe spreek je ἀναγκάζω uit?

'rei'-regel

Vóór de uitgang van vrouwelijke woorden staat een RHO, EPSILON, of IOTA?

Dan kan er NOOIT een ÉTA achteraan komen. In plaats daarvan komt er altijd een ALFA.

Voorbeeld: 

θυρ-α

Grieks voorlezen

p. 290 

Nominatief en accusatief

opg. p 291-2

Reflectie

Wat heb je deze lessen geleerd?