Les 2: Spijsvertering

                                   Spijsverteringsorganen
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
anatomieMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

                                   Spijsverteringsorganen

Slide 1 - Diapositive

Wat weten jullie over het spijsverteringskanaal?

Slide 2 - Question ouverte

Waar gaan we het over hebben...
  1. Over welke organen deel uitmaken van het spijsverteringskanaal.
  2. Functie van de mond, de keelholte, de slokdarm, de maag, de dunne darm en de dikke darm beschrijven.
  3. De functies van de alvleesklier, de lever en de galblaas.
  4. Hoe de ligging is van de spijsverteringsorganen ten opzichte van het buikvlies. 




Slide 3 - Diapositive

Wat is spijsvertering?
  • De weg die de voedingstoffen afleggen om in het bloed terecht te komen
  • Spijs = voedsel
  •  Spijsvertering = voedsel vertering in het lichaam
  •  Spijsverteringsstelsel; Mond, keelholte, slokdarm, maag, dunne darm, alvleesklier, lever dikke darm

Slide 4 - Diapositive

Wat zijn de functies van het spijsverteringstelsel?

Slide 5 - Question ouverte

Functies spijsvertering
  • Voedsel opnemen (via de mond)
  • Voedsel fijnmaken (kauwen)
  • Voedsel vervoeren (door spierbewegingen)
  • Voedsel afbreken en verteren (door verteringssappen en spierbewegingen)
  • Voedingsstoffen voor de lichaamscellen afgeven aan het bloed ( via wand dunne darm)
  • Onverteerbare voedselbestanddelen afvoeren (anus)

Slide 6 - Diapositive

Wat is de goede volgorde van de spijsvertering?
A
slokdarm, maag, dikke darm, dunne darm
B
mondholte, slokdarm, dunne darm, maag
C
mondholte, slokdarm, maag, dunne darm
D
dikke darm, dunne darm, maag, mondholte

Slide 7 - Quiz

Spijsvertering
Gebit
1
Speekselklieren
2
Slokdarm
3
Lever
4
Galblaas
5
Maag
6
12-vingerige darm
7
Dunne darm
8
Dikke darm
9
Blinde darm
10
Endeldarm
11

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Voedselbewerking in de mondholte

  • Kauwspieren
  • Gebit: kwadranten
  • Speekselklieren: 3 grote klieren. Enzym: amylase
  • Tong

Slide 10 - Diapositive

Keelholte-farynx

Slide 11 - Diapositive

Slokdarm-oesagus
  • Gespierde buis van 30 cm
  • Heeft 3 vernauwingen
  • Wand beschermt tegen scherp en zuur voedsel
  • Alleen uitscheiding van slijm
  • Enige functie: Vervoer van voedsel van mond naar maag
  • Door peristaltiek

Slide 12 - Diapositive

Maag-gaster
  • Elastische gespierde zak
  • Kan uitzetten en krimpen
  • Bewaren voedsel totdat het naar de darmen kan

Functies:
  • Verder kneden en fijnmaken van voedsel
  • Afbreken van eiwitten en vetten
  • Doden van bacteriën

Slide 13 - Diapositive

Maagsappen
2,5 tot 3 liter per dag
Maagsap bestaat uit:
  • Pepsine: enzym dat eiwitten verteert
  • Zoutzuur: zuur van een ph van 1,5 (cola 2,5)
  • Intrinsiek factor (glycoproteïne):  bindt vitamine B12 
  • water: oplosmiddel en verdunning
  • slijm: bescherming tegen pepsine en zoutzuur

Slide 14 - Diapositive

Dunne en dikke darm

Dunne darm:
  • Kan tot wel 5 tot 6 meter lang zijn
  • Bestaat uit darmvlokken aan de binnenzijde (geplooid slijmvlies)
  • In elke darmvlok zit een bloedvat (haarvat) deze nemen de voedingsstoffen op
  • De voedingsstoffen gaan via het bloed van de dunne darm -> poortader -> lever

Dikke darm:
  • Ongeveer 1,5 meter lang
  • Bestaat uit blinde darm, dikke darm, endeldarm
  • Veel bacteriën (Darmflora) -> belangrijk bij afbreekproces schadelijke bacteriën
  • Laatste voedingsstoffen worden opgenomen
  • Er wordt veel vocht onttrokken, dus de voedselbrij wordt dikker
  • Er wordt slijm toegevoegd
  • Overgebleven voedselbrij wordt naar de endeldarm vervoerd (met aan het einde de anus

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Welk orgaan hoort wel in het spijsverteringsstelsel en niet in het kanaal?
A
Lever
B
Longen
C
Milt
D
Alvleesklier

Slide 17 - Quiz

Lever
  • Hoort niet bij het spijsverteringskanaal !
  • Heeft wel een belangrijke rol bij de spijsvertering, dus hoort wel bij het spijsverteringsstelsel
  • Bestaat uit 1 rechterkwab en 1 linkerkwab, allemaal kleine leverkwabjes met daarin levercellen
  • Functioneert als een chemische fabriek
  • Neemt voedingsstoffen uit het bloed op, geven stoffen af
  • Opslagplaats voor energie, vitaminen, vetten, eiwitten en metalen.
  • Geeft suiker af aan het bloed als het lichaam het nodig heeft
  • Vormt gal. Galvloeistof helpt bij het oplossen van vetten. Gal wordt in de galblaas opgeslagen.
  • Zet eiwitten om in bruikbare eiwitten voor afweer van het lichaam en bloedstolling
  • Maakt giftige stoffen onschadelijk. Zet schadelijke stoffen om in minder schadelijke stoffen. (medicijnen, alcohol, drugs)

Slide 18 - Diapositive

Alvleesklier
  • Hoort ook niet bij het spijsverteringskanaal!
  • Scheidt alvleeskliersap af om eiwitten, vetten en zetmeel te verteren & schakelt zuur van de maag uit
  • Scheidt hormonen insuline en glucagon af. Regelen bloedsuikerspiegel in lichaam.

Slide 19 - Diapositive

Dit deel verbindt de mond met de slokdarm
Hierin wordt voedsel dat via de slokdarm uit de mond komt verder gekneed en fijn gemaakt
Dit deel is vele meters lang
Dit deel vervoert voedsel verder het spijsverteringskanaal in
Klieren in de wand vormen slijmstoffen en glijstoffen
Met dit deel kun je genieten van je eten

Keelholte

Maag

Dunne darm

Slokdarm

Dikke darm

Mondholte

Slide 20 - Question de remorquage

Buikvlies-peritoneum
Weivlies: produceert sereus vocht
Dubbelbladig met ertussen de peritoneale holte
Ligt om een aantal organen heen
Buitenblad: peritoneum parietale
Binnenblad: peritoneum viscerale
Vangt de wrijving tussen organen
Intraperitoneaal-extraperitoneaal

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Dus...
Er is verschil tussen de buikvliesholte en de buikholte:

De buikholte is de ruimte die wordt begrensd door de wervelkolom, het middenrif (diafragma), de buikspieren en de bekkenbodem.

De buikvliesholte is de ruimte tussen de twee lagen van het buikvlies. De buikvliesholte ligt ín de buikholte.

Slide 23 - Diapositive

Enzymen
Speeksel: Amylase - zet koolhydraten om in glucose
Maag: Pepsine - zet eiwitten om in aminozuren
Alvleesklier: Amylase, Peptidase en Lipase (Breekt vetten af tot vetzuren en glycerol)
Darmen: Maltase - Zetmeel omzet in glucose en eiwitten afbreekt tot aminozuren



Slide 24 - Diapositive

6 expertgroepen

Mond/keelholte/slokdarm
Alvleesklier
Lever
Galblaas
Maag
Darmen

Slide 25 - Diapositive

Opdracht
Ontwerp een voorlichtingsfolder/poster/boekje voor kinderen
4-7 of 8 tot 12 jaar over jouw onderwerp

Slide 26 - Diapositive

Volgende les...
Maagsondes
Sondevoeding
TPV
Re-feedingsyndroom

Slide 27 - Diapositive