Examen E quiz

Exameneenheid E
QUIZ!
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Exameneenheid E
QUIZ!

Slide 1 - Diapositive

Hoeveel werkprocessen heeft examen eenheid E?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 2 - Quiz

Op basis van welk instrument maak je een sterkte/zwakte analyse?

Slide 3 - Question ouverte

Wat betekent de afkorting POP?

Slide 4 - Question ouverte

Hoeveel samenvattingen heb je nodig om jouw aspect deskundigheid uit te werken?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 5 - Quiz

Wat is koppeling aan de praktijk?
A
Wanneer je eindelijk goed kan koppelen bij autorijles.
B
De juiste leerlingkoppels vormen in de praktijk op stage.
C
Dat je thuis veel over stage vertelt.
D
Dat je theorie koppelt aan jouw stage ervaringen.

Slide 6 - Quiz

Hoeveel bronnen heb je nodig bij het verslag: bevordering van eigen deskundigheid?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 7 - Quiz

Wat is kwaliteitszorg?

Slide 8 - Question ouverte

Wat hoort niet bij kwaliteitszorg?
A
Zorgplan
B
protocol pesten
C
Groepsplan
D
Huurvoorwaarden

Slide 9 - Quiz

Behoort de meldcode tot de verplichte examenstof?
A
Ja!
B
Nee!

Slide 10 - Quiz

Wat behoort niet tot de arbo wetgeving?
A
Veiligheid
B
Salaris
C
Hygiëne
D
Gezondheid

Slide 11 - Quiz

Heb je bij dit verslag gegevens van jouw stage nodig?
A
Ja!
B
Nee!
C
Stage?
D
Verslag?

Slide 12 - Quiz

Welke functionaris op stage kan je het best bij kwaliteitszorg helpen?

Slide 13 - Question ouverte

Jouw verbeterpunt moet terug te leiden zijn op jouw eigen klassituatie.
A
Ja!
B
Nee!

Slide 14 - Quiz

Jouw verbeterpunt moet ook uitgevoerd worden op het stageadres.
A
Ja!
B
Nee!

Slide 15 - Quiz

Hoeveel onderwerpen komen aan bod bij het overlegmoment op stage?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 16 - Quiz

Wat is onderbouwen van je verbeterpunt?

Slide 17 - Question ouverte

Wie nemen het examengesprek op school af?
A
2 docenten van Curio
B
Jouw examinator van stage & iemand van Curio
C
Iemand van het werkveld en iemand van Curio
D
2 mensen uit het werkveld

Slide 18 - Quiz

Wanneer mag je het examen aanvragen

Slide 19 - Question ouverte