Verkleinwoorden

Verkleinwoorden
Van de meeste zelfstandige naamwoorden kun je een verkleinwoord maken.
huis - huisje
peer - peertje
boom - boompje
Er zijn veel regels, maar ook veel uitzonderingen...
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Verkleinwoorden
Van de meeste zelfstandige naamwoorden kun je een verkleinwoord maken.
huis - huisje
peer - peertje
boom - boompje
Er zijn veel regels, maar ook veel uitzonderingen...

Slide 1 - Diapositive

Verkleinwoorden
muis - muisje
vogel - vogeltje
bloem - bloempje
lam - lammetje
koning - koninkje
ski - skietje
tv - tv'tje
auto - autootje
baby - baby'tje


Slide 2 - Diapositive

Doel van de les:
Na de les
- weet je wat verkleinwoorden zijn
- weet je dat het lidwoord van een verkleinwoord altijd "HET" is
- heb je geoefend met het maken van verkleinwoorden
- kun je een aantal regels toepassen

Slide 3 - Diapositive

Hoofdregel:
Bij veel zelfstandige naamwoorden kunnen we het verkleinwoord maken door er -je, -tje, -pje of -etje achter te zetten.
 
*-je -> huisje, koekje, kerkje, straatje
*-tje -> touwtje, aardbeitje, jaartje
*-pje -> raampje, probleempje, lampje
*-etje -> balletje, biggetje, jongetje
 -Let erop dat je bij -etje soms een verdubbeling van de medeklinkers krijgt.

Slide 4 - Diapositive

Nog een aantal regels:
  • Meestal schrijf je het verkleinwoord zoals het klinkt
  • Bij woorden die eindigen op -ng schrijf je -nkje of -etje (woning-woninkje   ding-dingetje)
  • Bij woorden die eindigen op een lange klinker verdubbel je de klinker (opa-opaatje   auto-   autootje   menu-menuutje)  Let op: "café" wordt "cafeetje"
  • Bij woorden die eindigen op een "i" voeg je een "e" toe (taxi-taxietje)
  • Bij woorden die eindigen op een "y" met een medeklinker ervoor schrijf je een apostrof (baby-baby'tje)
  • Bij woorden die eindigen op een "y" met een klinker ervoor schrijf je geen apostrof (spray-   spraytje)
  • Bij cijfer- en letterwoorden gebruik je een apostrof (dvd-dvd'tje   wc-wc'tje)

Slide 5 - Diapositive

Nog meer regels (als extraatje)
  • Eindigt een woord op - eau?
       Dan schrijf je -tje eraan vast: bureau - bureautje
  • Als de laatste letter een é is, gebeurt er hetzelfde als bij auto, maar het streepje verdwijnt: logé - logeetje
  • Als het woord eindigt op -ine, gebeurt er dit: machine -   machientje

Slide 6 - Diapositive

de coupé

Slide 7 - Question ouverte

de vitamine

Slide 8 - Question ouverte

de radio

Slide 9 - Question ouverte

de storing

Slide 10 - Question ouverte

de sfeer

Slide 11 - Question ouverte

de modeshow

Slide 12 - Question ouverte

het niveau

Slide 13 - Question ouverte

het café

Slide 14 - Question ouverte

het muziekprogramma

Slide 15 - Question ouverte

de buiging

Slide 16 - Question ouverte