Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
les 8 r8-15 check
spullen bij de hand!
Slide 1 - Diapositive
Welk persoon en getal is erratis in r9
A
1 ev
B
1 mv
C
2 ev
D
2 mv
Slide 2 - Quiz
Welke naamval is spectatorum in r9?
A
gen
B
dat
C
acc
D
abl
Slide 3 - Quiz
Mater eum discedere vetat: ‘Prope me
manere debes. Tu quoque, Marcia. Si disceditis,
fortasse erratis. Ingens est in via turba spectatorum.’
Moeder verbiedt hem weg te gaan: ‘Jij moet dicht bij mij blijven. Jij ook, Marcia. Als jullie weggaan, verdwalen jullie misschien. De menigte van toeschouwers op straat is enorm.’
Let op: de uitgangen van debes, disceditis, erratis:
debe-S, discedi-TIS, era-TIS: jij moet, jullie gaan weg, jullie verdwalen.
Let op: in via hoort samen, maar turba is het ow
Slide 4 - Diapositive
Wat is de vertaling van r11 sitimus?
Slide 5 - Question ouverte
Wat is de vertaling van r11 siti? (ook de naamval vertalen)
Slide 6 - Question ouverte
Filia lacrimat. Rogat mater: ‘Cur lacrimas?’ Puella
dicit: ‘Et ego sitio. Ambo sitimus. Siti perimus.
De dochter huilt. Moeder vraagt: ‘Waarom huil je?’ Het meisje zegt: ‘Ook ik heb dorst. Wij hebben allebei dorst. We komen om door de dorst.
Let op: uitgangen siti-MUS, peri-MUS: wij hebben dorst, wij komen om.
Let op: soms staat het onderwerp er nog extra bij zoals in ego sitio (voor nadruk), maar kan ook weggelaten worden.
Slide 7 - Diapositive
Num tu, mater, aquam tecum habes?
Filiam et filium haud bene curas!’
Sleep de vertaling naar het correcte stukje Latijn.
jij zorgt voor
helemaal niet
jij
water
(jij) hebt
dochter
zoon
en
goed
moeder
bij je
toch zeker niet
Slide 8 - Question de remorquage
Num tu, mater, aquam tecum habes? Filiam et
filium haud bene curas!’
Jij, moeder, hebt zeker geen water bij je? Jij zorgt helemaal niet goed voor je zoon en dochter!’
Let op: bij num verwacht je als antwoord nee, dus toch niet? mag ook.
Let op: filiam en filium zijn lv, zelf ow uit ww halen: cura-S: jij zorgt
Slide 9 - Diapositive
Mater tacet. Subito servum accedere videt. Servus
aquam situlo portat. Aquam spectatoribus vendit.
Sleep de juiste benoeming naar het juiste Latijn.
nom ev
dat mv
acc ev
abl ev
Slide 10 - Question de remorquage
Mater tacet. Subito servum accedere videt. Servus
aquam situlo portat. Aquam spectatoribus vendit.
Moeder zwijgt. Plotseling ziet ze een slaaf naderen. De slaaf draagt water in een kruik. Hij verkoopt het water aan de toeschouwers.
Let op: aquam is lv: wat draagt de slaaf? -> water
situlo is abl: hoe draagt hij het? in een kruik.
Let op: spectatoribus is dativus: aan de toeschouwers, zelf ow aanvullen: hij verkoopt.