Via Vervolg Deel A

Nederlands
Via Vervolg
Deel A
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 3

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Nederlands
Via Vervolg
Deel A

Slide 1 - Diapositive

Hoofdstuk 1

'Belangrijke woorden'

Slide 2 - Diapositive

Startopdracht
Pak een laptop
Open een leeg 'word' bestand




     Typ de woorden die de docent voorleest. 


Slide 3 - Diapositive

Betekenis
Weet jij wat de woorden betekenen?
Schrijf de betekenis erachter. 

timer
1:00

Slide 4 - Diapositive

Wat hebben we de vorige les gedaan? 

Pak een laptop en open lesson-up.



Slide 5 - Diapositive

Doel van de les
1. Ik weet de betekenis van moeilijke woorden die te maken hebben met sport. 
2. Ik kan belangrijke woorden die te maken hebben met sport in de juiste zin plaatsen. 
3. Ik kan belangrijke woorden die te maken hebben met sport toepassen in de praktijk. 

Slide 6 - Diapositive

Weet jij de betekenis nog?
Finale
Diskwalificeren
mentaal
fysiek
De laatste en beslissende wedstrijd
Iemand niet laten meespelen. 
Lichamelijk, wat met je lijf te maken heeft
Geestelijk, alles wat met denken en voelen te maken heeft. 

Slide 7 - Question de remorquage

Tenue

Slide 8 - Carte mentale

blessure

Slide 9 - Carte mentale

Klassement

Slide 10 - Question ouverte

Samenwerken

Opdracht 5, blz 18
Je kiest 1 iemand om mee samen te werken, kies niet degene die naast je zit. 

Slide 11 - Diapositive

Zelfstandig werken
Maak opdracht 1 t/m 4





Klaar? Kruiswoordpuzzel 
timer
1:00

Slide 12 - Diapositive

Nakijken opdrachten
Klassikaal 

Slide 13 - Diapositive

Hoofdstuk 2

'Spelling en Grammatica'

Slide 14 - Diapositive

Doel van de les
Ik kan hoofdletters en leestekens op de goede plek in een zin zetten. 
Ik kan de juiste voorzetsel in een zin zetten. 

Slide 15 - Diapositive

Lezen
We lezen de theorie op blz 20 

Slide 16 - Diapositive

Startopdracht
Leestekens toevoegen in de tekst. 

Pak een laptop, open word en schrijf de tekst op de goede manier. 
timer
15:00

Slide 17 - Diapositive

Samenvatting
Op blz 20 t/m blz 27 staan heel veel stukjes theorie.  Er worden allerlei spellingsregels uitgelegd.

                                Maak een samenvatting van deze regels! 
                               Dit is belangrijk, dit is deel 1 van je toets. 
timer
1:00

Slide 18 - Diapositive

Opdrachten
We maken opdracht 1 t/m 6 







Zelfstandig
  Met hulp 

Slide 19 - Diapositive

Samenvatting
Lees blz 28 en 29 goed door en maak hier een samenvatting van. Dit is deel 2 van je toets. 

    We gaan dit daarna oefenen met elkaar! 

Slide 20 - Diapositive

1. Het lidwoord
 Wat is dat?
Er zijn 3 lidwoorden: de, het en een. 

Werkblad maken.

Slide 21 - Diapositive

2. Het zelfstandig naamwoord
Wat is dit?
Het zelfstandig naamwoord hoort bij een lidwoord. 
Je kunt een zelfstandig naamwoord meestal in het meervoud zetten. 
Het is een woord voor iets of iemand (mensen, dieren of dingen)
Oefenen: werkblad maken! 

Slide 22 - Diapositive

Het bijvoeglijk naamwoord
Wat is dit?

Werkblad nog opzoeken

Slide 23 - Diapositive

Het werkwoord
Wat is dit?

Werkblad nog opzoeken.

Slide 24 - Diapositive

Het voorzetsel
Wat is dit?

Werkblad nog opzoeken. 

Slide 25 - Diapositive

Opdrachten
We maken opdracht 7 t/m 10


Zelfstandig
  Met hulp 

Slide 26 - Diapositive

Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Wat is dit?

Werkblad nog opzoeken. 

Slide 27 - Diapositive

Hoofdstuk 3
"Lezen"

Slide 28 - Diapositive

Doelen

Je kent de begrippen alinea, tussenkop, witregel, afbeelding, bijschrift, bron en titel. 

Je weet dat een tekst een vaste indeling heeft. Een inleiding, een middenstuk en een slot. 

Slide 29 - Diapositive

Lezen
We lezen de theorie op blz 36 en 37

Slide 30 - Diapositive

Opdrachten 
We maken de opdrachten 1 t/m 8.

Slide 31 - Diapositive

Hoofdstuk 4
'Schrijven'. 

Dit hoofdstuk koppelen we aan het schrijven van een zakelijke brief! 

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Diapositive

Hoe werken we aan dit thema?
Thema 1   SPORT
Belangrijke woorden
  Zelftest
Thematoets

Slide 34 - Diapositive