E: writing and grammar (present simple, chapter 1)

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Check-up

How is everyone doing today? 

Today's Planning

Wat gaan we doen?  We gaan eerst de opdrachten van 'C: reading' nakijken. Daarna gaan we leren hoe je over 'the daily routine' van familieleden/vrienden vertelt. Eerst een uitleg van mij en dan gaan jullie opdracht 30, 31, 32 en 33 maken. Die gaan we eerst samen doornemen. 

Waarom?  Omdat jullie deze grammatica gaan leren in hoofdstuk 1. 

Hoe? In je boek 
Hoeveel tijd?  30 minuten.
Hulp nodig? Ask three before me 
Uitkomst? Wat doen we ermee?  Volgende week gaan we weer samen nakijken en een Kahoot! doen over dit onderwerp, zodat we dan kunnen kijken of ik het goed heb uitgelegd en wat jullie van deze les en het maken van de opdrachten hebben geleerd. 
Klaar?  Woordzoeker!

Next up:

Ga naar pagina 52 (fifty-two) in je boek. We gaan opdracht 20 t/m 23 samen nakijken.

Lesdoel

At the end of this lesson

• Kan ik over de dagelijkse routine van mijn klasgenoot/vrienden vertellen. 

 

My daily routine

I wake up in the morning at 7 am.

Then I take a shower.

I eat my breakfast and brush my teeth.

I ride my bike to work.

I always do my groceries in the afternoon.

I watch tv in the evening.

Tell me about your daily routine

Tell me about your classmate's daily routine

SHIT-regel

Bij she/he/it komt er een -s of -es achter het werkwoord. 

Dus:

I wake up                                         I brush my teeth

She/he wakes up                            she/he brushes his/her teeth

You wake up                                   You brush your teeth

They wake up                                 They brush their teeth

We wake up                                    We brush our teeth

Some more examples

And now...

Ga naar pagina 60 (page sixty) en maak de opdrachten 30, 31, 32, 33

Klaar? Ga verder met je woordzoeker.

Lesdoel

At the end of this lesson

• Kan ik over de dagelijkse routine van mijn klasgenoot/vrienden vertellen. 

 

End of the lesson

1. Spullen opruimen (put away your things)

2. Blijven zitten en wachten tot de bel gaat (stay seated until the bell rings)
3. Stoel aanschuiven (pull in your chair)

4. Telefoons pakken (get your phones)
5. Bye, see you next lesson!