1.4 Opbouw en indeling


Lezen, luisteren en kijken 
1.4  Opbouw en indeling
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon


Lezen, luisteren en kijken 
1.4  Opbouw en indeling

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Indeling tekst : titel
  • De titel verraadt al veel
  • Het trekt de aandacht; ga je de tekst lezen of niet?
  • De titel noemt vaak al het onderwerp

Slide 3 - Diapositive

inleiding
  • Eerste deel van de tekst
  • Het onderwerp wordt geïntroduceerd
  • Vanaf de eerste zinnen weet je waarover de tekst gaat
  • Bestaat meestal uit één alinea

Slide 4 - Diapositive

Indeling tekst: middenstuk
  • De verschillende kanten van een onderwerp komen aan de orde
  • Dit gebeurt met behulp van deelonderwerpen
  • Bijvoorbeeld: een tekst over phishing
  • Deelonderwerpen kunnen dan zijn: gevaarlijke e-mails, criminaliteit, financiële schade, aangifte doen bij de politie, etc.

Slide 5 - Diapositive

Indeling tekst: slot
  • Laatste alinea van een tekst
  • Het belangrijkste uit de tekst wordt nog eens herhaald of samengevat

Slide 6 - Diapositive

Inleiding
Middenstuk
Slot
Dit deel is opgedeeld in alinea's 
Het onderwerp wordt benoemd
De lezer wordt nieuwsgierig gemaakt
Aandachttrekker: er wordt bijv. een vraag gesteld of een probleem besproken.
Een samenvatting van de tekst
Er wordt bijv. een vraag beantwoord of een oplossing bij een probleem besproken.
De tekst wordt stap voor stap uitgewerkt

Een conclusie 

Slide 7 - Question de remorquage

In welk deel van de tekst maak je kennis met het onderwerp?
A
Inleiding
B
Middenstuk
C
Slot

Slide 8 - Quiz

Wat is een deelonderwerp?
A
Verschillende dingen die over het onderwerp verteld worden.
B
Als er 2 onderwerpen in een tekst zitten.
C
Als de tekst niet echt een onderwerp heeft.
D
Een ander woord voor onderwerp.

Slide 9 - Quiz

Waar vind je de deelonderwerpen in een tekst?
A
Inleiding
B
Middenstuk
C
Slot

Slide 10 - Quiz

Wat is de juiste volgorde van een tekstindeling?
A
Inleiding, middenstuk met tussenkopjes, slot
B
Inleiding, slot, middenstuk
C
Inleiding, middenstuk met eventueel tussenkopjes, slot
D
Titel, inleiding, middenstuk met eventueel tussenkopjes, slot

Slide 11 - Quiz

Waarom gebruik je signaalwoorden in een zin?

  • Je verbindt zinnen en woorden met elkaar;
  • Je maakt verbanden in je tekst duidelijk;
  • Daardoor kan de lezer jouw tekst beter begrijpen;
  • Welke signaalwoorden zijn er?

Slide 12 - Diapositive

Ik hou van zon, strand en zee. = opsomming

Ik wil graag die sneakers kopen, maar ik heb mijn salaris nog niet binnen. = tegenstelling

Omdat het regent, blijf ik binnen. = reden


Voorbeelden:  
De dikgedrukte woorden zijn signaalwoorden; wat doen ze in de zin?

Slide 13 - Diapositive

Ik hou van zon, strand en zee.

Ik wil graag die sneakers kopen, maar ik heb mijn salaris nog niet binnen.

Omdat het regent, blijf ik binnen.


Voorbeelden:
De dikgedrukte woorden zijn signaalwoorden; wat doen ze in de zin?

Slide 14 - Diapositive

Tekststructuur
Langere teksten hebben vaak een vaste structuur. Bijvoorbeeld de voor- en nadelenstructuur: na de introductie van het onderwerp noemt de maker in het vervolg de verschillende voordelen en nadelen. Een overzicht van regelmatig voorkomende tekststructuren vind je in de bijlage van de online omgeving bij H1.4

Slide 15 - Diapositive

Tekststructuren
  • Argumentatiestructuur
  • Aspectenstructuur
  • Voor-nadelenstructuur
  • Vraag-antwoordstructuur 

Slide 16 - Diapositive

Vraag-antwoordstructuur
  • Inleiding: vraag
  • Middenstuk: antwoord 
  • Slot: samenvatting of conclusie 

vraag-antwoordstructuur (bijv. een artikel met de titel "Welke maatregelen kan ik treffen tegen de opwarming van de aarde?" 

Slide 17 - Diapositive

Voor-nadelenstructuur
  • Inleiding: vraag of stelling
  • Middenstuk: voordelen// nadelen
  • Slot: afweging // conclusie 

Voor- nadelenstructuur (bijv. een artikel met de titel "Wat zijn de voor- en nadelen van het starten van een lesdag om 10 uur?"

Slide 18 - Diapositive

Aspectenstructuur
  • Inleiding: onderwerp
  • Middenstuk: diverse aspecten van het onderwerp
  • Slot: samenvatting 

Aspectenstructuur (bijv. een artikel met de titel "Welke invloed heeft energydrank op jongeren?" 

Slide 19 - Diapositive

Argumentatiestructuur
  • Inleiding: standpunt
  • Middenstuk: argumenten voor het standpunt // tegenargument // weerlegging
  • Slot: herhaling stelling // beantwoorden van de vraag 

Argumentatiestructuur (bijv. een artikel met de titel "Het opvoeden van kinderen is onzin" 

Slide 20 - Diapositive

Welke tekststructuur eindigt met de beste oplossing?
A
Vraag-antwoordstructuur
B
Probleem-oplossingsstructuur
C
Argumentatiestructuur
D
Verklaringsstructuur

Slide 21 - Quiz

Welke tekststructuur herken je?
Argumentatiestructuur
Aspectenstructuur
Vraag-antwoordstructuur
Voor- en nadelenstructuur 

Slide 22 - Diapositive

Maken:
Hoofdstuk 1.4
Opdracht 2, 3 en 4

Slide 23 - Diapositive