3.5

Thema 3: 
Bloedsomloop

Basisstof 5 KGT: Afweer

Basisstof 6 BK: Afweer





1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Thema 3: 
Bloedsomloop

Basisstof 5 KGT: Afweer

Basisstof 6 BK: Afweer





Slide 1 - Diapositive

Planning
1. Magister
2. Terugblik
3. Leerdoelen van vandaag
4. Uitleg
5. Filmpje
6. (Zelfstandig) werken
7. Afsluiten

Slide 2 - Diapositive

leerdoelen
  •  Je kunt beschrijven hoe je immuun wordt voor een ziekte.
  • Je kunt beschrijven hoe je immuun wordt door een inenting.

Slide 3 - Diapositive

Afweer
Ziekteverwekkers komen niet zo gemakkelijk je lichaam binnen. Lukt het ze toch, dan maken witte bloedcellen de ziekteverwekkers onschadelijk. Dat heet afweer.

Slide 4 - Diapositive

Lichaamsvreemd
Stoffen die niet in je lichaam thuishoren, noem je lichaamsvreemde stoffen. Van lichaamsvreemde stoffen kun je ziek worden. Je lichaam probeert vreemde stoffen op drie manieren tegen te houden:
• met de huid
• met de slijmvliezen in de luchtwegen
• met zoutzuur in maagsap

Slide 5 - Diapositive

De huid
De huid houdt schadelijke stoffen en organismen tegen, bijvoorbeeld bacteriën.

Slide 6 - Diapositive

De slijmvliezen

De slijmvliezen in je neus houden kleine stofjes en ziekteverwekkers tegen. Trilharen verplaatsen het slijm naar de keelholte, waar het wordt ingeslikt.

Slide 7 - Diapositive

De maag
In je maag worden de bacteriën gedood door zoutzuur (een stof in het maagsap). Ook bacteriën die met je voedsel zijn meegekomen, worden door het zoutzuur gedood.

Slide 8 - Diapositive

Infectie
Als het ziekteverwekkers toch lukt om je lichaam binnen te komen, heb je een infectie. Het afweersysteem (of immuunsysteem) wordt dan actief en gaat de ziekteverwekker bestrijden. Ziekteverwekkers zijn meestal bacteriën of virussen. Ook sommige schimmels kunnen een infectie veroorzaken.

Slide 9 - Diapositive

Witte bloedcellen
Witte bloedcellen horen bij het afweersysteem. Je kunt witte bloedcellen zien als ‘soldaten’. Ze worden eropuit gestuurd om de ziekteverwekkers te vinden en te doden. Sommige witte bloedcellen doen dat door de ziekteverwekker op te nemen en kapot te maken. De witte bloedcel gaat daarbij zelf ook vaak dood.
Witte bloedcel
Bacteriën

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Antistoffen
Er zijn andere typen witte bloedcellen die antistoffen maken tegen de ziekteverwekkers (bv. bacteriën of virussen). Deze antistoffen plakken zich vast aan de ziekteverwekker en maken deze onschadelijk. 

Voor elke ziekteverwekker is er een andere speciale antistof nodig. Je lichaam moet deze allemaal kunnen maken. Deze antistoffen worden vervoerd door het bloed. 

Slide 12 - Diapositive

Infectie
Als je een infectie hebt, duurt het een tijdje tot de witte bloedcellen voldoende antistof hebben gemaakt . Daardoor word je bij een infectie vaak eerst ziek. Als er voldoende antistof is gemaakt, word je weer beter.

Slide 13 - Diapositive

Immuun
Als je lichaam een antistof heeft gemaakt, blijft deze antistof nog een tijdje aanwezig in het bloed. Bovendien ‘onthouden’ de witte bloedcellen hoe ze deze antistof moeten maken. Komt dezelfde ziekteverwekker later nog een keer in je lichaam, dan kunnen de witte bloedcellen meteen de juiste antistof maken. Je wordt dan niet ziek: je bent immuun geworden voor deze ziekte.

Slide 14 - Diapositive

Allergie
Soms reageert het lichaam niet op ziekteverwekkers maar ook op andere stoffen die normaal niet in het lichaam zitten maar op zich niet ziekmakend zijn. Bijvoorbeeld pinda's. Als dit gebeurt heb je een allergie

Slide 15 - Diapositive

Allergische reacties
Bij een allergie ben je overgevoelig voor bepaalde stoffen.
Als je deze stoffen inademt, inslikt of aanraakt, krijg je een allergische reactie. Je afweersysteem reageert dan op de stof. Daardoor krijg je bijvoorbeeld een rode plek, huiduitslag, een branderig gevoel, jeuk of ontstekingen.
Je kunt voor heel veel stoffen allergisch zijn. Voorbeelden zijn huisstof, haren van dieren, stoffen in voedsel, chemische stoffen, pinda’s, wespensteken en stoffen in make-up.  

Slide 16 - Diapositive

Maken:
Basisstof 5 KGT: Afweer

Basisstof 6 BK: Afweer

Slide 17 - Diapositive