Voortgangstest Marketing en communicatie

Voortgangstest Marketing en communicatie

TAAKMODULE 1 EN 2
DOELSTELLING EN DOELGROEP
DRAAIBOEK

1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
Online marketingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 10 min

Éléments de cette leçon

Voortgangstest Marketing en communicatie

TAAKMODULE 1 EN 2
DOELSTELLING EN DOELGROEP
DRAAIBOEK

Slide 1 - Diapositive

SMART
Waar staat de letter M voor?
A
meetbaar
B
minimaal
C
meedogenloos
D
marketing

Slide 2 - Quiz

Is de volgende stelling SMART?
"ik wil meer computers verkopen"
A
ja
B
nee

Slide 3 - Quiz

Is de volgende stelling SMART?
"ik ga beter mijn best doen voor school"
A
ja
B
nee

Slide 4 - Quiz

Is de volgende stelling SMART?t
"In juli 2025 ga ik op vakantie naar Bali"

A
ja
B
nee

Slide 5 - Quiz

Een organisatie heeft altijd een doelstelling
A
ja
B
nee

Slide 6 - Quiz

Als jij in een voetbalteam speelt werkt je mee aan een doelstelling
A
ja
B
nee

Slide 7 - Quiz

Waarom heb jij of een bedrijf een doelstelling nodig?
A
zodat je weet hoeveel geld het gaat kosten
B
zodat je weet waar je naartoe moet werken
C
zodat je weet met welke collega's je gaat werken
D
zodat je weet wanneer je moet beginnen

Slide 8 - Quiz

Dit is een helder doel:
"wil je een bericht over de BBQ op intranet zetten?"
A
ja
B
nee

Slide 9 - Quiz

Dit is een helder doel:
"wil je op intranet zetten dat de BQQ dit jaar plaatsvindt op 16 juni tussen 16.00-21.00 uur en meer informatie volgt?"
A
ja
B
nee

Slide 10 - Quiz

Een doelgroep is:
A
een groep mensen met dezelfde kenmerken
B
een groep mensen met dezelfde interesses
C
een groep mensen van dezelfde leeftijd
D
een groep mensen in dezelfde levensfase

Slide 11 - Quiz

De doelgroep van RED BULL is
A
ouderen
B
rustzoekers
C
avonturiers
D
basisschool scholieren

Slide 12 - Quiz

Doelgroepsegmentatie bestaat uit
A
geografie
B
sociodemografie
C
psychografie
D
gedrag en merkentrouw

Slide 13 - Quiz

sociodemografie gaat o.a. over
A
land, regio of woonplaats
B
levensstijl en interesses
C
mediagebruik, en koopgedrag
D
leeftijd, beroep, afkomst en inkomen

Slide 14 - Quiz

Een persona is:
A
de werknemer binnen een organisatie
B
een sollicitant
C
een fictief persoon die behoort tot jouw doelgroep
D
een persoon die meewerkt aan een marktonderzoek

Slide 15 - Quiz

waarom werken bedrijven met een persona?
A
je kunt al jouw acties toetsen aan jouw persona
B
je communicatie en marketing wordt beter
C
je krijgt een concreter beeld van je doelgroep
D
je kunt gerichter campagnes inzetten

Slide 16 - Quiz

om een evenement of bijeenkomst goed te laten verlopen is van belang dat je hebt (een) goed(e):
A
financiën
B
communicatiemedewerker
C
draaiboek
D
ondersteuning

Slide 17 - Quiz

welke drie draaiboeken zijn er?
A
draaiboek tijdens
B
draaiboek na
C
draaiboek voor
D
draaiboek evaluatie

Slide 18 - Quiz

in het draaiboek tijdens staat
A
wat je van tevoren moet regelen
B
wat je op de dag zelf moet doen
C
wie moet opruimen
D
wie verantwoordelijk is voor welke taak

Slide 19 - Quiz

Er is 1 persoon verantwoordelijk voor de taken die beschreven staan in het draaiboek
A
ja
B
nee

Slide 20 - Quiz

Jij weet écht alles over een doelstelling, doelgroep en een draaiboek
A
ja
B
ja
C
ja
D
ja

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Diapositive