2. Schrijven 1.2 Uitvoeren

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Instellingsexamen Schrijven 3F

Wat gaan we vandaag doen?

SCHRIJVEN 1.2: Uitvoeren

Aan de slag met het schrijfproces: Je deelt het schrijfproces op in fasen waarbij je in de voorbereidende fase duidelijke keuzes maakt over onderwerp, doel, publiek, inhoud en opbouw.

Je bepaalt je tekststructuur.

Tekststructuren

inleiding

middenstuk

slot

Uit welke onderdelen bestaat een tekst?

Welke functie heeft de INLEIDING?

1. Een uitwerking van het onderwerp.
2. Een introductie van het onderwerp.
3. Een conclusie over het onderwerp.
4. Benoemen van de argumenten over het onderwerp.

Welke functie heeft de KERN/MIDDENSTUK

1. Je stelt hierin een vraag of beschrijft een anekdote.
2. Je probeert de aandacht van de lezer te trekken.
3. Je geeft een samenvatting van de feiten/argumenten.
4. Je geeft feiten/ argumenten bij het onderwerp.

Wat is de functie van een SLOT?

1. Je geeft een uitwerking van het onderwerp.
2. Je geeft een introductie van het onderwerp.
3. Je geeft een samenvatting van het onderwerp.
4. Je benoemt feiten/ argumenten over het onderwerp.

Algemene opbouw van een tekst

Inleiding

middenstuk 

slot

De inleiding

• De schrijver introduceert het onderwerp: een verschijnsel of een probleem. 
• De schrijver probeert de aandacht te trekken van de lezer. Dat kan door middel van: een vraag te stellen, een herkenbare situatie te beschrijven, een anekdote te vertellen of de aanleiding van een probleem/verschijnsel te beschrijven.
• Het doel is de aandacht van de lezer te krijgen.

Voorbeelden van inleidingen

Sober

Deze handleiding gaat over .................... Hiermee hoop ik ...........te bereiken. Ik zal de volgende onderwerpen bespreken..................

+ doel van de tekst + voor wie?

Inhaken op de actualiteit

Een veel gehoorde tip is dat ................. Maar is dat ook zo? Is dat eigenlijk wel voldoende? Dit boekje neemt je mee aan de hand van tips en ............

+ doel van de tekst + voor wie?

Prikkelen met een opvallende uitspraak

Hoe moeilijk kan een sollicitatiegesprek zijn? Gewoon wat over jezelf vertellen. De potentiele werkgever heeft je immers toch al geselecteerd. Niks te vrezen dus........

+ doel van de tekst + voor wie?

Beginnen met de historische achtergrond

De tijd dat je gewoon een garagebedrijf binnen kon lopen en vragen naar werk is ver achter ons......

+ doel van de tekst + voor wie?

Invulling van het middenstuk/

kern

Het slot

Het slot is de laatste alina('s) van een tekst. Dat inhoud kan zijn:

• Een samenvatting: de schrijver herhaalt in het kort de middenstuk.
• Een conclusie:  De schrijver geeft in het kort zijn mening.
• Een oplossing: de schrijver geeft de oplossing voor het probleem.
• Een aansporing: de schrijver spoort de lezer aan iets te gaan doen.

Eisen aan een tekst op 3F

• Complexe zinnen maken door veelvuldig voeg- en signaalwoorden te gebruiken.
• Bij een betoog/klachtenbrief (mening): een uitgebreide argumenten en voorbeelden  beschrijven.
• Bij een artikel/zakelijke brief: meerde feiten benoemen en voorbeelden daarbij. Zorg voor een heldere en ondubbelzinnige inhoud.

3F: Complexere zinnen

Jan gaat binnenkort werken. Hij is klaar met zijn studie. Hij vond het studentenleven mooi. Er breekt een tijd aan van minder lol en meer structuur. De ex-student zal zijn studievrienden minder zien. We zullen hem niet zo vaak in de kroeg aantreffen. Er gaat veel veranderen in zijn leven.

 

Je publiek begrijpt je beter als je de verbanden in je tekst duidelijk maakt met signaalwoorden.

Jan gaat binnenkort werken, want hij is klaar met zijn studie. Hij vond het studentenleven mooi, maar nu breekt een tijd aan van minder lol en meer structuur. Ook zal de ex-student zijn studievrienden minder zien. We zullen hem vast niet meer zo vaak in de kroeg aantreffen. Kortom, er gaat veel veranderen in zijn leven.

Schrijven 1.2 Uitvoeren

Taalverzorging 2.2 Persoonsvorm in de verleden tijd