H2 - Herhaling par 3 en 4 + oefenvragen - 1VWO

Repetitie H.2
Donderdag 18 maart (op school)

Bekijk de werkwijzer voor de leerdoelen (kennen & kunnen), overzicht begrippen, 
1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Repetitie H.2
Donderdag 18 maart (op school)

Bekijk de werkwijzer voor de leerdoelen (kennen & kunnen), overzicht begrippen, 

Slide 1 - Diapositive

Herhaling par 3 en 4


Deze LessonUp kun je later nog weer terug lezen.

Slide 2 - Diapositive

Paragraaf 3
Breedteligging heeft invloed op de temperatuur.
Vanwege verschillende temperaturen, zijn er verschillende landschappen!

Op hoge breedte: 
- landijs en zee-ijs (pakijs en drijfijs)
- toendra 
- taiga
Op gematigde breedte:
- loofbos

Slide 3 - Diapositive

Hoge breedte
Gebieden op hoge breedte;
- ver van de Evenaar
- lage(re) temperaturen omdat
->
1. langere afstand zonnestralen
2. groter oppervlakte verwarmen

Slide 4 - Diapositive

Landijs/zee-ijs
Poolgebied: hele jaar minder dan 0°C.
- Op land: landijs
- Zee-ijs: pakijs en drijfijs
- Klimaatverandering heeft grote gevolgen voor de hoeveelheid landijs.

Slide 5 - Diapositive

Toendra
Toendra: landschap grenzend aan poolgebied
Geen bomen (boven boomgrens)
Mossen, grassen, lage struikjes
Altijd kouder dan 10°C.

Permafrost: bodem die altijd bevroren is.

Slide 6 - Diapositive

Taiga (B86)
 Taiga: landschap grenzend aan de toendra 
 - Noord-Scandinavië, Canada en Rusland
 - ‘s zomers > 10°C
- naaldbossen 

Slide 7 - Diapositive

Als je reist van Stockholm naar de Noordpool, kom je onderweg tegen:
- Naaldbos (taiga)
- Toendra
- Zee-ijs
- Landijs

Slide 8 - Diapositive

Welk landschap zie je op deze foto?
A
Savanne
B
Toendra
C
Taiga
D
Land- en zee-ijs

Slide 9 - Quiz

Smeltend ijs zorgt voor een stijging van de zeespiegel. Welk ijs?
A
Landijs
B
Zee-ijs
C
Land- en zee-ijs
D
Geen van beide

Slide 10 - Quiz

In de leefgebieden van de Inuit verdwijnen soms hele stukken van de kust in zee. Door welke processen wordt dit veroorzaakt.
A
De uitstoot van methaan en olie- en gaswinning.
B
Het smelten van zee-ijs en toenemende bebouwing.
C
Het verdwijnen van de permafrost en toenemende bebouwing.
D
Het smelten van zee-ijs en het verdwijnen van de permafrost.

Slide 11 - Quiz

Welke landschapszone zal Verchojansk hebben?
A
Landijs
B
Loofbos
C
Toendra
D
Taiga

Slide 12 - Quiz

Tussen welke landschappen vind je de boomgrens?
A
Toendra en Zee-ijs
B
Taiga en Loofbos
C
Loofbos en Landijs
D
Taiga en Toendra

Slide 13 - Quiz

Loofbos (B85)
Op gematigde breedte vindt je loofbossen (bv. NL).
- Warm genoeg voor bomen met bladeren
- Ga je verder richting hoge breedte, dan hier te koud voor loofbomen = loofboomgordel
(denk ook aan hoogtegordels op een berg)

Slide 14 - Diapositive

De grens tussen loofbossen en naaldbossen (taiga) is niet heel duidelijk. Zie foto.
Hoe noemen we deze bossen? (B86)
A
Loofbos
B
Naaldbos
C
Boomgrens
D
Gemengd bos

Slide 15 - Quiz

Paragraaf 4
Niet alleen breedteligging, maar ook hoogteligging heeft invloed op de temperatuur.
Op aarde zijn gebieden met reliëf (= hoogteverschillen).
In deze berggebieden kom je, vanwege verschillende temperaturen, verschillende hoogtegordels tegen.

Slide 16 - Diapositive

Wat is een hoogtegordel?

Slide 17 - Question ouverte

Wat is de juiste volgorde van hoogtegordels, van onder naar boven?
1. loofboomgordel
2. naaldboomgordel
3. rotsgordel
4. eeuwige sneeuw
5. alpenweide

A
1 - 2 - 3 - 4 -5
B
1 - 2 - 4 - 3 - 5
C
5 - 2 - 1 - 3 - 4
D
1 - 2 - 5 - 3 - 4

Slide 18 - Quiz

De alpenweiden zijn 's zomers begroeid met gras, 's winters ligt er sneeuw
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quiz

Met hoeveel graden daalt de temperatuur als je 1000 meter omhoog gaat in de bergen?

Slide 20 - Question ouverte

Slide 21 - Diapositive

Bekijk de vorige afbeelding.
Gebruik figuur 20 in je leerboek.
a. Wat betekent de blauwe kleur in de legenda?
b. Leg uit waarom deze toeristische bestemming niet in het noorden van Zwitserland voorkomt.

Slide 22 - Question ouverte

Paragraaf 5
Naast natuurlandschappen hebben mensen ook een plek op deze aarde. Hoe is dat verdeeld?
Dit komt door een ongelijke bevolkingsspreiding op aarde.

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

In welk werelddeel/werelddelen verwacht men de grootste bevolkingsgroei?
A
Azië en Afrika
B
Azië en Latijns-Amerika
C
Azië
D
Afrika

Slide 25 - Quiz

Hoe noem je een opeenhoping van mensen?
A
Bevolkingsdichtheid
B
Bevolkingsspreiding
C
Bevolkingsconcentratie

Slide 26 - Quiz

Slide 27 - Diapositive

Bekijk de vorige afbeelding.
Beredeneer (bedenk) waarom op sommige plaatsen de bevolkingsdichtheid zo laag is.

Slide 28 - Question ouverte

In welke luchtstreek is de bevolkingsdichtheid het grootst?
Luchtstreken (B49)
A
Poolstreken
B
Tropen
C
Gematigde zone

Slide 29 - Quiz

Dunbevolkte gebieden
Te droog / te nat
Te warm / te koud
Onvruchtbaar 

Tóch wonen er soms wel mensen.. Hoe kan dat?

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Rivieroase in Marokko

Slide 32 - Diapositive

Irrigatie in Marokko

Slide 33 - Diapositive

Irrigatie, oases en stuwdammen op de kaart

Slide 34 - Diapositive

Stuwdam voor irrigatie
Een versperring in de rivier, die water vasthoud.
Water wat vervolgens via pijleidingen naar andere delen in het land vervoerd kan worden (voor landbouw)

Slide 35 - Diapositive

Beredeneer een nadeel van een stuwdam voor mensen die verderop aan de rivier wonen

Slide 36 - Question ouverte

Aan de slag!
Leer voor de repetitie
- Gebruik de samenvatting (op Teams)
- Maak flashcards
- Leg de leerstof in je eigen woorden uit (aan iemand anders)

Vergeet vooral ook de basisboeknummers niet te leren!

Slide 37 - Diapositive