Quiz over Duitsland en Nederland

Welkom
Herzlich Willkommen
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Welkom
Herzlich Willkommen

Slide 1 - Diapositive

Duitsland:

Slide 2 - Carte mentale

Nederland:

Slide 3 - Carte mentale

Hoeveel inwoners heeft Duitsland?
A
ongeveer 22 miljoen
B
ongeveer 48 miljoen
C
ongeveer 83 miljoen
D
ongeveer 95 miljoen

Slide 4 - Quiz

An welchem Tag feiern die Niederländer den Königstag
A
27. April
B
28. April
C
29. April
D
30. April

Slide 5 - Quiz

Hoeveel buurlanden heeft Duitsland?

Slide 6 - Question ouverte

In welcher Stadt befindet sich das niederländische Parlament?
A
Amsterdam
B
Den Haag
C
Utrecht
D
Rotterdam

Slide 7 - Quiz

Wat was voor de euro de Duitse munteenheid?
A
Hans
B
Mark
C
Frank
D
Peter

Slide 8 - Quiz

Wie viele mehr Menschen gibt es in Deutschland mehr als in den Niederlanden?
A
42 Mio.
B
50 Mio.
C
66 Mio.
D
73 Mio.

Slide 9 - Quiz

Hoeveel Bundesländer (provincies) heeft Duitsland?
A
8
B
12
C
16
D
21

Slide 10 - Quiz

Noordrijn-Westfalen
Beieren
Sleeswijk Holstein
Berlijn

Slide 11 - Question de remorquage

Gelderland
Friesland
Zeeland
Utrecht

Slide 12 - Question de remorquage

Slide 13 - Vidéo

Hoe gaat het liedje verder?
A
am nächsten Tag habe ich frei
B
großes Kino für uns zwei
C
Wir feiern unsere Hochzeit im Mai
D
Wir machen Urlaub in der Türkei

Slide 14 - Quiz

Welcher Nachname ist am häufigsten in den Niederlanden?
A
Jansen
B
De Vries
C
De Jong
D
Müller

Slide 15 - Quiz

Wat is het meest verkochte Duitse automerk ter wereld?
A
VW Kever
B
Mercedes S-Klasse
C
BMW Z8
D
Porsche

Slide 16 - Quiz

Niederländisches Essen
Nicht-niederländisches Essen

Slide 17 - Question de remorquage

Hoe heet de hoofdstad van Duitsland?

Slide 18 - Question ouverte

Was siehst du hier?
A
Luikse wafels
B
stroopwafels
C
poffertjes
D
Hollandse koeken

Slide 19 - Quiz

Wat krijg je als je in Duitsland een Frikadelle bestelt?
A
een braadworst met saus
B
een soort gehaktbal
C
een broodje kroket
D
een frikandel met mayo curry en uitjes

Slide 20 - Quiz

Wie lautet der Name der dritten
Watteninsel?
A
Ameland
B
Vlieland
C
Texel
D
Terschelling

Slide 21 - Quiz

Tekst
timer
0:20
Currywurst
Wienerschnitzel
Flammkuchen

Slide 22 - Question de remorquage

Aufgabe:

Stelle dich in der anderen Sprache vor, sage 
- wie du heißt
- wie alt du bist
- dein Lieblingshobby
Opdracht:

Stel jezelf voor in de andere taal, vertel
- hoe je heet
- hoe oud je bent
- je lievelingshobby

Slide 23 - Diapositive

Wat is dit?
A
eine Bretzel
B
ein Kaiserbrötchen
C
ein Käsebrötchen
D
ein Baguette

Slide 24 - Quiz

Wie viele Fahrräder gibt es in den Niederlanden?
A
5 Mio.
B
12 Mio.
C
17 Mio.
D
18 Mio.

Slide 25 - Quiz

Ïn hët Düïts krïjgën klïnkërs äf ën töë twëë püntjës bövënöp zïch.
Bijvoorbeeld: schön (mooi,leuk)
Dïë püntjës nöëmën wë ëën...........
A
Trema
B
Puntjes
C
Umlaut
D
Accent grave

Slide 26 - Quiz

Laatste vraag!
Op de volgende dia komt de allerlaatste vraag...

Slide 27 - Diapositive

timer
0:20
Welke 3 supermarkten vind je in Duitsland?
(Sleep je antwoorden hierheen)

Slide 28 - Question de remorquage

Slide 29 - Diapositive