20 juni

Unit Tijl Uilenspiegel
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Unit Tijl Uilenspiegel

Slide 1 - Diapositive

Schedule today

  • telwoorden/numerals in Dutch repeat 
  • numerals and ordinals practise
  • time to prep presentation
  • perfectum 
  • games

Slide 2 - Diapositive

planning
5 lessons until the summer break

5 min presentation Annie MG Schmidt book or poem OR another subject from the 'Canon'
20 juni-Laya
27 juni-Daniele
1 juli-Nicholas

Slide 3 - Diapositive

Telwoorden
Ik ben geboren op negenentwintig september.
We gingen op veertien juni naar de bioscoop.
Fatma heeft dertig koekjes gebakken. 
Jan heeft de hoofdprijs van duizend euro gewonnen.
De show is op twaalf januari.



Slide 4 - Diapositive

Rangtelwoorden/ordinal numbers

Willem Alexander is de vierde koning van Nederland

Slide 5 - Diapositive

ordinal numbers
Hij wint de eerste prijs.
Zij woont in het tweede huis van de rij.
Voor mijn zestiende verjaardag wil ik een nieuwe Ipad.
In de vierde klas van het MYP zitten twintig leerlingen.
Dit is de laatste les.

Slide 6 - Diapositive

Task Zoek de weg naar de schatkist

Highlight the numerals and the ordinal numbers. Write them in the box below the text.

Slide 7 - Diapositive

Time to prepare your presentation
timer
10:00

Slide 8 - Diapositive

grammar: het perfectum
Used for something that has started in the past and is finished now and has a certain result:
Wat is er gebeurd?
Ik heb mijn huiswerk gemaakt.
Ik heb een drankje besteld.
Heeft het gesmaakt?

Slide 9 - Diapositive

Copy Voltooid deelwoord (past participle)

Sterk werkwoord-irregular verb
Zwak werkwoord-regular verb
hulpwerkwoord-auxiliary verb
voltooide tijd-perfectum
Ik ben verdwaald, hij heeft besteld, zij heeft betaald, wij hebben brood gekocht, heb je iets gezien?

Slide 11 - Diapositive

Task 10 min.
Create 5 sentences in the perfectum using verbs you know.

Done? Start preparing your presentation 

Slide 12 - Diapositive

Kwartetten
QUESTION Mag ik van jou van Op reis de bus? 
ANSWER Nee die heb ik niet
OR Ja alsjeblieft
When it is your turn ask for a card you need. If they don't have the card you pick one up from the pile. Now the next person gets a turn. If the person does have the card you need, you can ask again. If you have them complete say Kwartet!

Slide 13 - Diapositive