Weerbericht presenteren

Het weerbericht presenteren
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Het weerbericht presenteren

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Welke weerman presenteert het NOS weer en komt uit Maassluis?
A
Peter Kuijpers Munnike
B
Erwin kroll
C
Piet Paulisma
D
Marco Pieter Verhoef

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Diapositive

Het weerbericht presenteren

Slide 5 - Diapositive

In welke tabel in BINAS kun je de symbolen op de weerkaart vinden?
Tabel …..

Slide 6 - Question ouverte

Welk figuur geeft een koufront aan? Gebruik tabel 24 in BINAS
A
Een vierkantje
B
Een halve cirkel
C
Een driehoekje
D
Een sterretje

Slide 7 - Quiz

In de afbeelding hiernaast kun je lezen dat stormen bij code oranje of rood een naam krijgen. Code oranje wordt gegeven bij windstoten boven de 100km/h (Ca. 27,8m/s). Welke windkracht (schaal van Beaufort) hoort daar bij? Zie BINAS TABEL 25.
Windkracht …….

Slide 8 - Question ouverte

De opdracht
Maak een video waarin jij het weerbericht presenteert

Slide 9 - Diapositive

Wat moet je minimaal vertellen in je weerbericht?
- wanneer spreekt men van gemiddelde luchtdruk, een hoge luchtdruk en wanneer van lage luchtdruk? (Aantal hPa of mBar noemen). 

- De hoogte van de luchtdruk is een voorbode voor het type weer dat verwacht wordt. Leg uit hoe de luchtdruk in verband wordt gebracht met het verwachte weer, bijvoorbeeld de verwachtte neerslag.

- leg het begrip isobaren uit met behulp van de gekozen weerkaart.

- geef aan hoe je de windkracht en windrichting van de wind kunt aflezen met behulp van de isobaren. Geef met pijlen de windrichting aan op de kaart met isobaren. Is er sprake van een noorden, westelijke, zuidelijke of oosten wind? 
Wat moet je minimaal vertellen in je weerbericht deel 1:

Slide 10 - Diapositive

Wat moet je minimaal vertellen in je weerbericht?
- is er een koufront, warmtefront of oclusie op komst?

- wat zijn de minimum en maximum temperatuur voor de dag en nacht?

- is er veel kans op neerslag? Zo ja in welke vorm komt dit dan naar alle waarschijnlijkheid naar beneden?

- is er veel kans op bewolking? Hoe ontstaan wolken?

Extra:
Is er een hoge luchtvochtigheid? Zo ja geeft dit kans op dauw of rijp in de ochtend? Uitleg donderglas, mooie foto’s van weer met uitleg bijv. Rijp, mist, dauw.
Wat moet je minimaal vertellen in je weerbericht deel 2:

Slide 11 - Diapositive

Hoge en lage luchtdruk
Lage luchtdruk: ca. 970mBar
Gemiddelde luchtdruk: 1000mBar
Hoge luchtdruk: 1020mBar

Slide 12 - Diapositive

Isobaren, oclusie, kou- en warmtefront

Slide 13 - Diapositive

Wolken worden gevormd door water in de …….. fase
A
Vast
B
Vloeibaar
C
Gas

Slide 14 - Quiz

Om een wolk te vormen moet water uit de lucht dus overgaan van de gasvormige fase naar de vloeibare fase, hoe noem je deze faseovergang?
A
Rijpen
B
Sublimeren
C
Stollen
D
Condenseren

Slide 15 - Quiz

dauwpunt
Het dauwpunt is de temperatuur waarbij waterdamp begint te condenseren. Waterdamp gaat condenseren wanneer de lucht waarin de waterdamp zit afkoelt. De lucht kan dan minder waterdamp vast houden.

Slide 16 - Diapositive

Om de faseovergang condenseren plaats te laten vinden, dan moet het water ……..
A
Afkoelen
B
Opwarmen

Slide 17 - Quiz

Het ontstaan van stapelwolken

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Weerbericht 7 februari 2021

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Hoe hoog is de luchtdruk in Nederland volgens de Isobaren?
A
1000-1010
B
1010-1015
C
1015-1020
D
1020-1025

Slide 26 - Quiz

Wat betekenen de blauwe driehoekjes die op Nederland afkomen? Gebruik BINAS
A
Oclusie
B
Koufront
C
Sneeuw
D
Isobaren

Slide 27 - Quiz

Welk antwoord beschrijft het weer in Nederland het beste?
A
Zonnig en droog
B
Bewolkt, koud en nat
C
Warm, maar Stormachtig

Slide 28 - Quiz

Juist of onjuist
De windkracht is in Nederland volgens het kaartje vrij groot (het waait hard)
A
Juist
B
Onjuist

Slide 29 - Quiz

Juist of onjuist
De windkracht is in Nederland volgens het kaartje vrij groot (het waait hard)
A
Juist
B
Onjuist

Slide 30 - Quiz