2.6 van mythe naar wetenschap

1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Van Mythe...
Stel je voor....
VRIJDAG 14 JANUARI 
PAK JE PLENDA EN NOTEER:
TOETS: WOENSDAG 19 JANUARI

LEREN: HOOFDSTUK 2: 2.1 T/M 2.6 EN 2.8

- Leerboek en werkboek op tafel

Slide 2 - Diapositive

van Mythe naar Wetenschap

Slide 3 - Diapositive

Van Mythe...
Stel je voor....
 Griekse goden 
  • Goden waren verantwoordelijk voor alles; elke god had een andere functie
  • Apollo, god van de geneeskunde, kon ook ziektes veroorzaken
Polytheïstisch... Wat was dat ook alweer?

Slide 4 - Diapositive

Van Mythe...
Stel je voor....
 Van mythen...
  • Verhalen werden doorverteld

  • Hulpmiddel om de wereld beter te begrijpen 

  • Orakels: plekken waar priesters antwoord gaven op vragen. Vooral belangrijk om de wil van de goden te begrijpen 
Mythen: Verhalen over goden en helden, vaak verklarend voor zaken in het leven (denk aan ziektes en natuurverschijnselen

Slide 5 - Diapositive

Van Mythe...
Stel je voor....
   ...naar wetenschap           (600 v Chr)
De wereld/natuur begrijpen door: 
  • observeren/ bestuderen
  • redeneren 
  • => Filosofen
  • => wetenschap 


Contact met volken met ander mythen zorgt voor twijfel. 

Slide 6 - Diapositive


Socrates


  • Eén van de belangrijkste Atheense filosofen
  • Goed en kwaad (Ethiek)
  • Socratische manier van vragen stellen
  • Oplossen van problemen
  • 399 v.C: Socrates wordt ter dood veroordeeld

Slide 7 - Diapositive

Hippokrates
  • Grondlegger moderne geneeskunde (430 v.C pest in Athene)
  • viel Hippokrates op dat bijna geen smid de pest had
  • Advies: goed stoken en lijken verbranden  daarvoor straf van de goden

Tegenwoordig: Artsen leggen de eed van Hippokrates af

Slide 8 - Diapositive

Van Mythe...
Stel je voor....
2.8: Afsluiting
Doen: Leerdoelen voor jezelf noteren en uitwerken t/m leerdoel 12
Klaar? Zelfstandig de begrippen leren 
pagina 52 en 53

Slide 9 - Diapositive

Leren van de Grieken en Etrusken
  • Ligging was gunstig=> oversteekplaats over de rivier de Tiber, veel handelswegen kruisten zich daar. 
  • Handel met de Griekse kolonies in Zuid-Italië en Etrurië
  • Rome handelde in zout=> ambtenaren en leger van betaald, want het was zeldzaam en kostbaar. 
  • Romeinen namen van de Grieken over: maken van olijfolie en wijn, aanleg van havens, het schrift, Griekse godensysteem. 

Slide 10 - Diapositive

Soldaat in plaats van boer
  • Boeren zaten in het leger, zij konden uitrusting betalen. Door groei rijk konden ze hun akkers, vee niet meer verzorgen=> voedseltekorten en boeren moesten hun eigendom verkopen aan rijke romeinen.
  • Gevolg groei van het rijk: vanaf 2e eeuw v. Chr.: iedereen mocht in leger=> staat betaalde de uitrusting. Arme vrijwilligers hoopten in leger rijk te worden door de oorlogsbuit.

Slide 11 - Diapositive

Soldaat in plaats van boer
  • Boeren zaten in het leger, zij konden uitrusting betalen. Door groei rijk konden ze hun akkers, vee niet meer verzorgen=> voedseltekorten en boeren moesten hun eigendom verkopen aan rijke romeinen.
  • Gevolg groei van het rijk: vanaf 2e eeuw v. Chr.: iedereen mocht in leger=> staat betaalde de uitrusting. Arme vrijwilligers hoopten in leger rijk te worden door de oorlogsbuit.

Slide 12 - Diapositive

Julius Caesar: Generaal, politicus en uiteindelijk dictator.
  • De generaals werden niet meer elk jaar vervangen. Gevolg=> ze kregen meer tijd om gebieden te veroveren, dus ook macht en rijkdom. Ook werden de legers trouw aan hen en niet aan de senaat, soldaten kregen deel buit veroveringen.
  • Julius Caesar veroverde Gallië. Tactiek: hij liet de stammen oorlog voeren met elkaar, daarna versloeg hij de rest één voor éen.
  • Julius zette zijn rijkdom en trouw van de soldaten in om politieke macht te krijgen.

Slide 13 - Diapositive