Breuken vereenvoudigen, optellen en aftrekken(07-11)

Breuken Bingo

1 / 41

Slide 1: Diapositive

RekenenMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

La durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Breuken Bingo

Slide 1 - Diapositive

Om breuken snel te herkennen eindigen we deze les met een breukenbingo. Ook de vereenvoudigde weergave wordt natuurlijk goedgekeurd!

Gebruik de bingokaartjes van pagina 7

Wanneer er tijdgebrek dreigt, speel dan met 1 kolom of 1 rij en later met de rest van het kaartje.

Marloes kijkt door de deur, hoeveel klasgenoten ziet ze?

Start:

Telefoon opruimen, Laptop aan de stroom

Spullen op tafel: Schrift, pen, laptop dicht!

Melden: spullen vergeten of huiswerk niet gemaakt

Klaar zitten voor de start van de les

timer

5:00

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

HOE VOEL JIJ JE MOMENTEEL?

😒🙁😐🙂😃

Slide 3 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

6 + 6 + 6 = 18

8 + 4 + 8 = 20

2 + 6 + 2 = 10

4 + 4 - 2 =6

7+ (2 + 2 + 2 + 1) x 4 = 35

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Supergoed gedaan!

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doelen

Aan het eind van de les kun je:

uitleggen wat de teller en de noemer van een breuk is;
de breuk uitspreken;
breuken vereenvoudigen;
breuken bij elkaar optellen en aftellen.

Slide 7 - Diapositive

Hoe ziet deze les eruit:

De woorden

de breuk/breuken

de teller

de breukstreep

de noemer

de samengestelde breuk

de getallenlijn

de gelijkwaardige breuken

vereenvoudigen

de gelijknamige breuken

de ongelijknamige breuken

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De breuk

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is in deze breuk de teller?

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is in deze breuk de noemer?

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 2 ​} e n \frac{​ 4 ​ ​}{​ 8 ​}

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Breuken vereenvoudigen

De noemer en teller moet je kunnen delen door hetzelfde getal.

Bijvoorbeeld beide door 2 of 3 of 5 of 7

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke breuk is gelijkwaardig aan:

2/6

2/3

2/8

1/2

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Koppel de breuken die hetzelfde zijn.

Vereenvoudigen!

3/12

6/36

7/70

12/24

1/4

1/2

1/6

1/10

Slide 18 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Zelfstandig werken

timer

10:00

Wat

1F Maak de opdrachten van 5.1 (blz. 52 t/m 54)

2FA Maak de opdrachten van 4.2 (blz. 59 t/m 62)

3F Maak de opdrachten van 1.6 (blz. 26 t/m 28)

Hulp

Steek je vinger op en kom naar je docent

Tijd

10 minuten in stilte, daarna mag je vragen stellen

Klaar

Laat je werk zien

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Breuken optellen

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Breuken gelijk maken

Breuken optellen

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1/5 + 3/5 = (gebruik /)

Slide 24 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

breuken optellen

\frac{​ 2 ​ ​}{​ 5 ​} + \frac{​ 3 ​ ​}{​ 4 ​} =

\frac{​ 5 ​ ​}{​ 9 ​}

\frac{​ 5 ​ ​}{​ 2 0 ​} = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​}

\frac{​ 2 3 ​ ​}{​ 2 0 ​}

1 \frac{​ 3 ​ ​}{​ 2 0 ​}

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

breuken optellen

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 7 ​}

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 3 ​}

\frac{​ 1 1 ​ ​}{​ 1 2 ​}

\frac{​ 2 ​ ​}{​ 1 0 ​} = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 5 ​}

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 2 1 ​}

\frac{​ 1 0 ​ ​}{​ 2 1 ​}

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

1/3 + 4/6 =

Slide 27 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Reken uit en vereenvoudig
2/4 +3/4 = ........ = ....?....
(spatie en / gebruiken bij vereenvoudigen)

Slide 28 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

De helft van de leerlingen van een school komt met de fiets. Een derde deel komt met de auto. De rest komt met de bus. Welk deel komt met de bus naar school?

1/3

2/4

1/6

1/7

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Breuken aftrekken

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 31 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

3/5 - 2/5 = (gebruik een /)

Slide 32 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

4/5 - ....... = 1/20

Slide 33 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Van een chocoladereep met 12 stukjes eet je 2/3 deel op.
Hoeveel stukjes blijven over?

Slide 34 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik heb een Milkareep gekocht. Deze reep bestaat uit 10 stukken. De reep valt op de grond en 2/5 gaat verloren. Hoeveel heb ik over? Gebruik / en vereenvoudig.
Vul alleen de vereenvoudiging in.

Slide 35 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Linda koopt een vest van €12,30. Wat moet Linda betalen? €...,...

Slide 36 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Zelfstandig werken

timer

10:00

Wat

1F Maak de opdrachten 5.2 (blz. 55 t/m 58)

2F Maak de opdrachten 4.2 (blz. 63 t/m 66)

3F Maak de opdrachten 1.6 (blz. 29 t/m 32)

Hulp

Steek je vinger op en kom naar je docent

Tijd

10 minuten in stilte, daarna mag je vragen stellen

Klaar

Laat je werk zien

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De woorden

de breuk/breuken

de teller

de breukstreep

de noemer

de samengestelde breuk

de getallenlijn

de gelijkwaardige breuken

vereenvoudigen

de gelijknamige breuken

de ongelijknamige breuken

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

In deze les....

Heb je geleerd:

wat de teller en de noemer van een breuk is;
hoe je de breuk kan uitspreken;
hoe je breuken kan vereenvoudigen;
hoe je breuken bij elkaar optellen en aftellen..

Slide 39 - Diapositive

Hoe ziet deze les eruit:

Zijn er nog vragen?

VRAGEN?

Slide 40 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk

1F Maak de opdrachten van 5.2 (blz. 55 t/m 58) af.

2F Maak de opdrachten van 4.2 (blz. 63 t/m 66) af.

3F Maak de opdrachten van 1.6 (blz. 29 t/m 32)af.

Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Breuken vereenvoudigen, optellen en aftrekken(07-11)

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Sondage

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Question de remorquage

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Slide 22 - Vidéo

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Question ouverte

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Quiz

Slide 27 - Question ouverte

Slide 28 - Question ouverte

Slide 29 - Quiz

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Vidéo

Slide 32 - Question ouverte

Slide 33 - Question ouverte

Slide 34 - Question ouverte

Slide 35 - Question ouverte

Slide 36 - Question ouverte

Slide 37 - Diapositive

Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Diapositive

Slide 40 - Diapositive

Slide 41 - Diapositive

Plus de leçons comme celle-ci

BREUKEN naam+ vereenvoudigen+ gelijkwaardige(03-11)

02. 8A blok 1 - week 1 - les 2 ongelijknamige breuken optellen en afrtekken

rekenvaardigheden breuken

H2.5 Breuken

H2.5 Breuken

Breuken verkennen en vergelijken (Hfst. 7)

Ongelijknamige breuken groep 8

Thuisonderwijs week 2 les betekenis breuken