5.4 De Opstand

1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kent de economische, politieke en religieuze oorzaken van de Nederlandse Opstand.
  • Je kunt beschrijven hoe uit de Opstand de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden ontstond.
  • Je kunt de gevolgen van de Opstand voor de bestuurlijke en religieiuze verhoudingen in de Republiek beschrijven.

Slide 2 - Diapositive

Kenmerkende Aspecten
  • De protestantse reformatie die de splitsing van de christelijke Kerk in West- Europa tot gevolg had.
  • Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat.

Slide 3 - Diapositive

Opdracht 1A/5.4
bestuur onderspanning

Slide 4 - Question ouverte

Opdracht 1B/5.4
bestuur onder spanning

Slide 5 - Question ouverte

Pak je tekstboek blz 96 lees Verzet. Leg uit wat de oorzaken zijn van het verzet vanuit de protestante hoek. Gebruik in je antwoord ook de rol van Filips en Margaretha.

Slide 6 - Question ouverte

opdracht 2A/5.4

Slide 7 - Question ouverte

opdracht 2B/5.4

Slide 8 - Question ouverte

opdracht 2C/5.4

Slide 9 - Question ouverte

opdracht 2A/5.4

Slide 10 - Question ouverte

Hagenpreken lees de tekst blz 96,
noteer de kern

Slide 11 - Question ouverte

Willem van Oranje leg zijn achtergrond uit. TB blz 97.

Slide 12 - Question ouverte

De opstand breidt zich uit
opdracht 6A/C vn 5.4

Slide 13 - Question ouverte

Leerdoelen
  • Je kent de economische, politieke en religieuze oorzaken van de Nederlandse Opstand.
  • Je kunt beschrijven hoe uit de Opstand de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden ontstond.
  • Je kunt de gevolgen van de Opstand voor de bestuurlijke en religieiuze verhoudingen in de Republiek beschrijven.

Slide 14 - Diapositive

Kenmerkende Aspecten
  • De protestantse reformatie die de splitsing van de christelijke Kerk in West- Europa tot gevolg had.
  • Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat.

Slide 15 - Diapositive

Wie zou er waarschijnlijk eens zijn geweest met de Nederlandse opstand?
A
Luther
B
Calvijn

Slide 16 - Quiz

Wat is een andere naam voor de Nederlandse Opstand?
A
Negentigjarige Oorlog
B
Zeventigjarige Oorlog
C
Tachtigjarige Oorlog
D
Zestigjarige Oorlog

Slide 17 - Quiz

Wat is geen oorzaak van de Nederlandse opstand?
A
Nederlandse burgers willen stemrecht.
B
Er is honger in de Nederlanden.
C
De adel heeft minder macht.
D
Ketter vervolgingen.

Slide 18 - Quiz

Wat was de beeldenstorm?
A
Vernielingen in de katholieke kerk
B
Beelden vernielen in de storm
C
De katholieke kerk slopen1
D
Storm vernielen met beelden

Slide 19 - Quiz

Wie volgde Karel V op?
A
Margaretha van Parma
B
Calvijn
C
Fillips II
D
Francis de V

Slide 20 - Quiz

Is Karel V voor of tegen centralisatie?
A
Voor
B
Tegen

Slide 21 - Quiz

Sleep de gebeurtenis naar het juiste jaartal!
1566
1568
1572
1581
1588
Begin van de opstand
De Beeldenstorm
Filips wordt afgezet als vorst
De noordelijke gewesten roepen de Republiek uit
Inname van Den Briel

Slide 22 - Question de remorquage

Successen voor de opstandelingen
Spaanse successen
1572
inname van Den Briel
1576
Pacificatie van Gent
1578
Alteratie van Amsterdam
1581
Plakkaat van Verlatinghe
1579
Unie van Utrecht
1584
moord op Willem van Oranje
1585
Val van Antwerpen
1588
uitroeping van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
1579
Unie van Atrecht
1588
Spaanse Armada wordt verslagen

Slide 23 - Question de remorquage

Op het plaatje zie je een....
A
republiek
B
monarchie
C
koninkrijk
D
dictatuur

Slide 24 - Quiz

De Opstand begon in
A
1566 met de Beeldenstorm
B
1600 met de slag bij Nieuwpoort
C
1572 met de verovering van Den Briel
D
1568 met de slag bij Heiligerlee

Slide 25 - Quiz

Welke protestantse leider had het meeste succes in de Nederlanden?
A
Calvijn, want volgens hem was de vorst belangrijk.
B
Calvijn, want het volk mocht in opstand komen tegen vorst.
C
Luther, want volgens hem was de vorst belangrijk.
D
Luther, want het volk mocht in opstand komen tegen vorst.

Slide 26 - Quiz

Het aanbieden van het smeekschrift is een onderdeel van ...
A
de politieke oorzaken van de Opstand
B
de economische oorzaken van de Opstand
C
de godsdienstige oorzaken van de Opstand
D
de directe aanleiding van de Opstand

Slide 27 - Quiz

Wat zien we op de afbeelding?
A
Spaanse soldaten
B
Hagenpreken
C
De opstand
D
De beeldenstorm

Slide 28 - Quiz

Bij de alteratie van Amsterdam....
A
Sloot de stad zich aan bij de opstand
B
Werd de stad katholiek
C
Verloor Amsterdam de vrije handel
D
Werden daarna de katholieken opgehangen

Slide 29 - Quiz

In 1588 worden de gewesten van de Unie van Utrecht onafhankelijk. Hoe heet deze nieuwe staat?
A
De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.
B
De Republiek der Nederlanden.
C
Het koninkrijk der Zeven Verenigde Nederlanden.
D
Unie van Utrecht

Slide 30 - Quiz

De Republiek werd uitgeroepen in
A
1581
B
1576
C
1578
D
1588

Slide 31 - Quiz

Wat is geen oorzaak van de Nederlandse opstand?
A
Nederlandse burgers willen stemrecht.
B
Er is honger in de Nederlanden.
C
De adel heeft minder macht.
D
Ketter vervolgingen.

Slide 32 - Quiz

Wat is de beeldenstorm?
A
Het vernielen van beelden en kostbaarheden van de katholieke kerk.
B
Het vernielen van beelden en kostbaarheden van de protestante kerk.
C
Het neerzetten van velen beelden in de katholieke kerk.
D
Een storm die alles verwoestte in de Nederlanden.

Slide 33 - Quiz