paragraaf 3: Goede en slechte tijden in de economie
Slide 11 - Diapositive
Periode 4
Kiezers: H
Slide 12 - Diapositive
Leerdoelen
- Je weet hoe bedrijven waarde toevoegen;
- je kan berekenen hoeveel waarde bedrijven toevoegen;
- je weet weer wat het Bruto binnenlands product is.
Slide 13 - Diapositive
Bedrijfskolom
De weg die een product aflegt van grondstof
tot eindproduct is voor te stellen met de
bedrijfskolom. -->
Tussen de schakels van een bedrijfskolom
bevindt zich een markt
Slide 14 - Diapositive
Waarde toevoegen
De toegevoegde waarde (per product) is de verkooppprijs van het product min de ingekochte goederen en diensten die nodig waren om het product te produceren.
De totale toegevoegde waarde van het product is de optelsom van de toegevoegde waardes van de graanboer, meelfabriek, broodfabriek en de supermarkt.
De koper van het eindproduct betaalt uiteindelijk de totaal toegevoegde waarde
Formule: Verkoopwaarde - Inkoopwaarde - Kosten van overige diensten benodigd voor productie
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Bedrijfskolom
Hieronder staat een aantal bedrijven uit twee verschillende bedrijfskolommen. Zet ze in de juiste kolom
Bedrijfskolom 1
Bedrijfskolom 2
Aardappelboer
katoenimporteur
Chipsfabriek
weverij
Supermarkt
textielfabriek
katoenplantage
spinnerij
herenmodezaak
Slide 18 - Question de remorquage
Werktijd - Paragraaf 9.1
Oefenen toegevoegde waarde: Opdracht 2, 3 en 4
timer
7:00
Slide 19 - Diapositive
Bedrijfskolom
Bedrijfskolom
Bedrijfskolom van brood.
Slide 20 - Diapositive
Bedrijfskolom
Hieronder staat een aantal bedrijven uit twee verschillende bedrijfskolommen. Zet ze in de juiste kolom
Bedrijfskolom 1
Bedrijfskolom 2
houtzagerij
katoenimporteur
meubelwinkel
weverij
meubelfabriek
textielfabriek
bosbouwer
katoenplantage
houtimporteur
spinnerij
herenmodezaak
Slide 21 - Question de remorquage
TW --> uitbetaling primaire inkomens
Verkoopwaarde - inkoopwaarde = TW
Vanuit die TW betaalt een ondernemer de beloningen van de productiefactoren (primaire inkomens) uit:
Rente (Kapitaal)
Loon (Arbeid)
Pacht (Natuur)
WINST (Ondernemerschap)
Slide 22 - Diapositive
Slide 23 - Vidéo
www.cbs.nl
Slide 24 - Lien
Bruto Binnenlands product(Bbp):
De totale toegevoegde waarde van alle producenten in het land
Slide 25 - Diapositive
Slide 26 - Diapositive
Huiswerk opgaven
Nu maken: opgaven 1 tot en met 6
(bladzijde 244 - 245)
Huiswerk: de overige opdrachten.
Begin nu aan opgave 1 en 4. Over 10 minuten behandelen we klassikaal opgave 1 en 4a
Slide 27 - Diapositive
zie opgave 5. de toegevoegde waarde van de cafe houder is?
A
70.000 euro
B
82.000 euro
C
88.000 euro
D
100.000 euro
Slide 28 - Quiz
lesdoelen gehaald?
- Je weet hoe bedrijven waarde toevoegen;
- je kan berekenen hoeveel waarde bedrijven toevoegen;
- je weet weer wat het Bruto binnenlands product is.