Methodisch begeleiden les BBL

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 1

Les BBL

Wat hebben we vorige les gedaan & bepsroken?

Soorten groepen: 

Homogene groepen: 

De deelnemers hebben een gemeenschappelijk kenmerk. 

Voorbeelden: 

Babygroep: de groep bestaat uit allemaal dames 

Hetrogene groepen: 

De deelnemers zijn verschillend. 

Bijvoorbeeld: de klas waar je in zit, een korfbalteam 

Opdracht 43 blzadzijde 40. 

Soorten groepen:

Formele groepen: 

Een formele groep is door een organisatie gemaakt. 

Bijvoorbeeld; de klas waar je in zit, de afdeling waar je werkt.

Informele groepen: 

Een groep bestaat omdat deelnemers dit zelf willen. 

Bijvoorbeeld; vriendenclub, sportclub

Soorten groepen: 

Horizontale groepen: 

De leeftijd van de deelnemers is gelijk of ze hebben dezelfde leeftijdscategorie. Bijvoorbeeld; babygroep op een kinderdagverblijf. 

Verticale groepen: 

De deelnemers hebben verschillende leeftijden. 

Maak opdracht 42 op bladzijde 39 in tweetallen. 

Ontwikkelingsfasen van een groep:

1. Vormfase: de groep wordt gevormd. 

2. Stormfase: deelnemers kennen elkaar en proberen een plek te vinden in de groep. 

3.Normfase: de groep wordt een echte groep. 

4. Prestatiefase: deelnemers werken uit ziczelf met elkaar en kunnen samenwerken met elkaar. 

5. Afscheidsfase: de groep valt uit elkaar. 

Maak opdracht 47 bladzijde 45. 

Begeleiden van groepen: 

Bij alle doelgroepen moet je activieten begeleiden. 

Je krijgt hierbij te maken met verschillende levensfases. 

Iedere doelgroep heeft zijn eigen kenmerken en vraagt een andere manier van begeleiden, er zijn verschillende vormen van begeleiden. 

• Participeren en niet participeren 
• Autoritair en laisser-faire 

Begeleidingsstijlen: 

Begeleidingsstijlen: 

Autoritaire begeleiding: 

Je bent als helpende de ''baas'' 

Je zegt wat ze moeten doen 

Deelnemers zijn afhankelijk van jouw uitleg 

Deelnemers doen wat jij zegt 

Begeleidingsstijlen: 

Laisser-faire: 

De begeleiding is losjes 

Je geeft deelnemers veel ruimte en vrijheid 

Je reageert als er vragen zijn 

Maak opdracht 50 op baldzijde 48 

Opdracht 51 op bladzijde 49 

Een voorbeeld van een formele groep is de afdeling waar je werkt.

1. Juist
2. Onjuist

Een informele groep is door een organisatie gemaakt.

1. Juist
2. Onjuist

Wat is een horizontale groep? Benoem ook een voorbeeld.

Benoem activiteiten die je met een verticale groep kan doen?

Wanneer spreek je van een homogene groep?

1. Verschillende leeftijden
2. Zelfde beperking
3. Mannen en vrouwen op dezelfde afdeling
4. Zelfde geslacht

Wat is een hetrogene groep?

1. Een groep mensen die op het andere geslacht vallen
2. Een groep die veel dezelfde kenmerken hebben, bijv. dementie
3. Een groep met veel verschillende kenmerken
4. Een groep die allemaal lichamelijke klachten heeft.

Wat heb je geleerd vandaag?