oefenles 4.4 4.5
1 / 12
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
welke 3 dingen heb je nodig voor verbranding?
Slide 2 - Question ouverte
de drie zaken die we nodig hebben voor verbranding noemen we de ..
A
verbrandingsdriehoek
B
branddriehoek
C
vuur
Slide 3 - Quiz
de brandweer blust een bosbrand met water. welke twee kanten van de branddriehoek halen ze weg?
A
brandstof en zuurstof
B
zuurstof en ontbrandings
temperatuur
C
brandstof en ontbrandings
temperatuur
Slide 4 - Quiz
je hebt hout en in de lucht zit zuurstof . wat ontbreekt om het hout te laten branden??
Slide 5 - Question ouverte
wanneer gebruik je een blusdeken?
Slide 6 - Question ouverte
onvolledige verbranding !
dan is er te weinig ............
dan is er te weinig ............
Slide 7 - Question ouverte
koolstof noemen we ook wel .....
Slide 8 - Question ouverte
een blauwe vlam betekent:
A
volledige verbranding
B
onvolledige verbranding
C
dat het gas niet op is
Slide 9 - Quiz
koolstofmonoxide is
A
ongevaarlijk
B
onzichtbaar maar je ruikt het wel
C
onzichtbaar en reukloos
Slide 10 - Quiz
hoe zie je dat branders goed branden?
A
de vlam is geel/oranje
B
de vlam is heet
C
de vlam is blauw
Slide 11 - Quiz
bij een blauwe vlam onstaat alleen koolstofdioxide en waterdamp
A
waar
B
niet waar
