Taalverzorging

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Taalverzorging

Programma

• Huiswerk: Boektitel uitkiezen 
• herhalen 7.3 : wat weet je nog?
• Nakijken opdracht 6 

lesdoelen 

• Je leert interpunctie toepassen: punt, uitroepteken, vraagteken, aanhalingsteken, komma;

• Je leert hoofdletters correct gebruiken;

Wat weet je nog?

Zijn de leestekens in onderstaande zinnen juist of onjuist geplaatst?

3. Het jongetje vroeg aan zijn moeder: ‘Zijn we er bijna’?

1. juist
2. onjuist

Kloppen de leestekens?

1. Robin zei: 'Wie gaat er mee naar de Mac?'
2. Robin zei Wie gaat er mee naar de Mac?
3. Robin zei: Wie gaat er mee naar de Mac?
4. Robin zei 'Wie gaat er mee naar de Mac?'

leestekens zijn:

1. alleen hoofdletters
2. hoofdletters, komma's, punten en vraagtekens
3. punten, vraagtekens, uitroeptekens, komma's,
4. A,B en C zijn juist

Wat is goed geschreven? Let op de hoofdletters en leestekens.

1. 's Morgens spreken we een uur lang engels.
2. 's Morgens spreken we een uur lang Engels.
3. s' Morgens spreken we een uur lang Engels.
4. 'S morgens spreken we een uur lang Engels.

Let op de leestekens. Wat is correct?

1. Afgelopen zomer was het vochtig: het regende vaak.
2. Afgelopen zomer was het vochtig; het regende vaak.
3. Afgelopen zomer was het vochtig, het regende vaak.
4. Afgelopen zomer was het vochtig. Het regende vaak.

Jan vertelde: ´Ik heb mijn buurman uit het kanaal gered.´

1. dit is een citaat
2. dit is geen citaat
3. de leestekens kloppen niet
4. dit is een uitdrukking

Nakijken 

Opdracht 6

7.3 taalverzorging

leesautobiografie