Herhaling H2

Vak: Mens & Maatschappij
Hoofdstuk: Herhaling H2
1.
Lesopening
2.
Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Vak: Mens & Maatschappij
Hoofdstuk: Herhaling H2
1.
Lesopening
2.
Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Diapositive

1. Les opening
Pak je boek van M&M, maar laat deze nog even dicht op tafel liggen.

Huiswerk controle:
n.v.t.

Slide 2 - Diapositive

2. Lesdoel & leergebiedoverstijgende doelen
Aan het eind van deze les:
    - heb je de lesstof van H2 herhaalt
    - ken je de begrippen van H2

    Leergebiedoverstijgende doelen: 
    Plannen en organiseren
    - Je schrijft zelfstandig huiswerk en leerwerk op in jouw agenda. 
    - Je plant leermomenten in voor een toets in jouw agenda. 

    Slide 3 - Diapositive

    3. Mini-check + arrangementen
    Verdiept arrangement (8 gemiddeld of hoger): Niemand


    Iedereen doet mee met de herhaling van H2.

    Slide 4 - Diapositive

    Uit welke landen bestond het Koninkrijk der Nederlanden in 1815?
    A
    Nederland en Duitsland
    B
    Nederland en Friesland
    C
    Nederland en België
    D
    Nederland, België en Luxemburg

    Slide 5 - Quiz

    Wie was het staatshoofd in 1815?
    A
    Willem I
    B
    Willem II
    C
    Leopold
    D
    Willem van Oranje

    Slide 6 - Quiz

    Wat is een constitutionele monarchie?
    A
    Een land met een koning
    B
    Een land met een grondwet
    C
    Een land met een gekozen president
    D
    Een land met een koning en een grondwet

    Slide 7 - Quiz

    Uit welk 2 delen bestaat ons Parlement?

    Slide 8 - Question ouverte

    Waarover stemmen de Tweede en Eerste Kamer?

    Slide 9 - Question ouverte

    Mensen die meer inspraak en vrijheid in de politiek wilden noemen we ...
    A
    Liberalen
    B
    Conservatieven

    Slide 10 - Quiz

    Mensen die wilden dat alles hetzelfde bleef en er niets veranderde, noemen we ...
    A
    Conservatieven
    B
    Democraten
    C
    Liberalen
    D
    Confessionelen

    Slide 11 - Quiz

    In welk jaar werd België een eigen Koninkrijk ?
    A
    1815
    B
    1820
    C
    1830
    D
    1848

    Slide 12 - Quiz

    Wie bedacht de nieuwe grondwet van 1848 ?
    A
    Koning Willem I
    B
    Minister Thorbecke
    C
    Koning Willem II
    D
    Minister Rutte

    Slide 13 - Quiz

    Wat is NIET waar ?
    Na 1848 ....
    A
    kregen de burgers meer vrijheden
    B
    kreeg het parlement meer te zeggen.
    C
    mocht de koning alles beslissen in het land
    D
    mochten alleen rijke mannen stemmen

    Slide 14 - Quiz

    Wat is een industriële samenleving?
    A
    Mensen woonden op het platteland en waren boer.
    B
    Mensen woonden in de steden en werkten in fabrieken

    Slide 15 - Quiz

    Leg uit wat er met de sociale kwestie bedoeld wordt.

    Slide 16 - Question ouverte

    Voor 1815 was er alleen kiesrecht voor:
    A
    Mannen
    B
    Vrouwen met een hoog inkomen
    C
    Mannen met een hoog inkomen
    D
    Vrouwen

    Slide 17 - Quiz

    Waar of niet waar?
    "In een democratie beslist de meerderheid"
    A
    Waar
    B
    Niet waar

    Slide 18 - Quiz

    Waar of niet waar?
    "In een land met een parlement heeft één persoon alle macht"
    A
    Waar
    B
    Niet waar

    Slide 19 - Quiz

    Waar of niet waar?
    "Toen alle burgers kiesrecht kregen, werd Nederland een parlementaire democratie
    A
    Waar
    B
    Niet waar

    Slide 20 - Quiz

    Heel Nederland kan je opdelen in twee soorten scholen:
    A
    Kleuterscholen en Universiteiten
    B
    VMBO en MBO scholen
    C
    Christelijke en Islamitische scholen
    D
    Openbare en bijzondere scholen

    Slide 21 - Quiz

    Welke van de 4 is GEEN bijzondere school?
    A
    Christelijke school
    B
    Openbare school
    C
    Islamitische school
    D
    Vrije school

    Slide 22 - Quiz

    Wat zijn socialisten?
    A
    Mensen met een bepaalde godsdienst
    B
    Mensen die meer gelijkheid voor arbeiders wilden
    C
    Mensen die alles wilden houden zoals het was.

    Slide 23 - Quiz

    liberaal
    communist
    feminist
    conservatief
    confessioneel
    Iemand die in de politiek streeft naar meer vrijheid
    iemand die in de politiek streeft naar gemeenschappelijk bezit van productiemiddelen en verbruiksgoederen
    iemand die streeft naar de gelijke behandeling van mannen en vrouwen
    iemand die in de politiek streeft naar behoud van bestaande toestanden
    iemand die in de politiek uitgaat van het geloof

    Slide 24 - Question de remorquage

    Wat is politiek?
    A
    Het handhaven van de orde en veiligheid.
    B
    Als een land een democratie is.
    C
    Het maken van keuzes en het nemen van besluiten.
    D
    Het parlement.

    Slide 25 - Quiz

    Wat zie je op het plaatje?
    A
    De Eerste Kamer
    B
    De Tweede Kamer
    C
    Athene
    D
    Het paleis van de koning.

    Slide 26 - Quiz

    Wat is een politieke partij?
    A
    Een groep mensen met dezelfde standpunten.
    B
    Een groep mensen die belangrijke beslissingen nemen.
    C
    Een vereniging van mensen met dezelfde hobby's.
    D
    Alle leden van de Eerste Kamer.

    Slide 27 - Quiz

    Hoeveel politieke partijen zitten er nu in de Tweede Kamer?
    A
    5
    B
    7
    C
    15
    D
    17

    Slide 28 - Quiz

    Waaruit bestaat het parlement in Nederland?
    A
    Eerste Kamer + Tweede Kamer
    B
    Koning + Koningin
    C
    Minister-President + Eerste Kamer
    D
    Tweede + Derde Kamer

    Slide 29 - Quiz

    Wie vormen samen het dagelijks bestuur van een gemeente?
    A
    Burgemeester en wethouders (B&W)
    B
    Burgemeester en ministers (B&M)
    C
    Burgemeester
    D
    Wethouders

    Slide 30 - Quiz

    Wie kiest de gemeenteraad?
    A
    De burgemeester
    B
    De wethouders
    C
    De inwoners van de gemeente
    D
    De koning

    Slide 31 - Quiz

    Wie is het hoofd van de Provincie?
    A
    de burgemeester
    B
    de commissaris van de koning
    C
    de koning
    D
    de premier

    Slide 32 - Quiz

    Om de hoeveel jaar zijn er gemeenteverkiezingen?
    A
    3
    B
    4
    C
    5
    D
    6

    Slide 33 - Quiz

    Hieronder staan voorbeelden van ministeries. Welke ministerie doet wat? Sleep de blauwe hokjes naar de goede rode hokjes. 
    Ministeries
    Taken
    Onderwijs
    Buitenlandse Zaken
    Financiën
    Veiligheid en Justitie

    Anti-pest programma is verplicht op scholen

    Belastingen verhogen

    De politie mag een wapen dragen

    Overleg met de Spaanse president

    Slide 34 - Question de remorquage

    6. Zelfstandig werken
    Je gaat zelfstandig de blauwe stukjes tekst van H2 lezen en leren. Vergeet niet de begrippen ook te leren. 




     
    timer
    1:00

    Slide 35 - Diapositive

    7. Evaluatie
    Hoe ging de les?
    Heb je nog vragen of vind je nog iets lastig? 

    Kun je antwoord geven op de leerdoelen? 
    - heb je de lesstof van H2 herhaalt?
    - ken je de begrippen van H2?

    Slide 36 - Diapositive

    8. Huiswerk en toetsen
    Huiswerk: 



    Toetsen: 
    Maandag 21 november
    Toets/Proefwerk H2

    Slide 37 - Diapositive