Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Presenteren - week 1
Slide 1 - Diapositive
Opdracht:
Bekijk het filmpje op de volgende slide
Noteer opvallende zaken over de manier van presenteren
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Vidéo
Ik vind presenteren spannend
A
Waar
B
Niet waar
Slide 4 - Quiz
Wat zijn valkuilen bij presenteren?
Slide 5 - Question ouverte
Een goede presentatie heeft een goede voorbereiding nodig. Hoe bereid jij je voor?
Slide 6 - Question ouverte
Slide 7 - Vidéo
Opdracht presenteren
Elke student maakt een presentatie van 5 minuten
Deze presentatie gaat over gezonde voeding.
Hiermee gaan jullie vanaf week 2 mee aan de slag.
Nu volgt uitleg over hoe een presentatie te maken.
Slide 8 - Diapositive
Hoe maak je een goede presentatie?
Slide 9 - Diapositive
Voorbereiding - deel 1
1. Maak een goede planning.
2. Kies een onderwerp.
3. Brainstorm door middel van een mindmap.
4. Verzamel informatie. Gebruik verschillende bronnen!
5. Maak keuzes.
Slide 10 - Diapositive
6. Verdeel je materiaal over inleiding – middenstuk - slot.
7. Bepaal welke hulpmiddelen je gebruikt (foto’s, andere afbeeldingen, Powtoon, PowerPoint, Prezi, Lessonup).
8. Schrijf de presentatie uit en leer de presentatie aan de hand van sleutelwoorden.
9. Maak een spiekbriefje met sleutelwoorden.
10. Oefenen – oefenen - oefenen.
Voorbereiding - deel 2
Slide 11 - Diapositive
Wacht totdat het stil is en begin je presentatie met een duidelijke opening.
Hoe open je een presentatie?
Slide 12 - Diapositive
Creatieve opening
Citaat
Quiz
Raadsel
Humor
Anekdote
Bedankje
Een vraag aan je publiek
Enzovoorts...
Slide 13 - Diapositive
Nu volgt een filmpje met een voorbeeld van een pakkend begin
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Vidéo
Wat is belangrijk aan je houding?
Slide 16 - Carte mentale
Houding
- Sta met twee benen op de grond. - Je knieën een beetje gebogen en niet op slot. - Je armen langs je lichaam. - Rug recht, schouders naar achteren. - Ogen het publiek in.
Slide 17 - Diapositive
In een presentatie kun je verbale en non-verbale communicatie gebruiken....
Slide 18 - Diapositive
Wat is verbale communicatie?
A
Spreken
B
Spreken en luisteren
C
Met handen en voeten praten
D
Afbeeldingen gebruiken
Slide 19 - Quiz
Wat is een voorbeeld van non-verbale communicatie? (meerdere antwoorden mogelijk)
A
Tekens & Symbolen
B
Praten met handen en voeten
C
Lichaamshouding
D
Van je gezicht aflezen
Slide 20 - Quiz
Er mogen geen stiltes vallen tijdens mijn presentatie
A
Waar
B
Niet waar
Slide 21 - Quiz
Tips voor gebruik van Powerpoint: - Gebruik zo min mogelijk slides en zo min mogelijk tekst;
- Gebruik hoofdletters en punten;
- Gebruik de hele tijd hetzelfde lettertype;
- Maak opsommingen zichtbaar met nummers, liggende streepjes of bolletjes;
Slide 22 - Diapositive
Oefen de presentatie met de slides;
- Kijk niet steeds om of het beeld wel in orde is. Dit gaat ten koste van het oogcontact;
- Gebruik kleur voor duidelijkheid en nadruk en niet als versiering.
Slide 23 - Diapositive
Ten slotte, nog wat extra tips: - Spreek rustig en duidelijk. - Kijk je publiek aan en kijk niet te vaak op je spiekbriefje. - Bedenk voor jezelf van tevoren vragen. Welke vragen zouden de toehoorders kunnen stellen? Weet je daar een antwoord op? - Zorg voor een logische indeling (kop - romp - staart) - Duidelijke zinnen
- Humor?!
- Wees creatief!
- Bedank je publiek
Slide 24 - Diapositive
Volgende week:
Aan de slag met het kiezen van een onderwerp en het verzamelen van informatie