Examentraining 1 - Zouten, Zuren en Basen

De kandidaat kan.....
Alles wat je voor je examen moet weten kun je terug vinden in de syllabus op examenblad.nl

Hierin beschrijven ze wat de kandidaat moet kunnen

Deze vaardigheden gaan we bij langslopen
1 / 51
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 51 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

De kandidaat kan.....
Alles wat je voor je examen moet weten kun je terug vinden in de syllabus op examenblad.nl

Hierin beschrijven ze wat de kandidaat moet kunnen

Deze vaardigheden gaan we bij langslopen

Slide 1 - Diapositive

Zouten
De kandidaat kan:
uitleggen dat stoffen uit moleculen, atomen of ionen zijn opgebouwd

Slide 2 - Diapositive

Zouten
De kandidaat kan:
de naam en formule van een zout opschrijven als de namen of formules van de ionen gegeven zijn: –zo nodig gebruik van een Romeins cijfer in de naam

de formules van de ionen waaruit een zout bestaat, opschrijven als de naam of formule van het zout gegeven is

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Zouten
de notaties en namen van een aantal ionen geven:
–Ag+, Al3+, Ba2+, Br-, Ca2+, Cl-, CO32-, Cu2+, F-, Fe2+, Fe3+, H+, I-, K+, Mg2+, Na+, NH4+, NO3-, O2-, OH-, Pb2+, PO43-, S2-, Sn2+, SO42-, Zn2+

Zie itslearning: Stampstof

Slide 5 - Diapositive

Zouten

Slide 6 - Diapositive

Zouten
uitleggen wat neerslagreacties zijn en hiervan toepassingen noemen


Toepassingen van neerslagreacties zijn:
Verwijderen van ongewenste ionen
Maken van een slecht oplosbaar zout
Een ion-soort aantonen

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Zouten
met behulp van een gegeven oplosbaarheidstabel nagaan of een neerslag ontstaat bij het mengen van twee zoutoplossingen

Het opstellen van indamp en oplosvergelijkingen van zouten

Slide 10 - Diapositive

Vraag:

Bij stap 5 ontstaat het epsomzout als neerslag van de opgeloste ionen.
Geef de vergelijking van de vorming van het epsomzout. Noteer ook de toestandsaanduidingen.

Slide 11 - Diapositive

Zilvernitraat
Uit de tekst kun je de formule van zilvernitraat vinden: AgNO3

Slide 12 - Diapositive

Zouten
met behulp van een gegeven oplosbaarheidstabel uitleggen hoe een slecht oplosbaar zout gemaakt kan worden of hoe een gegeven ionsoort uit een oplossing verwijderd kan worden

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Examentraining 1 - Zouten, Zuren en Basen

Slide 17 - Diapositive

Opzet van de examentrainingen
- Allereerst is er ruimte voor vragen
- Zijn er verder geen vragen meer dan ga ik zoveel mogelijk stof behandelen naar hoeveelheid tijd dat er is

Slide 18 - Diapositive

Wat verwacht ik tijdens de examentrainingen?

Actieve houding, geen gezeik

Het is niet verplicht dus kom aub niet als je niet wilt meedoen!
No hard feelings :) 

Slide 19 - Diapositive

Ruimte voor vragen

Slide 20 - Diapositive

Zuren en Basen
De kandidaat kan:
verwoorden dat zure stoffen (opgelost in water) H+ ionen kunnen afstaan en basische stoffen (opgelost in water) H+ ionen kunnen opnemen

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Zuren en Basen
de naam van een aantal zure en basische oplossingen en de formules van de deeltjes die daarin voorkomen, geven:
–zoutzuur: H+(aq) en Cl-(aq)
–verdund salpeterzuur: H+(aq) en NO3-(aq)
–verdund zwavelzuur (accuzuur): H+(aq) en SO42-(aq)
–koolzuurhoudend water: H+(aq) en CO32-(aq)
–azijn: H+(aq) en Ac-(aq)
–natronloog: Na+(aq) en OH-(aq)
–kalkwater: Ca2+(aq) en OH-(aq)
–ammonia: NH3(aq) 

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Geef de triviale naam van de oplossing die wordt ingevoerd in blok II.

Slide 27 - Diapositive

Zuren en Basen
eigenschappen en toepassingen van zure en basische oplossingen noemen:

–zure oplossingen: stroomgeleiding; vorming van waterstof aan de negatieve elektrode; etsende werking; kleuring van indicatoren; aantasting van kalksteen


–basische oplossingen: stroomgeleiding; ontvettende werking; irriterend voor de huid; kleuring van indicatoren


Etsen
Zuuroplossingen reageren ook met onedele metalen. Bij deze reacties worden H+-ionen omgezet in waterstofgas. Dit noem je etsen.

Fe + 2 H+ -> Fe2+ + H2

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Zuren en Basen
een aantal indicatoren noemen en uitleggen hoe met behulp van een indicator kan worden nagegaan of een oplossing zuur, basisch of neutraal is:

BINAS!!!!

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive

Zuren en Basen
de pH-schaal gebruiken om de mate van zuur of basisch zijn van een oplossing uit te drukken en het kwalitatief verband aangeven tussen de concentratie van H+ c.q. OH-ionen en de pH van een waterige oplossing

Slide 36 - Diapositive

pH schaal 

Slide 37 - Diapositive

pH schaal 
Hoge H+
Lage OH- concentratie
Hoge OH-
Lage H+ concentratie

Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Diapositive

Slide 40 - Diapositive

Zuren en Basen
toepassingen noemen van zuurbase reacties en hiervan de reactievergelijking opschrijven:

Toepassingen:
–neutraliseren
–ontkalken

Slide 41 - Diapositive

Slide 42 - Diapositive

CO2, want dit is een gas en een gas zorgt voor bruizen

Slide 43 - Diapositive

Zuur/base reactie, de reactievergelijking (vervolg)

Er zijn 4 verschillende base en dus ook 4 verschillende zuur/base reacties.

-1-   Zuur met Hydroxide

H+(aq)  +  OH- (aq) --> H2O


-2- Zuur met een oxide

2H+(aq)  +  O2- (aq) --> H2O


Slide 44 - Diapositive

Zuur/base reactie, de reactievergelijking (vervolg)

-3-   Zuur met Carbonaat

2H+(aq)  +  CO32- (aq) --> H2O + CO2


-4- Zuur met ammonia (oplossing van ammoniak)

H+(aq)  +  NH3 (aq) --> NH4+

Het ion dat nu ontstaat heet het ammonium ion.



Slide 45 - Diapositive

Slide 46 - Diapositive

Zuren en Basen
uit het resultaat van een titratie het zuur-of basegehalte van een oplossing berekenen aan de hand van een ijkgegeven

Slide 47 - Diapositive

Slide 48 - Diapositive

Slide 49 - Diapositive

Dit komt uit de examenkiller op itslearning

Slide 50 - Diapositive

Zuren en Basen
titreren:
–eindpunt 
–kleuromslag

pH meten en pH-schaal gebruiken
–indicatoren gebruiken:
lakmoes, fenolftaleïen, rodekoolsap, universeel indicator
indicatoren gebruiken met behulp van verstrekte gegevens:
–omslagtraject
–kleur bij bepaalde pH

Slide 51 - Diapositive