P1 NL LEZ1 onderwerp, hoofdgedachte, tekstsoorten, tekstdoelen en de kritische lezer

Ik heb voorbereidende les op BlackBoard gedaan?
timer
0:20
A
Ja
B
Nee
1 / 22
suivant
Slide 1: Quiz
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Ik heb voorbereidende les op BlackBoard gedaan?
timer
0:20
A
Ja
B
Nee

Slide 1 - Quiz

Kan iedereen in de digitale lesmethode van NU Nederlands komen?

Slide 2 - Question ouverte

Wat heb ik onthouden van de voorbereiding?

Slide 3 - Diapositive

Definitie van het onderwerp van een tekst

Slide 4 - Question ouverte

Wat is de hoofdgedachte van een tekst?

Slide 5 - Question ouverte

Wat zijn tekstdoelen?

Slide 6 - Question ouverte

Wat is een tekstsoort?

Slide 7 - Question ouverte

Kenmerken informerende tekst
Een goede informatieve tekst zorgt ervoor dat de lezer straks iets meer kennis heeft.
Bijvoorbeeld: Het dieselprincipe is uitgevonden in 1893 door Rudolf Diesel.

Slide 8 - Diapositive

Wat bevat een informerende tekst NIET?
timer
0:20
A
argumenten
B
feiten
C
meningen

Slide 9 - Quiz

Waar moet een feit altijd aan voldoen?

Slide 10 - Question ouverte

Kenmerken instructieve tekst
Instructieve teksten helpen de gebruiker bij het uitvoeren van een handeling.
Bijvoorbeeld: een recept in een kookboek, de handleiding bij een dvd-speler, de toelichting bij een formulier, onlinehulp bij een computerprogramma, de spelregels van een gezelschapsspel of een bijsluiter bij een geneesmiddel.

Slide 11 - Diapositive

Kenmerken overtuigende teksten
In deze tekst heb je er nog een taak bij. Je moet de lezer informeren, draagt argumenten aan en geeft je mening. Maar nu probeer je hem er ook nog eens van te overtuigen dat jij gelijk hebt. Jij haalt hem over iets te doen of juist te laten met zijn nieuwe kennis.

Slide 12 - Diapositive

Voorbeelden overtuigende teksten
een anti-rokencampagne
fondsenwerving voor een goed doel
productadvertenties
een folder met hoofdpunten van een politieke partij
een direct mail

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Kenmerken amuserende tekst
Deze teksten bevatten geen zakelijke informatie, maar vertellen een verhaal. Je leest ze voornamelijk voor je eigen plezier.

Slide 15 - Diapositive

Voorbeelden amuserende teksten
een kort verhaal
sommige blogs
een reisverslag
een sinterklaasgedicht
een roman

Slide 16 - Diapositive

Is een amuserende tekst altijd grappig bedoeld?
A
ja
B
nee

Slide 17 - Quiz

Stukje instructie

Slide 18 - Diapositive

De kritische lezer
Kritisch lezen betekent bezig zijn met wat je leest door jezelf vragen te stellen zoals: Wat probeer de auteur te zeggen of wat is het belangrijkste argument dat er wordt gepresenteerd. Kritisch lezen omvat het presenteren van een met redenen omkleed argument dat evalueert en analyseert wat je hebt gelezen.

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Nu zelf kritisch zijn
Wat bedoelt de schrijver de vorige dia?

Slide 21 - Diapositive

Waarom moet je kritisch zijn?

Slide 22 - Question ouverte